Opdracht 3

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

Een oude man liep in zijn lange mantel door het steegje. Hij zag het huis staan waar hij naar opzoek was. Hij pakte zijn toverstok en stuurde een patronus naar zijn team, ze moest hier weg, het was hun enige hoop. De oude man liep verder naar het huis. Er kwamen mensen uit andere steegjes en liepen de man achter, richting het huis. De man hief zijn toverstok op en de deur vloog open. Drie huiselfen liepen naar ze toe en een zie, 'u weet dat als u op het terrein van onze master komt, we u gaan vermoord. We vragen u wilt u een snelle of langzame dood?' De tovenaars en heks hielden hun toverstok op en de huiselfen vlogen weg, naar de hemel.

Ze liepen door de gang en een jongen van 3 jaar kwam de kamer uit. Hij had krullend zwart haar en "avada kedavra" ogen. Hij keek de oude man aan, met een blik van afschuw. 'Iedereen vertrouwd u. Waarom doe u dit?' Het jongetje keek met zijn grote ogen naar de mensen achter de man, die een rare blik in hun ogen hadden.

'Ahh, mijn jongen, goede vraag is dat, is het niet.' De oude man zette zijn vaderlijke glimlach op en knielde bij de jongen neer. 'Je moet weten dat dit belangerijk is voor jou en jouw zusjes toekomst.' De man stond op.

'Liegenaar! Je doet dit om iedereen pijn te doen! Jij bent een monster!' De jongen begon te schreeuwen.

De oude man keek het jongetje aan en hief zijn toverstok omhoog, 'het is leugenaar en jij zal er toch niks van herinneren, net zoals je liefde zusje.'

Amnesia

De ogen van het jongetje werden wazig en hij viel op de grond. Een paar seconden later werd hij weer wakker.

'Wat is er gebeurt, wie bent u?' Het jongetje keek de oude man aan.

'Je viel opeens neer, jongen, weet je nog hoe je heet?' Met een vaderlijke glimlach knielde hij bij het jongetje neer.

'Harry James Potter? Of denk ik dat alleen maar?' Hij keek met vragende ogen naar de man naast hem.

'Correct jongen, helemaal correct.'

Hij draaide zich om naar zijn team en zei 'wil iemand hem naar zijn oom en tante brengen?' Een grote tovenaar knikte en nam de jongen mee, op de vliegende motor die niet ging vliegen vandaag.

De groep magische mensen liepen door naar een kamer waar een man en zijn dochtertje van 1 jaar oud zaten. Hij keek de baby recht aan en zei, 'papa en mama houden van je, mocht je dat nooit vergeten.' De man legde de baby op de band en pakte zijn toverstok, hij richtte zijn toverstok op de deur opening.

'Dit is niet jouw spelletje, jongen.' De oude man had een grijns op zijn gezicht en richte zijn toverstok op de jonge man, 'nog laatste woorden?'

De jonge man keek met zijn donker bruine ogen op recht in de helder blauwe ogen van de oude man. 'Jij zal deze strijd niet winnen, deze strijd kan alleen gewonnen worden door diegenen die ervoor is geboren. Wij weten allebei wie dat is, professor.' De man draaide zich om, 'het maakt mij niet uit als je mij of mijn vrouw vermoord, want je zult nooit in haar buurt komen, mensen houden van haar, hoeveel vergetelheid spreuken je gebruikt. Want er is iets wat je niet kun laten verdwijnen met een spreuk en dat is het hart.' De jonge man draaide zich om, keek weer in de blauwe ogen en zei als laatste, 'want er is niets sterker dan liefde.'

De oude man hief zijn toverstok op en zei de woorden, die mensen zullen laten schreeuwen. Avada Kedavra.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro