56. Niets is wat het lijkt

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

Bliksemsnel trekt hij zijn wapen vanachter zijn rug. De loop gaat richting Emily. Met donkere ogen en een strak gezicht kijkt hij haar aan. In een snelle beweging heeft hij het pistool geladen. De manier waarop ze reageert doet hem niks. Haar ogen worden groot en haar lichaam verstijft. Ze zoekt hulp om haar heen maar Vincent, Remco, Alexander en Marco laten het gebeuren. In een kring staan ze achter hun leider.

Ik schreeuw. 'Mike stop!'

Hij luistert niet. Hij heeft haar onder schot en hij is klaar om een eind te maken aan zijn taak. Het enige wat hij nu nog hoeft te doen is het overhalen van de trekker. 

'Nee!'


Een uur eerder

Ongerust wacht ik af. Zo stil als maar kan lig ik op de bank. Door het raam zie ik de eerste lichtstralen van de ochtend tevoorschijn komen. In mijn grijze joggingbroek en een zwart T-shirt die ruim twee maten te groot is heb ik de tijd voorbij laten kruipen. Voor uren heb ik in de lege woonkamer gezeten. Nadat ik halverwege de nacht paniekerig wakker schrok ben ik mijn kamer uitgegaan. Vanaf het moment dat ik de trap afliep dreunde de hoofdpijn door mijn hoofd. De afschuwelijke ontdekking van Emily's ware identiteit flitste langs me heen. Met een vliesdeken, een kop hete thee en afleidende muziek heb ik me op de bank gevestigd.

Ik heb niet meer geslapen. Verscholen en angstig voor de nachtmerries ben ik opgebleven. De wallen verschijnen onder mijn ogen en de zenuwen laten mijn hart sneller kloppen. Er is nare stress die door heel mijn lichaam stroomt. Ik ben bang voor de ochtend die zojuist is aangebroken. Ik vrees voor mezelf en voor Charissa. Teveel narigheid is in ons leven gekomen en het is nog maar de vraag hoeveel we aankunnen. 

Maar ook vrees ik voor Emily. Of ze nou een monster mag zijn of niet: na alles wat er is gebeurd weet ik dat Mike tot alles in staat kan zijn, als het gaat om de mensen van wie hij houdt. En daarom vrees ik ook voor hem. Ik weet dat hij zichzelf in gevaar gaat brengen. Ik voel het gewoon. Hij wilt anderen zo graag beschermen dat hij zichzelf erbij vergeet. Daar kan hij zo ver in gaan dat uiteindelijk ik degene ben die zich zorgen moet maken om alles en iedereen. 

Op dit moment denk ik alleen maar aan Emily. Aan het altijd vrolijke meisje die er elke dag goed uit weet te zien. Aan het meisje met een standaard goed humeur en een positieve uitstraling. Iemand die andere blij kan maken met haar glimlach. Iemand waarmee ik zowel op het werk als erbuiten plezier mee heb gemaakt. Zo vaak zijn we op stap gegaan en zo vaak wisten we elkaars slechte dagen te veranderen in iets goeds. De gedachte dat het een en al nep is blijft bizar. 

Het is nauwelijks te bevatten. Ze heeft zelfs een vakantie met Charissa en mij doorgebracht. Een toptijd op het strand, in de stad en op feestjes. Stuk voor stuk leuke herinneringen. Althans, dat dacht ik. We geloofden erin. Nu weet ik het niet meer zeker. 

Mike heeft me teveel laten twijfelen. De hele nacht heb ik er over na kunnen denken en hoe lichter het buiten werd, hoe sterker zijn ontdekking is geworden. Het is moeilijk te ontkennen. Het idee dat Emily al die tijd een groot toneelstuk heeft gespeeld blijft pijnlijk. Het idee dat zij degene is die Charissa opzettelijk heeft aangereden breekt mijn hart nog het meest.

Vermoeid loop ik naar de keuken. Terwijl ik de lichtknop aanklik, valt mijn blik op de geschreven briefjes die op tafel liggen. Het handschrift van zowel Charissa als die van mam is meteen te herkennen. Na een snelle scan is het duidelijk dat ik al die tijd al alleen ben geweest. Uit het eerste briefje blijken mam en pap totaal onverwachts een hotelovernachting te hebben geboekt, terwijl Charissa's boodschap me vertelt dat ze bij een vriendin logeert.

Ik besef me dat ze het logeren bij haar vriendin als excuus heeft gebruikt om het huis uit te gaan. Na Mike's vertrek hebben Charissa en ik nog lang ruzie gemaakt. Met mijn onzekerheid stond ik volgens haar aan de verkeerde kant. Zij maakte glashard duidelijk dat ze er niet in geloofde. Emily moest en zal haar vriendin zijn. Op het korte moment waarin ik uit het oog verloor is ze woedend vertrokken.

Ze weet dat we op elkaar moeten letten en toch is ze zonder het er met mij over te hebben weg gegaan. Het is alsof alles en iedereen me verlaat, wetend dat de bom vandaag gaat barsten. Alsof iedereen weet dat ik niet van plan ben afstand te nemen van Mike en ze daarom maar uit de buurt blijven van mij. Charissa weet het en zij is weg. De stalker weet het en die kan elk moment bezoek krijgen. Mike weet het en samen met mij is hij klaar. Samen zijn we vastbesloten het te eindigen.

De deurbel gaat. In een reflex laat ik alles op tafel vallen. Het bord, het mes, het brood en het beleg; alles wat ik heb gepakt voor een ontbijt laat ik liggen. Het eten is niet meer belangrijk. Mike staat gegarandeerd voor de deur en dat is het enige waar ik me nog op wil focussen. Hij gaat me vertellen wat het laatste bewijs is tegen Emily, of hij komt met het geweldige nieuws dat het allemaal een grote fout is. Een sprankje hoop zet mijn kansen in op het laatste. Al weet ik diep vanbinnen dat het niet realistisch is. 

Zodra we tegenover elkaar staan vuur ik de vragen op hem af. 'En? Weet je het zeker? Is het Emily? Heb je het bewijs waar je het gister over had?'

Hij knikt. 'We hebben een van de bedreigingen nog eens bekeken. Op de paspoortfoto van Serena is geschreven met pen. Een andere soort dan de rest van de bedreigingen. In het pannenkoekenrestaurant hebben we Emily's kluis open gekraakt. Ze heeft de pen waarmee is geschreven. Ook komt haar handschrift overeen. Het spijt me Sophie, maar het is haar. Ik kan er niks anders van maken. Ik moet haar oppakken.'

Ik begrijp het niet. 'Waarom bellen we de politie niet? Het is toch hun taak om zulke dingen te doen?'

'Je weet best waarom dat niet kan. In geen honderd jaar gaat zij aan de politie vertellen wie mijn moeder heeft vermoord. Maffia praat niet tegen de politie.'

'Het lijkt mij dat maffia ook niet tegen vijanden praat,' probeer ik nog. 'Alison zei zelf dat Richard en Tyco elkaar zacht uitgedrukt niet bepaald aardig vinden...' 

Mike's ogen gaan koelbloedig mijn kant op. 'We zorgen ervoor dat ze praat. Als ze daar geen zin in heeft dan zijn er genoeg manieren om haar zin te geven.'

Een rilling gaat langs me heen. Ik weet dat hij het meent. Of ik het nou wil of niet: hij gaat Emily oppakken. Hij gaat haar confronteren en hij zal haar dwingen om antwoorden te geven. De dingen die hij zal doen als ze weigert wil ik niet inbeelden. Daarvoor is het te gruwelijk. 

Het enige waar ik op kan hopen is dat ze toegeeft. Ik hoop dat ze zichzelf als verliezer accepteert en simpelweg naar Mike luistert. Ook al hoor ik niet om haar veiligheid te geven: er is al genoeg pijn geleden. Bovendien is zij het niet waard om van Mike een monster te maken. 

Zijn telefoon gaat. Voor het eerst draait hij zijn rug niet naar me om. Voor het eerst mag ik zien wie hem probeert te bereiken. Hij neemt op en zet het gesprek vervolgens op luidspreker. Het verbaast me niets dat ik Vincents ruige stem te horen krijg.

'Dit is Mike Moore. Zeg het maar.'

'We hebben haar adres gecontroleerd. Het is een match. Remco heeft gekeken en ze is thuis. Nu is het beste moment om te gaan.'

'Oké. Stuur het adres via sms. Geen enkele aanval tot ik er ben, begrepen? Geen slag, stoot, schop of schot tot ik er ben. Alleen toegestaan als ze jullie doorheeft en probeert te vluchten. Maar ze moet leven. Ik heb haar nodig.'

'Duidelijk,' zegt Vincent. En hiermee is het gesprek beëindigd. 

Gehaast stopt Mike zijn telefoon terug in zijn jas. Zonder nog iets tegen mij te zeggen opent hij alweer de deur. Hij maakt aanstalten te vertrekken. Verbaasd hou ik hem tegen.

'Ik ga mee. Het interesseert me niet wat je daarvan vindt. Mike ik ga mee. Als de stalker wordt gepakt moet ik daarbij zijn.'

Hij schudt zijn hoofd. 'Dat gaat niet gebeuren. Jij blijft hier. Hier valt niet over te discussiëren. Er is een groot deel van mijn leven die ik nu aan je laat zien maar momenten als deze hou ik voor mezelf. Jij hoeft dit niet te zien.'

Het blijft me verbazen dat hij zo rustig blijft. Hij heeft praktisch toegegeven dat hij typisch maffiagedrag gaat uitvoeren en het enige wat hij tegen mij zegt is dat ik hier moet blijven. Ik kan er niet aan wennen. Wat denkt hij wel niet?

'Heb je jezelf net wel gehoord? Je zei "geen schot tot ik er ben." Wat betekent dat? Ga je haar neerschieten? Heb je een pistool?'

De irritatie is in zijn stem te horen. 'Ja Sophie, ik heb een pistool. Maar ik hoef me niet te verantwoorden tegenover jou. Daar is geen tijd voor. Elke seconde telt. Ik ga nu en jij blijft hier. Dit is geen voorstel, dit is een bevel.'

Boos kijk ik hem aan. Zuchtend legt hij zijn hand op mijn schouder. 'Je weet dat ik je alleen maar bescherm,' zegt hij zachtjes. Niet veel later is hij vertrokken.

Mijn hart bonkt als een gek. Diep adem ik in en diep adem ik uit. Mijn hoofd voelt zwaar en mijn lichaam is vermoeid. Ik voel me benauwd en ik voel me gestrest. De paniek neemt het langzaam van me over. Terwijl Mike onderweg is naar Emily sta ik hier te ijsberen. Nadenkend loop ik van links naar rechts. Ik probeer de juiste keuze te maken, wat moeilijk gaat als helder nadenken niet meer lukt.

Ik weet dat Mike de goeie is in dit verhaal, voor zover je dat kan zijn als maffialeider. Ik weet dat hij slechts een gebroken jongen is die zijn moeder wil wreken en zijn vader rust wil geven. Ik weet het en ik begrijp het. Wat zou ik doen als mijn moeder werd vermoord? Wat zou ik doen als ik de kans had mijn moeders moordenaar te pakken? 

Iedereen zou daar hetzelfde antwoord op geven. Ik zou de kans aannemen. Het is beangstigend hoe je dat duistere stukje van jezelf vindt. En zoals Alison heeft gezegd: "Je weet nooit waar je toe in staat bent, tot je in die situatie komt. Iets verkeerds doen kan juist lijken als je iemand helpt van wie je houdt."

Vastbesloten trek ik mijn jas aan. Mijn haren bind ik in een knot. Vlug kijk ik in de spiegel. Met zwarte gympen, een grijze joggingbroek, een zwarte jas en een knot in ben ik alles behalve opvallend. Het gebeurt nauwelijks dat ik zo de deur uit ga en dat is precies de bedoeling. Of het nou gestoord is of niet: ik ga Mike dit niet zomaar laten doen. Ik ga niet wachten tot ik een mooi gemaakt verhaal van hem krijg te horen. Als hij Emily's daden gaat bestraffen wil ik het met mijn eigen ogen zien. Ik moet zelf gezien hebben of het eerlijk is gegaan of niet. 

Adrenaline stroomt door me heen. Zenuwachtig sprint ik het huis uit. Met ongecontroleerde stappen kom ik in beweging. De bladeren kraken onder mijn voeten. In gedachte bedenk ik de kortste weg naar Emily's huis. Ik weet dat het op de route ligt van mijn huis naar het pannenkoekenrestaurant. Het kost slechts een paar minuten om daar te komen. Als ik wil zien wat Mike gaat doen moet ik snel zijn.

Zo gezegd zo gedaan. Aan het einde van de straat blijf ik staan. Uitgeput kom ik tot stilstand. Automatisch hou ik mijn adem in. Volledig geconcentreerd hou ik de jongens in de gaten. Als een professionele spion bekijk ik ze. Zo onzichtbaar mogelijk breng ik mezelf naar voren. Vlak boven de grond schuif ik op mijn knieën richting het juiste huis en het juiste naambordje. 

Deels verscholen achter de geparkeerde auto's in de straat, kom ik steeds dichterbij nummer 29. Het huis is alles behalve speciaal. Ik herken het simpele rijtjeshuis waar ik meerdere malen ben geweest. Het naambordje verzekert de jongens ervan dat ze juist zitten: Thijs, Erika en Emily Rosen. De gelukkige bewoners.

Enkele meters tegenover het huis blijf ik staan. Gehurkt hou ik mezelf onzichtbaar achter een zwarte auto. Heel voorzichtig haal ik mijn hoofd tevoorschijn. Een haarpluk valt door de wind voor mijn ogen. Ik zie hoe Vincent, Remco, Alexander en Marco voor de deur gaan staan. De bel wordt ingedrukt. Vanuit het niets komt Mike erbij. Hij houdt zich op de achtergrond. Alarmbellen klinken door mijn hoofd, zodra ik een wapen achter zijn rug zie uitsteken. Wat ben je van plan? 

De deur gaat open. Een schok gaat door me heen. Nerveus bijt ik op mijn lip. Het is de eerste keer dat ik Emily op deze manier zie. Ik zie haar niet als een vriendin maar als een monster. De stalker die niet alleen mij maar ook Charissa heeft verraden.

Er verschijnt een vriendelijke uitdrukking op haar gezicht als ze de jongens ziet. Geen enkel deel van haar lichaam verraadt dat ze zich aangevallen voelt. Het enige wat ze doet is glimlachen. Haar lippen bewegen kort op en neer. Ik maak eruit op dat ze hen begroet. Als ik mijn oren spits hoor ik Vincent spreken.

'Emily Rosen?'

'Ja, dat ben ik. Kan ik jullie helpen?'

'Zijn je ouders thuis Emily?'

'Nee, er is niemand thuis. Kan ik iets doorgeven?'

Vanaf dat moment gaat het snel. De jongens stappen opzij en maken plaats voor Mike. In twee grote passen staat hij voor haar. Emily herkent hem. Haar ogen staan verrast. 

'Mike? Wat doe je hier? Sophie is hier niet hoor.'

Bliksemsnel trekt hij zijn wapen vanachter zijn rug. De loop gaat richting Emily. Met donkere ogen en een strak gezicht kijkt hij haar aan. In een snelle beweging heeft hij het pistool geladen. De manier waarop ze reageert doet hem niks. Haar ogen worden groot en haar lichaam verstijft. Ze zoekt hulp om haar heen maar Vincent, Remco, Alexander en Marco laten het gebeuren. In een kring staan ze achter hun leider.

Zonder beheersing kom ik tevoorschijn. Verschrikt ren ik erop af. Mike kijkt niet eens op. Hij is niet eens verrast me te horen. Alsof hij wist dat ik hem zou proberen tegen te houden. Maar daar kan ik niet aan denken nu. Het enige wat me bezighoud is de loop van zijn wapen richting Emily. Ondoordacht probeer ik ertussen te komen. Voor ik de kans heb de weg te blokkeren hebben Alexander en Vincent me al vastgegrepen. In een hardhandige houding houden ze me op mijn plek.

Nu ik niet kan bewegen probeer ik het anders. Ik schreeuw. 'Mike stop!'

'Ga weg Sophie,' sist hij kwaad. 'Het is haar! Ga nou geen medelijden krijgen met je vijand. Degene die jouw leven zuur heeft gemaakt. Die van jou én die van je zusje. Vergeet dat niet.'

Wanhopig kijk ik naar Emily. De paniek in haar ogen laat me niet los. Het is zo echt. Ze lijkt zo bang. Als ze echt van de maffia was geweest, dan zou ze toch allang iets hebben gedaan? Dan had ze de jongens herkend en dan zou ze ingrijpen. Toch? Waarom zou ze zich in de val laten lokken? Ben ik dan zo naïef om haar ware ik niet te zien?

'Als jullie geld willen dan kunnen jullie het krijgen,' fluistert ze bibberend. 'Echt. Jullie kunnen het huis in en alles meenemen wat jullie willen. Doe me alsjeblieft geen pijn.'

'Leuk geprobeerd bitch,' hoor ik Vincent naast me zeggen. Woedend probeer ik me van hem en Alexander los te trekken. Hun reactie is pijnlijk. Vincents vingers klemmen zich drie keer zo hard om mijn arm. Zijn ogen verraden hoeveel plezier hij hierin heeft.

Radeloos vinden Emily's ogen de mijne. 'Wat is er aan de hand Sophie?'

'Waag het niet te antwoorden,' snauwt Vincent in mijn oor.

Ik negeer hem. Het laatste restje hoop wint het van de twijfel en de angst. 'Je moet bewijzen dat je het niet bent Emily. Geef me iets, alsjeblieft. Je mag het niet zijn. Dit kan je ons niet aandoen.'

Verward schudt ze haar hoofd. Wanneer ze voorzichtig in beweging wilt komen richt Mike zijn wapen nog feller haar kant op. Automatisch verstijft ze weer. Zijn stem klinkt hard. 'Blijven staan. Verroer je niet.'

'Ik heb geen idee waar je het over hebt Sophie,' jammert ze. 'Is dit een zieke grap? Ik heb geen flauw idee wat jullie bedoelen. Mike waarom doe je dit? Ik heb je niks gedaan!'

Hij luistert niet. Hij heeft haar onder schot en hij is klaar om een eind te maken aan zijn taak. Het enige wat hij nu nog hoeft te doen is het overhalen van de trekker.

Ik weiger op te geven. 'Mike kijk naar haar. Kijk dan! Je bent toch een mensenexpert? Je weet hoe ze denken door naar het gedrag te kijken. Toch? Doe het dan. Doe het! Ziet ze eruit als de stalker? Ziet het eruit alsof ze sowieso iets weet van jouw wereld?'

Voor het eerst ontstaat er aarzeling op zijn gezicht. Een seconde daarna heeft hij zich herpakt. 'Daar wordt ze op getraind,' zegt hij beslist. 'Zolang je maar lang genoeg oefent kan je niet alleen liegen met woorden maar ook met je gedrag.' 

Ze roept. 'Nee!' Tranen prikken in haar ogen. De eerste rolt over haar wang. 'Ik ben onschuldig.'

Ik graaf in mijn geheugen. Vanaf de eerste boodschap tot de laatste. Er moet iets zijn. Iets. Wat dan ook. Klein of groot, het boeit me niet. Zolang ik maar bewijs heb. Ik wil maar al te graag geloven dat Emily onschuldig is. Zo graag wil ik het geloven dat ik bereid ben voor haar op te komen. De onmogelijke taak om de echte stalker te ontmaskeren rust op mijn schouders. Met gesloten ogen denk ik terug. Elk detail laat ik voorbijkomen.

'Laat me gaan. Alsjeblieft!' Haar stem heeft geen invloed. Niet op Mike en niet op de andere jongens. Het motiveert alleen mij. Met alle kracht die ik heb denk ik terug. Elke gebeurtenis, elk gesprek en elke letter op papier of via de telefoon. 

Emily probeert zichzelf te redden. 'Mijn vriendje komt zo. Ik zweer het. Over tien minuten is hij hier en als Isaac ziet dat jullie me-'

Perplex open ik mijn ogen. Met open mond kijk ik haar aan. 'Isaac? Jouw vriendje is Isaac? De jongen die ervoor heeft gezorgd dat het uitging tussen Yoram en jij is Isaac?'

Met een betraand gezicht kijkt ze me aan. Er heerst verwarring op haar gezicht. 'Ja. Wat dan nog?'

De naam laat me niet los. 'Hoe ken je hem?' Vraag ik gehaast.

'Wat maakt het uit?'

'Beantwoordt de vraag Emily!' Roep ik luid. 

Ze schrikt. 'We leerden elkaar kennen op de dag dat wij met Serena naar de kinderboerderij gingen,' mompelt ze. 'Hij vertelde me dat jullie al een tijdje vrienden zijn. Hij had allerlei vragen over Serena. Ik vertelde hoe prachtig ik haar vond. We raakten aan de praat en van het een kwam het ander.'

En dan begrijp ik het. Ik zie Emily's pols waar het armbandje van Yoram niet meer omheen zit. Ik hoor de naam van haar zogenaamde vriendje door mijn hoofd galmen en dan valt alles op zijn plek. Stomverbaasd maar overtuigd dat ik de echte waarheid heb fluister ik zijn naam. 

'Isaac...' 

Ik kijk Mike aan. 'Het is Emily niet. Geloof me. Je hebt de verkeerde. Het is Isaac. Oh mijn god het is Isaac. Hoe heb ik dit niet kunnen zien?'

Hij fronst zijn voorhoofd. 'Je praat onzin. Ik weet niet eens wie die Isaac is.'

'Precies! Dat maakt het geniaal! Hij heeft Emily als dekmantel gebruikt. Het was zo duidelijk en ik heb hem gewoon in mijn leven gelaten zonder ook maar een seconde over hem te twijfelen. Ik zweer het je hij is het!'

Wederom probeer ik me los te trekken. Vincent en Alexander geven geen kick. Vragend kijk ik Mike aan. Hij knikt naar de jongens, als teken dat ze me los moeten laten. Opgelucht kom ik naast hem staan. Wantrouwend spreekt hij me toe. 'En dit weet je omdat Emily hem als vriendje heeft?' Zijn stem klinkt bespottend en geërgerd. 'Omdat ze met hem date?'

'Ja! Nee! Het is ingewikkeld.' Ik zucht. Diep adem ik in. Doordringend kijk ik hem aan. 'Toen jij vertrok die zondag heb ik me ontspoord gedragen die paar dagen. Ik was de weg kwijt en ik heb me achterlijk gedragen. Dat weet je. Oké?'

Hij knikt. 'Dus?'

'Ik ben twee nachten niet thuis geweest. De eerste nacht kwam ik dronken bij een vriend van me terecht: Caleb. Maar de tweede nacht kon ik me niet meer herinneren. Ik wist die volgende ochtend dat ik niet thuis was geweest, maar ik wist niet meer waar ik die nacht was. En nog veel belangrijker: ik wist niet met wie ik was.'

Beschaamt kijk ik naar de grond. De onderdrukte herinnering danst voor mijn ogen.

Zonder nog goed te weten waar ik me de afgelopen nacht schuil heb gehouden slenter ik over onbekende straten zonder naam. Hoewel ik zeker weet dat ik gisteravond het bos uit ben gegaan en vervolgens een vage bekende ben tegengekomen, kan ik me niet meer herinneren wie het was en wat ik tenslotte heb gedaan. Het voelt als een zwart gat in de tijd van mijn geheugen. Mijn instinct geeft aan dat er iets is gebeurd een aantal uur geleden, maar mijn hersenen blokkeren de toegang tot het antwoord van de vraag.

Waar heb ik de nacht doorgebracht en misschien nog veel belangrijker: met wie?

Het maakt ook niet uit. Wat ik ook heb gedaan en met wie ik ook was; het kan nooit zo erg zijn dat het effect op me heeft.

Ik slik. 'Ik was te dronken om er goed over na te denken en nadat jij terugkwam heb ik nooit meer over die dagen nagedacht. Ik schaamde me voor mijn gedrag maar nu kan ik het me herinneren. Het was Isaac! Hij deed alsof hij in het voetbalteam van Josh zat en later deed hij zich voor als nieuwe leerling op school. Hij heeft me pal voor mijn gezicht in de gaten gehouden. Die dronken nacht bewijst het. Hij is degene die ik toen ben tegengekomen.'

Mike laat zijn wapen zakken. Waarschuwend kijkt hij Emily aan. 'Je blijft hier. Wegrennen heeft geen zin.' Meteen knikt ze. Geïnteresseerd kijkt Mike me weer aan. 'En toen?' 

'Hij zag dat ik dronken was en daar maakte hij gebruik van. Hij vroeg allerlei vragen over jou. Hij vroeg hoe ik je heb leren kennen, of ik wist waar je was en of je de vader van Serena bent. Hij vroeg naar Serena én over Emily. Ik herinner het me weer. Elke keer dat ik een foto of een bericht kreeg had ik daarvoor niet alleen Emily gezien, maar ook Isaac. Het drong alleen nooit tot me door omdat hij zich altijd op de achtergrond heeft gehouden. Het is gestoord dat weet ik!' 

Ik pak zijn hand. 'Maar waar. Je moet me geloven. Emily begon raar te doen omdat ze ruzie had met Yoram, haar ex-vriendje. En nu blijkt Isaac haar vriendje te zijn? Dit is geen toeval Mike. Dat weet je.'

Hij is overtuigd. Zijn ogen gaan van mij naar Emily. 'Hij heeft de schuld naar haar toegeschoven.'

Voor het eerst laat Marco van zich horen. 'Mike. We hebben een probleem. Als dit meisje niet de persoon is die we zoeken, maar die ene Isaac, dan moet hij degene zijn die ons het bewijs heeft gegeven. Het is dus fake.'

Mike knikt bedenkelijk. 'Hij wilde dat we naar Emily gingen. Het was een afleiding.'

Onmiddellijk kijkt hij me aan. Zijn ogen staan ernstig. 'Hij wist dat je me zou volgens als ik achter Emily aanging. Hij wist dat je me zou stoppen omdat ze een van je beste vriendinnen is.'

Onbegrijpelijk staar ik terug. 'Wat probeer je te zeggen?'

Angstig pakt hij mijn handen beet. 'Je had niet veel tijd om te beslissen Sophie. Je bent zonder na te denken achter me aan gegaan. Je hebt het huis in een waas verlaten.'

Het kwartje valt. Ik slik. Zijn stem doet mijn lijf rillen. Van schrik krimp ik ineen.

Hardhandig pakt hij me beet. 'Heb je haar alleen gelaten?'

Mijn paniek zegt genoeg. Mike bergt zijn wapen op. Sneller dan het licht rent hij de straat uit. De jongens volgen hem. Huilend draai ik me om, klaar om te rennen.

Ik kan alleen maar haar naam noemen. 

'Serena.'

...

'Serena.'

...

'Mijn lieve Serena.'


Hoe heb ik je alleen kunnen laten? 


















Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro