11.1 - Beter af zonder hem

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

Beter af zonder hem

Met mijn hoofdtelefoon als trouwe kompaan rond mijn hals verliet ik de hobbywinkel met meer dan alleen de lijm waar ik eigenlijk voor was gekomen. Die dame bij de kassa eiste maar dat ik al die folders zou meenemen en bekijken. Ze had nog iets gemompeld over de jeugd die nu alles moest uitproberen voor ze er spijt van kregen iets niet gedaan te hebben. 

De meeste folders kiepte ik bij thuiskomt direct in de vuilbak, op één na. KoMuDa. Hun logo blonk op het papier en ik was niet in staat om hem in de vuilbak te gooien. Het was alsof mijn vader naast me stond en tegen me riep: 'Dat was onze droom. Dat was ons doel.'

Het was alsof zijn hand vermeed dat ik het foldertje bij het oud papier gooide.

Gefrustreerd rende ik naar boven om de lijm weg te leggen. Voor ik de voordeur achter me dicht trok propte ik het foldertje in mijn broekzak.

Zelfs nu kon hij nog de baas over me spelen.

'Dus Nicolaas II?' stelde Kriss voor terwijl ze haastig een stapel boeken verplaatste voor James die net als haar toren oude Yoko Tsuno strips kon platwalsen.

'Wie is dat zelfs?' riep James. 'Kunnen we niet gewoon Leonardo Da Vinci nemen.'

'Nicolaas II Romanov was de laatste Tsaar van Rusland. Hij en zijn familie zijn bruut vermoord. Dat is parate kennis,' kaatste Kriss terug.

'Pff, niemand zou dat weten. Daarbij moesten we origineel zijn. Een "onbekende" uit de geschiedenis.'

'Dan is Leonardo Da Vinci ook niet zo een goed idee hé slimmerd.'

Met wilde gebaren probeerde Kriss haar standpunt duidelijk te maken en James probeerde met goede argumenten tegen haar in te gaan. Ik had mijn hoofdtelefoon op en bladerde in één van Kriss' boeken met inspirerende vrouwen. 

Normaal gezien zouden deze dames me mateloos kunnen boeien, maar vandaag was hun gebekvecht veel interessanter. Ze leken wel een getrouwd koppel. Ik zat in mezelf te lachen toen ik de deur voorzichtig zag opengaan. Nathan stak voorzichtig zijn hoofd naar binnen en ik zwaaide vrolijk naar hem.

Hij lachte terug naar me en richtte toen zijn aandacht op zijn zus, die een kreetje sloeg toen James haar stapel Sarah J. Maas boeken omver stootte in zijn betoog. Hij grinnikte. Hij wees naar onze twee kibbelaars en maakte toen een hartje met zijn handen. Ik keek opnieuw geboeid naar hun gebekvecht.

'Celeste! Op welke planeet zit jij? Zorg er eens voor dat James mij gelijk geeft!' tierde Kriss, terwijl ze een volgende stapel boeken probeerde te redden van orkaan James.

Nathan keek me verontschuldigend aan en mimede iets dat leek op: 'Succes.'

Ik rolde geamuseerd met mijn ogen en zag hem de deur sluiten. Met tegenzin deed ik mijn hoofdtelefoon af, niet dat er deze keer wel geluid uitkwam. Dat nooit meer. Muziek was mijn taal al lang niet meer. Vroeger kon ik er mijn gevoelens, mijn gedachten mee uitdrukken. Nu kon ik het niet meer aanhoren zonder geconfronteerd te worden met mijn verloren en opgedrongen dromen.

De folder die ik, omdat ik niet wist wat ik er anders mee moest, in mijn broekzak had gepropt leek te branden. Hoe ik ook mijn best deed, mijn aandacht leek er steeds naar terug te gaan.

'Is dit echt het moment om muziek te luisteren?' Met die woorden haalde James me weer naar het heden.

'Ze luistert niets. Die hoofdtelefoon is niet eens aangesloten. Je probeert gewoon tijd te rekken omdat je niet wil horen hoe zij mij gelijk gaat geven!' Kriss stond dus nog steeds in aanvalsmodus. Memo aan mezelf: haar nu vooral niet kwaad maken en al zeker niet één van haar boeken aanraken.

'Oké rustig mensen rustig.' Ik stak verzoenend mijn handen op. 'Als ik eerlijk moet zijn: allebei jullie ideeën zijn vreselijk.'

Allebei hapten ze naar adem. De protesten rezen al op en beiden probeerden ze me van hun eigen gelijk te overtuigen.

Ik liep naar de deur en draaide me nog even om. 'We weten allemaal toch al dat het Antonia Brico gaat worden,' zei ik, 'nu ga ik iets te drinken halen.'

Vlak voor ik de deur achter me dicht deed hoorde James nog vragen: 'Wie is Antonia Brico?'

'Zou ik een glas water mogen, mevrouw Martin?'

'Je weet ze staan, pak maar.' Ze kneep liefdevol in mijn wang en voor ze vertrok zei ze nog: 'En het is Carla.'

Ze verliet de keuken en ik vulde een glas. Mijn gedachten waren meer bij het papiertje in mijn zak dan bij het water dat vlotjes uit de kraan stroomde.

'Ah verdorie,' vloekte ik, toen mijn glas overstroomde en een deel van de vloer nat maakte.

'Wie zegt er nu nog verdorie?' vroeg Nathan geamuseerd terwijl hij naar me stond te kijken. 'Alleen mijn oma denk ik. Zelfs zij niet misschien mijn overgrootmoeder.'

'Ha ha.' Ik negeerde hem en nam een handdoek om het gemorste water op te kuisen. Ik bukte en knalde met mijn hoofd tegen dat van Nathan, die hetzelfde plan als ik had gehad.

'Auw, harde schedel,' kreunde ik. Ik liet me tegen de keukenkastjes zakken.

'Ben ik de enige die mind link denkt?' vroeg Nathan, die zich naast me op de grond liet zakken.

'Ten eerste: Ja. Ten tweede: ieuw, wie wil er nu hetzelfde denken als iemand anders. Nooit meer privé gedachten.'

'Oké miss privé gedachten. Aangezien we toch geen mind link delen, zou u zo vriendelijk willen zijn om mij te vertellen wie de onbekende uit de geschiedenis het is geworden voor jullie groepswerk.'

'Antonia Brico,' antwoordde ik.

'Wie?' en toen gokte hij, 'Een Italiaanse uit de tijd van de Medicci's en toevallig sluipmoordenaar?'

'Ah, bijna juist. De eerste vrouwelijke dirigent ter wereld, die trouwens een Nederlandse was.'

Er viel een stilte. Nathan kuchte ongemakkelijk en zei: 'Je liet dit daarnet vallen.' In zijn hand hield hij de folder die ik in mijn broekzak had gepropt.

'Dank je,' mompelde ik.

'Ben je van plan om het nog eens te proberen?' Hij knikte naar de folder.

Zwijgend bleef ik naast hem zitten. Niet in staat om iets te zeggen.

'Hey.' Hij stootte met zijn voet tegen de mijne. 'Ik zal het niemand vertellen hoor. We zijn toch mind link maatjes.'

Ik lachte en stompte hem in zijn zij. 'Geen mind link maatjes, oké?'

Verontschuldigend stak hij zijn handen op: 'Ook geen keukenvloermaatjes?'

'Dat al zeker niet,' lachte ik voor ik vervolgde, 'ik ging die lijm komen voor dat Kintsugi ding en de dame van de winkel gaf me die folder mee. En nu heb ik het rare gevoel dat dit misschien wel het lot is. Net op het moment dat ik beslis om mijn leven weer aan elkaar te lijmen duikt dit weer op.' Ik zwaaide met de folder.

'Het lot?' Nathan trok argwanend zijn wenkbrauwen op. 'Dat uitgerekend jij in het lot gelooft.'

'Wat wil je daar nu weer mee zeggen,' snauwde ik. Beschaamd keek hij de andere kant op. Er viel een stilte. Een pijnlijk lange stilte. Ik dacht zelfs dat ik mijn eigen hersenen kon horen malen, zo stil was het opeens. Waarom zou net ik niet in het lot mogen geloven? Ik snapte het niet. Wat was er zo mis met die auditie? Vooral in de war gebracht door dit gesprek stond ik op. Zonder hem nog aan te kijken vulde ik mijn glas opnieuw en dronk het in één teug leeg. Hoe sneller ik hier weg kon hoe beter.

'Waarom Antonia Brico?' vroeg Nathan. Hij zat nog steeds op de grond. Het viel me ook op dat hij weigerde me aan te kijken.

Leunend tegen het aanrecht, antwoordde ik: 'Toen ik elf was, een jaar voor het ongeluk, moest ik van mijn vader de dirigent kijken. Het is een film over het leven van Antonia Brico en hoe ze de eerste vrouwelijke dirigent ter wereld werd. Ik vond het inspirerend dat zelfs toen iedereen haar zei dat ze het niet kon, ze het gewoon deed. Niemand kon haar tegen houden. Van alle klassieke musici die ik heb moeten bestuderen van mijn pa, en dat zijn er heel wat, was zij de enige die ik echt mocht. En de reden dat ik haar mocht had zelfs niets met muziek te maken.'

Ik staarde melancholisch uit de raam. Ik wist niet waarom ik mezelf kwelde met die herinneringen. De film was goed maar wat erna kwam niet. Ik kromp ineen bij de gedachte van zijn geschreeuw. Hij had geschreeuwd dat ik blind was geweest voor wat er echt toe deed. Hij had niet gewild dat ik de film keek om te zien hoe Antonia haar dromen najoeg. 

Nee, hij wilde dat ik goed oplette elke keer dat er een orkest in beeld kwam, hij wilde dat ik zag wat de dirigent vroeg van zijn orkest en het allerbelangrijkste: dat niemand zich Antonia nog herinnerde omdat ze niet tot de grootsten had behoort. Ze had het zelfs nooit tot de lijst met de vijftig beste dirigenten geschopt.

Ik snapte nog steeds niet waarom hij dat allemaal tegen me zei. Vaag zag ik dat meisje weer voor me dat tegen haar vader durfde te zeggen dat ze iets anders wilde, dat ze niet in de richting van de klassieke muziek wilde. Het meisje dat verlangd had naar een gitaar en een schrijfblok. Het meisje dat liedjes wilde maken waar anderen zich in konden herkennen, geborgen voelden. Hij had dat meisje uitgevlakt, met een goede reden. Haar dromen waren onhaalbaar en hij wilde het beste voor zijn kleine meid. Kon ik hem dat kwalijk nemen?

'Celeste, alles oké?' Nathan was opgestaan en stond naast me. Hij veegde met zijn duim een traan weg die onopgemerkt over mijn wang rolde. Op zijn vingertoppen stond wat eelt. Het voelde zo raar, maar tegelijkertijd toch vertrouwd. Iets in me wilde mijn gezicht tegen zijn hand drukken.

Geschrokken van mijn eigen gedachten deinsde ik achteruit. Even zag ik een gekwetste uitdrukking op zijn gezicht verschijnen, maar al snel trok hij zijn gezicht weer in de plooi.

'Ik euhm...moet maar is verder gaan doen met het euh...groepswerk,' stammelde ik terwijl ik me een weg uit de keuken begon te banen waarbij ik tegen elk mogelijk obstakel botste. Goed bezig Celeste. Ik draaide me om en holde te keuken uit en negeerde vooral het feit dat hij me nog nariep om te blijven.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro