41. Nablijven

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng


Een nieuwe week is begonnen. Met een weekend waarin Serena en Charissa het hoofdonderwerp waren, is afgelopen week en daarmee een pijnlijke periode voor mij afgesloten. Het is een hoofdstuk uit mijn levensverhaal waarvan ik niet wil dat de bladzijdes worden gelezen. Zowel de aanrijding van Charissa als de verlating van Mike en de donkere dagen waarin mijn pijn me zover heeft gekregen een brug af te branden; het hoort allemaal bij het hoofdstuk die ik wil deleten uit mijn geheugen.

Nu het maandag is heb ik het gevoel dat ik mezelf weer kan oppakken. Het is als een nieuwe kans, een frisse start. Ondanks het geheimzinnige gedrag van Mike wat als een chronische ziekte aan hem vastzit en het nog altijd grote mysterie van de stalker, ben ik vanochtend met een goed humeur en een positieve uitstraling uit bed gestapt. Niet alleen ben ik het zat altijd maar met stress en onzekerheid rond te lopen, ook ben ik ontzettend blij door het fantastische nieuwtje wat gisteren van het ziekenhuis kwam: de officiële bevestiging dat Charissa weer naar huis mag en vanaf nu alleen nog maar positief en optimaal kan herstellen.

Na vier lesuren en twee pauzes is het laatste vak van vandaag aan bod. Terwijl Josh en Caleb aan de andere kant van de school in beweging komen met gym, focussen Lola, Anouk, Lexi en ik ons op onmogelijke formules en een vleugje marteling; ook wel bekend als wiskunde. Terwijl ik geconcentreerd de net geleerde formule op papier zet en een paar sommetjes bereken met de rekenmachine, hoor ik Anouk voor de zoveelste keer overdreven zuchten. Bijna automatisch draaien Lola en ik ons om. Ook Lexi, die naast Anouk zit, is gestopt met schrijven. De wat-is-er-nou-weer blik staat duidelijk op onze voorhoofden geschreven. 

'Werkelijk waar jongens, ik begrijp niet hoe jullie hier iets van kunnen maken,' zegt Anouk en legt daarbij net iets te hard haar pen op tafel. Ik wil vragen wat ze niet snapt, maar Anouk heeft haar mond alweer geopend. 

'Dit is echt hopeloos. Ik kan er geen kut van,' vervolgt ze terneergeslagen. Een paar meter verderop klinkt gekuch. De leraar geeft Anouk een waarschuwende blik.

'Zou mevrouw op haar taalgebruik willen letten?'

Lola en ik onderdrukken een lach. Lexi legt medelijdend haar hand op Anouks schouder. 'Ah kom op, zo slecht kan het toch niet zijn?'

'Lexi geloof me; geef me een meerkeuzevraag en ik beloof je dat mijn antwoord niet eens een van de opties zal zijn...'

Ik doe een tweede poging iets te zeggen maar dit keer is het Lola die me tegenhoudt. Als een gillende keukenmeid die op het punt staat vermoord te worden geeft ze een luide kreet. Automatisch krimp ik van de schrik ineen. Alle andere uit de klas doen hetzelfde. Met grote ogen kijken we haar kant op.

Een seconde na haar gil springt ze op en loopt minstens drie meter van haar plek vandaag. Als ik haar geschrokken blik volg zie ik de oorzaak: een kleine spin kruipt over de spierwitte muur, op de plek waar Lola net nog met haar hoofd tegenaan leunde.

'Are you kidding me? Jij bezorgt ons een hartaanval voor dát? Het is een fucking spin, die is veel kleiner dan jij.'

Lola kijkt Bart, de jongen die net de opmerking maakte, geïrriteerd aan. Verdedigend zet ze haar handen in haar zij. 'Ja hallo een bom is ook veel kleiner dan ik maar daar voel ik me ook niet helemaal op mijn gemak bij. Dus sorry als ik je plezier met wiskunde verpestte maar kan iemand a.u.b. die spin weghalen?'

Een paar klasgenoten schieten in de lach, andere gaan zuchtend weer aan hun werk en negeren daarbij Lola's vraag. Uiteindelijk is het Bart, om te bewijzen dat spinnen niet eng zijn, die de spin met een gescheurd blaadje uit zijn schrift verwijdert. Ik kan alleen maar lachen om de geweldige vrienden die ik heb: iemand die "geen kut kan" als het om wiskunde gaat en iemand die spinnen vergelijkt met bommen. 

Als de les aan z'n eind komt en de verlossende bel is te horen, staat iedereen automatisch op en loopt vervolgens luid kletsend het lokaal uit. De docent staat vlakbij de deur en wenst iedereen een fijne dag. Ook moeten we niet vergeten ons huiswerk te maken. 

Op een rij lopen Anouk, Lexi, Lola en ik de trap af. Er wordt gepraat over de nieuwe collectie kleren van de H&M en een bekend filmpje dat tig keer op Facebook wordt gedeeld en geliket. In tegenstelling tot normaal draai ik me om richting de linkerkant van de school.

'Hé waar ga je heen?' Vraagt Lola.

'Nablijven. Door het eh, gebeuren van vorige week,' mompel ik beschaamt. Lola knikt als teken dat ik het niet verder hoef uit te leggen. Het is dan ook geen geheim dat ik vorige week niet alle lessen heb gevolgd. School was niet belangrijk voor mijn "nieuwe ik" van dat moment. 

"Na overleg is besloten dat uw dochter vanwege meerdere keren spijbelen en slecht gedrag een middag moet nakomen. Er is een standaard lokaal voor nablijvers, daar kan zij zich na haar laatste les komen melden. Elke keer dat zij dit mist zal er een extra uur bijkomen."

De woorden van de directeur van de school heeft nog een grote ruzie tussen mam, pap en mij bezorgd. Gelukkig is ook dat iets van vorige week. Ik ben bereid fouten goed te maken en ga dan ook gewoon mijn nablijf-uren volgen. 

Nadat we elkaar gedag hebben gewenst loop ik in mijn eentje naar het juiste lokaal. Aangezien ik nooit eerder moest nablijven is het even zoeken. Gelukkig is het vrij duidelijk te zien en ruim op tijd ben ik aanwezig. Het is de enige ruimte waar leerlingen nog met hun boeken op tafel of telefoons in hun handen onderuitgezakt zitten, een voor een met een verveelde blik. De meeste kennen elkaar en voeren dan ook luidruchtige gesprekken. Dat er op het bord staat dat het in dit lokaal stil moet zijn maakt ze duidelijk niks uit.

Als de tijd van het nablijven officieel is begonnen sluit de strenge vrouw die ons nauwkeurig in de gaten zal houden de deur. Met een alles behalve vriendelijke stem en een ietwat arrogante houding eist ze dat alle telefoons uitgaan en op het bureau worden neergelegd. Daarnaast verwacht ze van ons dat we in stilte huiswerk maken. Enkele nieuwelingen protesteren, andere lijken precies te weten wat de regels zijn en waren dan ook al opgestaan voor de vrouw haar regel over de telefoons had opgenoemd.

Ik stuur nog snel een berichtje aan mam om te laten weten dat ik ondanks de extra tijd op school op tijd bij het ziekenhuis zal zijn om Charissa op te halen. Hierna zet ik mijn telefoon uit en loop ik richting het bureau. Als ik weer terugloop naar mijn plek en hierbij onverschillig de leerlingen die al zitten aankijk, gaat mijn hartslag onrustig omhoog als mijn blik die van niemand minder dan John kruist. 

De populaire maar vooral irritante jongen die ik keihard voor schut heb gezet in de tijd dat meningen van andere me niks meer interesseerde, kijkt me met felle ogen aan. De manier waarop zijn lippen vermaakt omhoog krullen op het moment dat hij me ziet betekent niks goeds. Ik probeer nog snel van hem weg te kijken en te doen alsof ik hem niet heb gezien, maar het is duidelijk al te laat. 

'Kijk nou eens; het meisje van de bekendste roddel op school is in hetzelfde lokaal als ik!  Wat heb ik toch een geluk,' zegt John zogenaamd enthousiast en begint hiermee zijn aanval. Ik blijf naar mijn plek toelopen, die helaas niet ver van de zijne af is, en negeer daarbij de aandacht die John onmiddellijk van alle andere heeft gekregen. Ondertussen voel ik mijn hart steeds sneller kloppen. Met een brok in mijn keel doe ik er alles aan om rustig te blijven en geen domme dingen uit te flappen.

'Oh nu is ze verlegen hoor, nu zegt ze niks! Eerst had ze een grote bek omdat ik een grapje maakte en nu durft ze me niet eens aan te kijken. Typisch voor een meisje als jij Sophie. Typisch voor iemand die zichzelf zwanger laat worden door een of andere loser.'

Ik hoor hoe mensen hun lach proberen in te houden, verbluft maar vooral vermaakt door de strijd die vanuit het niets is ontstaan. Een overduidelijk mislukte poging. Ik moet daarentegen moeite doen niet uit te barsten. John's opmerking raakt me diep en het feit dat er niemand is die respect of medeleven kan tonen maakt me alleen maar bozer. Mijn nagels die ik in mijn huid voel snijden helpt me niet om mezelf onder controle te houden en net als ik John helemaal verrot wil schelden, is iemand anders me voor. 

'Jongen ik weet niet wie je bent en waar je het lef vandaan haalt zo tegen haar te praten, maar een ding weet ik wel: praat nog eens zo respectloos tegen haar en je krijgt met mij te maken. Eens zien of je dan nog zo stoer bent.'

30 paar ogen gaan vliegensvlug van John, naar mij, de jongen die opeens in de deuropening staat en weer terug naar John. Hun blikken maken duidelijk dat ze het nablijven helemaal niet meer erg vinden en ze alleen nog popcorn nodig hebben, als finishing touch voor dit drama momentje die pal voor hen plaatsvind.

'Oké nu is het wel even klaar geweest met deze onzin!' Roept de strenge vrouw nu. Even was ik vergeten dat zij ook nog bestond.

'Jij,' zegt ze fel en wijst daarbij beschuldigend met haar wijsvinger naar John, 'als ik je nog een keer hoor praten dit uur mag je de dubbelde tijd nog eens inhalen.'

'Jij,' zegt ze nu naar mij gericht, 'ga op je plek zitten.'

Tot slot wendt ze zich tot de jongen in de deuropening. 'En jij bent te laat.'

'Sorry mevrouw, ik zit nog maar net op deze school en ik had wat moeite met het vinden van het lokaal.'

'Wat is je naam?'

'Isaac mevrouw.'

Net als ik op mijn plek zit en met een rotgevoel naar beneden kijk, noemt de jongen zijn naam. In een flits zie ik het voor me:

"Dit zijn Chris, Sebastiaan en Isaac," zegt Josh met een duidelijk goed humeur en wenkt daarbij naar de jongens die naast hem staan. Van de drie is Isaac degene die me het meest aanspreekt. Hij heeft dezelfde kleur zwarte haren als Mike en donkere ogen, al zijn die van Isaac groen in plaats van bruin. Zijn lichaamshouding heeft hier en daar mysterieuze trekjes en zijn periode van de baard in de keel is duidelijk al achter de rug.

...

In de hoop iemand te vinden om mee te praten ben ik gaan zoeken naar Josh. In plaats daarvan kom ik andere bekenden tegen. Een aantal jongens uit Josh 's voetbalteam, waaronder Isaac en Chris rennen op het grasveld en trappen de voetbal hardhandig heen en weer.

"Doe je mee?" Vraagt Isaac. Ik schud onmiddellijk mijn hoofd.

"Ah kom op. Zie het als een kans om te bewijzen dat meisjes kunnen voetballen, tenzij je daar niet in gelooft natuurlijk," zegt hij plagend.

...

Van alle mensen op planeet Aarde is het Isaac die getuige moest zijn van Johns aanval naar mij. Isaac, de jongen uit Josh 's voetbalteam die Lola, Lexi en mij heeft horen zeggen dat we hem knap vinden en de jongen die me heeft laten voetballen op dé avond waarin ik viel: letterlijk en figuurlijk.

Verbaasd hem hier te zien staar ik hem aan. Dat ik hem hiervoor alleen maar in sportkleding heb gezien moet de reden zijn dat ik hem niet gelijk herkende. Nu ik hem beter observeer dringt het pas echt tot me door wie er zojuist als enige voor me is opgekomen. 

In een rustige pas loopt hij naar voren. Iedereen staart hem aan. Sommige kijken nieuwsgierig, andere aanvallend. Het lijkt hem niks te doen. Zijn ogen staan normaal en er is geen enkele vorm van spanning in zijn houding te zien. Ik heb er bewondering voor.

Als hij voor me staat houdt hij zijn pas in. Met een vragende blik en een vriendelijke glimlach kijkt hij me aan. 'Is het oké als ik naast je kom zitten?'

Hij wenkt naar de lege plek naast mij. Heel lang hoef ik niet over zijn vraag na te denken. Ik glimlach en ik knik. 'Tuurlijk.'

De rest van de tijd is het stil. Niet omdat we ongemakkelijk naast elkaar zitten en niet weten wat we tegen elkaar zouden moeten zeggen, maar omdat het moet. De strenge vrouw observeert ons alsof ze een politieagent is en wij de criminelen. Heel even kruisten de blikken van Isaac en mij, waarbij we vervolgens glimlachten. Daarna zijn we beide aan ons huiswerk begonnen, net als alle andere. Af en toe kreeg mijn nieuwsgierigheid de overhand, waardoor ik zo onopvallend mogelijk naar hem gluurde en hoopte op die manier antwoorden te krijgen op vragen die ik voor hem had. Meestal had hij door dat ik staarde, maar keek hij me verder expres niet aan. Ik zag het door de manier waarop hij naar zijn huiswerk keek. Tenslotte lacht er niemand om Nederlandse literatuur...

Wanneer we eindelijk vrij zijn om te praten en de school te verlaten, lopen Isaac en ik samen richting de uitgang. John, zijn vrienden die standaard om hem heen hangen en alle andere zijn al snel uit het zicht verdwenen. Het grote gebouw is abnormaal stil en leeg. Op een paar docenten na slenteren Isaac en ik als enige door de gangen. Ondanks het feit dat ik hem nauwelijks ken voel ik me bij hem volledig op mijn gemak. Dit zal wel komen doordat Josh met hem bevriend is en Isaac me praktisch gezien heeft gered tijdens Johns aanval.

'Doet die loser altijd zo vervelend tegen je? Als je door hem gepest wordt moet je het zeggen, dan doe ik er iets aan,' is het eerste wat Isaac zegt. Het klinkt beschermend zonder foute bijbedoelingen. Ik zou bijna denken dat hij me nu al als een goede vriendin ziet.

'Bedankt, maar dat is niet nodig. John gedraagt zich tegen iedereen als een eikel. De school is het gewend.'

Hij knikt. Hoe langer we lopen, hoe meer ik wil weten. Uiteindelijk kan ik het toch niet laten hem beter te leren kennen. 

'Hé ik wil me er niet mee bemoeien, maar hoe ben je hier terecht gekomen?'

'Terecht gekomen?' Herhaalt hij. 

'Het schooljaar is allang begonnen. Beetje vreemde tijd om van school te veranderen toch?'

Hij grijnst. 'Oh, ja, nou,' mompelt hij en gaat daarbij met z'n hand door zijn haren. Heel even lijkt hij verlegen te worden. 'Ik heb wat problemen veroorzaakt op mijn vorige school. Laten we zeggen dat de school niet heel blij met me was. Maar geloof me ik ben er niet trots op. Hier zal ik het goed doen.'

Aan zijn ogen te zien is hij bang op mijn reactie. Ik kan alleen maar lachen. 'En toch zat je net in het lokaal voor nablijven, in je eerste week.'

Wanneer Isaac ziet dat ik mijn opmerking niet gemeen bedoel verschijnt er een grijns rondom zijn lippen. 'Daar mag je me niet op beoordelen, ik heb gewoon wat moeite met op tijd komen,' verklaart hij. Ik lach. 

Op het schoolplein steek ik mijn fietssleutel in het slot, terwijl Isaac op een glimmende zwarte scooter stapt. Met een helm op en luid gebrom van de motor steekt hij zijn hand naar me op. Glimlachend zwaai ik terug. Twee secondes later scheurt hij het plein over. Niet lang daarna is hij verdwenen.

Zoals beloofd ben ik op tijd bij het ziekenhuis. Als ik naar binnenloop zie ik Charissa al staan. Een brede glimlach verschijnt op mijn gezicht. Het voelt ontzettend goed mijn lieve zusje zonder een ziekenhuispyjama en ziekenhuisbed te zien. Ze draagt haar eigen normale kleding en haar humeur lijkt goed. De dokter die haar vanaf het begin tot het eind heeft behandeld schud haar met een vriendelijke gezichtsuitdrukking de hand. Hierna geeft hij haar een papieren zak met het logo van het ziekenhuis erop. Er zullen wel het een en ander aan pijnstillers inzitten.

'Sophie!' Zegt Charissa enthousiast en spreidt daarbij haar armen. Heel voorzichtig omhels ik haar. Als ik opkijk zie ik mam met een grote bos bloemen, een knuffelbeer en een tros ballonnen in haar hand. Ook pap heeft zijn handen vol aan allerlei cadeautjes die de afgelopen week aan Charissa zijn gegeven.

'Ach lieverd je komt als geroepen. Er liggen nog wat kaarten in de kamer waar Charissa lag. Zou je even willen helpen? Dan brengen je vader en ik dit alvast in de auto.'

'Tuurlijk, ik haal het wel even.'

'Bedankt lieverd, als jij en Emily dat doen dan zien we jullie zo.'

Tegen mijn verwachting in verschijnt Emily opeens voor me. Ze heeft zich goed op de achtergrond gehouden, nu mam haar naam heeft genoemd komt ze opeens tevoorschijn.

Ik weet niet wat ik ervan moet denken. Leuk en normaal? Omdat ze bijna net zoveel om Charissa geeft als ik én dit de kans is om het goed te maken met haar? Of mega ongemakkelijk omdat ik haar praktisch heb bedreigd de laatste keer dat we elkaar hebben gezien... Ook al heb ik haar gebeld en mijn excuses aangeboden: het maakt dit moment niet minder lastig. 

Zoals afgesproken lopen mam, pap en Charissa richting de auto. Emily en ik gaan naar de kamer voor de laatste spullen. 

'Hoe is het met je?' Vraagt Emily en verbreekt hiermee de stilte.

'Emily het spijt me echt voor wat ik heb gedaan.' 

Het is eruit voor ik er erg in heb. In plaats van het beginnen van een normaal gesprek en rustig te wachten tot het juiste moment, flap ik het er onmiddellijk uit. Alsof mijn lichaam de schuldgevoelens niet meer aan kan. 

Ze zucht. We stoppen met lopen. Even lijkt ze boos te zijn. Heel boos. Voor een altijd optimistisch en vrolijk meisje als Emily kijkt ze ernstig. Zo heb ik haar nog zien kijken. Het wordt bijna eng. Maar dan verandert het. Haar blik gaat van serieus en boos, naar medelevend en zelfs vriendelijk. Als een vriendin die vergeeft pakt ze mijn hand. Haar ogen staan oprecht en haar lippen zijn in staat tot een glimlach te komen. 

'Ik hou van Charissa. Als zij mijn zusje was zou ik me verantwoordelijk voelen voor alles wat er met haar gebeurt.'

Met ingehouden adem kijk ik haar aan. 

'Ik snap het Sophie. Ik vergeef je.'

Ik bijt om mijn lip. Het kwetsbare komt bij me naar boven en tranen prikken in mijn ogen. Shit, niet het slachtoffer gaan uithangen nu. Niet huilen, niet huilen. 

Emily glimlacht. 'Hé moppie je hoeft niet te huilen!' Voor ik het weet heeft ze haar armen om me heengeslagen. Lachend door haar woorden laat ik het gebeuren. In een vlugge beweging is de traan die over mijn wang rolde verdwenen. Een last valt van mijn schouders. Het besef dat Emily tig keer meer is dan een aardige collega heerst in volle toeren. 

Het is raar hoe een kort gesprek het hele moment zo makkelijk kan veranderen. Net was het nog gespannen en ongemakkelijk. Nu had ik niks beters kunnen wensen. Dit bedenkend in mijn hoofd realiseer ik me dat het is gelukt: ik heb een nieuwe start gemaakt en het vorige hoofdstuk achter me gelaten. Ik ga de rest van de dag zijn met mensen waar ik van hou.

Ik glimlach. Charissa komt weer thuis, Emily is erbij en zelfs een eikel als John heeft geen invloed meer op mijn humeur. Niks gaat mijn dag nog verpesten.

Dacht ik.

Want toen kwam het moment. Hét moment waarin alles wordt verpest. Hét punt waarin al het goede van daarvoor plotseling geen waarde meer heeft. Wanneer het niet meer belangrijk is omdat er iets is gekomen dat meer aandacht vraagt. Meer aandacht en meer gevoelens. Pijnlijke gevoelens. De angst, de woede en het verdriet wat de hele dag uitstond is in een klap aangezet tot de hoogte stand.

Net wanneer ik het ziekenhuis uitstap, met Emily aan mijn zij en een stapel vrolijk gekleurde beterschapskaartjes in mijn hand, gebeurt hetgene waarvan ik hoopte dat het niet zou gebeuren:

De stalker slaat weer toe.

...

Ik kijk naar de foto. Dé opgevouwen foto van Serena die ik altijd in mijn jaszak heb zitten.

Zonder bijzondere bedoelingen haalde ik het tevoorschijn. Ik wilde er alleen maar naar kijken. Niets meer niets minder. Gewoon omdat ik blij was. Gewoon omdat ik me gelukkig voelde en met mijn moederlijke instinct even de foto wilde zien.

En dat is er.

Mijn moederlijke instinct is er sterker dan het ooit is geweest.

Want de stalker heeft toegeslagen en dit keer op een manier dat ik het niet langer kan ontkennen en negeren, wachtend op het moment dat Mike het magisch heeft opgelost. 

Dít bericht, gaat te ver: 

Vraagje schat - hoe ver ben je bereid te gaan om je baby te beschermen?

X

PS (ze heeft haar moeders ogen, prachtig groen) 











Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro