Hoofdstuk 4.3

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

'Elliot heeft jou dit nummer gegeven?' Matthijs staat er zelf verbaasd van. 'Mijn nummer?'

'Ja,' zegt Gaby, 'dat weet ik zeker. Het staat op het briefje.'

'Elliot heeft jou een briefje gegeven met mijn nummer?'

Ze wordt er moe van dat ze het nog een keer met bevestigen, maar de hersenen van de man lijken op overtoeren te werken.

'Interessant...'

Er valt een stilte.

'U moet ons helpen,' zegt ze.

'Ik?' Hij heeft dezelfde vraag als die bij haar opkomt: hoe dan?

'Er moet een reden zijn dat wij uw nummer hebben gekregen,' gaat ze verder. 'Kent u Elliot?'

Matthijs blijft stil en Gaby voelt dat het erg moeilijk is om antwoorden uit hem te krijgen. Hij moet over alles even nadenken en vraagt daarmee iets te veel van haar geduld. 'Nee,' zegt hij dan. 'Ik ken Elliot niet.'

'Heeft u iets dat ons verder zou kunnen helpen?' vraagt ze. Ze stuurt Dante een wanhopige blik, maar hij kan haar niet helpen. Omdat zij degene is met de telefoon in handen, moet zij ervoor zorgen dat ze verder kunnen met de zoektocht. Het hangt van haar af.

'Wat zou ik moeten hebben?' vraagt Matthijs.

Dat weet Gaby zelf ook niet; ze weet niet eens waar ze naar zoekt. Ze houdt zich met beide handen vast aan de enige hint die ze heeft gekregen van Elliot, maar het lijkt geen zin te hebben. 'Een briefje, misschien,' oppert ze. Briefjes zijn altijd al Elliots manier van communiceren geweest. 'Een bericht dat u moet doorgeven, zou ook kunnen.'

Als Gaby niets te horen krijgt en Dante niet meer weet wat er aan de hand is, stuurt hij haar vragende blikken. Hij wil weten of het gesprek de goede kant op gaat, maar de bezorgde blik op haar gezicht voorspelt niet veel goeds. Terwijl ze haar hand voor de microfoon houdt, vormt ze met haar mond de woorden: 'Hij weet niets.'

'Speaker,' fluistert Dante, om er op deze manier op aan te dringen het geluid harder te zetten zodat hij ook mee kan luisteren. De man mompelt veel en is daarom voor Dante op afstand moeilijk verstaanbaar.

'Ik heb drie keer taart en koffie,' zegt Daila vrolijk als ze met een dienblad aan komt lopen. Ze schuift het over de tafel heen. 'Oké, eigenlijk is het twee en een halve koffie omdat ik de helft van mijn koffie al op gedronken heb, maar eerst waren het er drie.'

'Ssst,' sissen Dante en Gaby tegelijk. Het plotse gebaar laat Daila schrikken, maar een wijzende vinger van Dante naar de telefoon vertelt haar genoeg. Ze is op het verkeerde moment binnen komen vallen.

Gaby heeft intussen de telefoon op de luidspreker gezet.

'Mag ik vragen waarom je zo graag wil weten of ik iets heb gekregen van ene "Elliot"?' vraagt Matthijs dan.

Dante en Gaby willen allebei diep zuchten, maar zijn zich ervan bewust dat de telefoon ieder geluid zal opvangen en doorspelen naar Matthijs. Tegelijkertijd weet Gaby niet hoe ze moet reageren; kan ze hem wel vertellen over haar broer?

'Ik wil gewoon weten met wie ik te maken heb,' gaat Matthijs verder. 'Weet je, ik krijg opeens een telefoontje van je en je overvalt me met vragen waar ik geen antwoord op weet en je houdt een of ander verhaal op over Elliot en dat je hem wil vinden...'

Had ze hem overvallen? Ze had natuurlijk de spanning gevoeld, maar ze wist niet dat het zo op hem over was gekomen.

'Het klinkt allemaal wat vaag,' zegt hij.

Even weet ze niet wat ze moet zeggen. Het is niet dat ze niets heeft te zeggen; het is eerder te veel en ze wil hem ook niet bombarderen met informatie.

'Ik ben Gaby van der Hei,' begint ze dan. Ze wil nog meer zeggen, maar wordt al onderbroken.

'Gaby van der Hei?' herhaalt hij. 'Dat is jouw naam?'

De nadruk op haar achternaam maakt haar bang. Ze weet dat die voor de meesten bekend is; iedereen kent het verhaal van haar moeder. Toch heeft ze vaak de neiging gevoeld te bewijzen dat ze anders is dan haar familie – en dan vooral haar moeder – en wil ze liever niet geassocieerd worden met de naam Van der Hei. Daarom heeft ze altijd het voorbeeld van Finn gevolgd. Hij wist wel wat het goede om te doen was en hij heeft haar geleerd hoe het leven geleefd moet worden. Het belangrijkste dat Gaby zichzelf nog steeds iedere dag vertelt, is dat ze niet gedefinieerd wordt door haar moeder.

'Ja,' zegt Gaby, maar ze klinkt een stuk onzekerder. Wat als haar naam hetgeen is waardoor Matthijs niet meer mee wil werken? Haar naam kan de hele zoektocht verpesten! 'Dat ben ik.' Haar stem trilt.

'Van die jongen, Finn van der Hei?' vraagt Matthijs om het nog een keer te verduidelijken.

Zoals hij het zegt, klinkt het alsof Finn nog leeft. 'Ik ben zijn zus,' zegt Gaby. Tegelijkertijd is ze blij dat Matthijs haar niet aan haar moeder herinnert, maar in plaats daarvan aan Finn dacht.

'Ik zou je graag willen helpen,' zegt Matthijs dan. Het klinkt alsof hij zelf verbaasd is over zijn woorden en het besluit spontaan neemt, maar zijn stem is opgewekt. 'Maar niet over de telefoon.'

Gaby gooit een vuist in de lucht en Dante grijnst van oor tot oor. Matthijs had eerst heel twijfelachtig geklonken, maar ze hebben hem overtuigd – Fínn had hem overtuigd. Gaby stuurt een bedankje naar haar broer, waar hij dan ook is. Door hem wil Matthijs het nog een kans geven.

'Je had gelijk toen je zei dat die Elliot met een reden dat briefje moet hebben achtergelaten,' gaat Matthijs verder. 'En ik weet die reden niet, net zoals jij die niet weet, maar samen kunnen we er wel achter komen.'

'Dus we moeten een keer afspreken?' stelt Gaby vast.

'Morgen,' zegt Matthijs. 'Hoe sneller, hoe beter, toch?'

Zijn antwoord verrast Gaby en Dante, maar zijn enthousiasme is aanstekelijk. Ze weten allebei dat ze ook niet langer zouden kunnen wachten als ze het wilden.

'Klinkt goed,' zegt Gaby. 'In de ochtend? Woont u eigenlijk ook in Kleindorp?'

Matthijs antwoordt bevestigend en noemt een tijd van tien uur, waar Dante en Gaby mee instemmen. Vooral Gaby is erg tevreden met de afspraak als ze ophangt en Dante zijn telefoon teruggeeft. Ze ziet dan ook voor het eerst Daila weer; ze was haar vriendin helemaal vergeten terwijl ze met Matthijs sprak en Daila had ook expres geen plek op de voorgrond ingenomen.

'Morgen gaan we naar Het Hollands Tuintje,' vertelt Gaby Daila. 'Daar ontmoeten we Matthijs.'

Daila let echter niet op; haar gedachten staan ergens anders. 'Matthijs?' Haar blik blijft strak op het scherm van haar telefoon staan, waar ze het net ontvangen bericht nog een keer leest. En nog een keer.

'Matthijs,' verduidelijkt Gaby. 'De man die we net aan de telefoon hadden. Het was zijn nummer dat op het briefje stond.' De woorden rollen snel over haar tong en ze haast zich om haar tas te pakken, ook al hebben ze pas morgen afgesproken. Het voelt alsof de tijd dringt en iedere seconde is kostbaar.

Gaby's woorden dringen tot Daila helemaal niet door. Haar hersenen hebben nog moeite met het verwerken van wat ze net heeft gelezen. Ze had liever gehad dat ze haar telefoon nog iets langer links had laten liggen en het berichtje niet had gezien, maar daarvoor is het nu te laat.

Kyle (13.53)

Zullen we weer afspreken?

Een berichtje van haar ex Kyle kan maar één ding betekenen, weet Daila, en dat ding is nu net hetgeen waar ze geen zin in heeft. De laatste keer dat ze elkaar zagen staat nog in haar geheugen gegrift: veel geschreeuw, woede en pogingen van hem om op haar gevoel in te werken met lieve woorden. Dat is altijd al zijn tactiek geweest, denkt ze sarcastisch, maar deze keer wil ze er niet nog een keer in trappen.

Het trillen van Daila's telefoon vertelt haar dat er nog een berichtje is.

(13.54)
Ik mis je

Daila onderdrukt de neiging om met haar ogen te rollen. Dit is precies wat ze van hem verwachtte. Toch weet ze dat ze zijn berichtje niet onbeantwoord kan laten, hoe zeer ook het idee hem weer te moeten zien haar rillingen op haar rug bezorgt.

Gaby stoot Daila tegen haar schouder. 'Kom, we gaan,' zegt ze. Zijzelf is al opgestaan en ze neemt een wachtende houding tegenover Daila aan.

Daila wacht niet langeren staat op van haar stoel, waarna ze Gaby en Dante het strandhuis uit volgt. Kyle moet nog maar even wachten, denkt ze.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro