38

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

Jothar

Mijn zwarte panter stopte met lopen toen ik honderd meter verderop de grote verdedigingsmuur en poort van Emperals Paleis zag.
Boogschutters hadden hun bogen in de hand, terwijl de fakkels naast hen op de kantelen een warm licht afgaven.

De deuren van de grote poort waren gesloten. Niemand kon er in of uit.
Als de elf zijn taak goed had uitgevoerd, moesten de keizer en zijn kinderen nu al dood zijn.

Mijn linkermondhoek trok op en een zachte duivelse lach ontsnapte uit mijn mond.
Ik kwam steeds dichterbij mijn doel. Het enige wat ik moest doen was wachten.
Wachten tot...

Boem!

Een hard en doordringend geluid wat klonk als een doffe klap wat ik herkende van de Boom van Vuur toen ik deze overnam klonk door de grote stad heen.
Een groot paars licht lichtte de stad op en de boogschutters op de muur draaiden zich allen om.

Ik voelde de lichte tintelingen door mijn armen en borst stromen en langzaam sloot ik mijn ogen.
De kracht in me voelde ik groeien. Het werd sterker. Machtiger.

Mijn armen spreiden zich langzaam open en mijn kin lifte op. Mijn longen vulden zich met lucht, terwijl ik dit gevoel over me heen liet gaan.
Dit gaf me een opladend gevoel.

Langzaam opende ik mijn ogen en liet mijn armen zakken.
Mijn vingers gleden naar de teugels van mijn panter en mijn ogen bleven wachten tot de deuren van de poort opengingen.
Het paarse licht dimde en het was erg donker. Er leken geen boogschutters meer op de muur te staan.

Het bleef stil. Windstil.

Toen klikte er iets in het metaal van de grote poortdeuren.
Langzaam en krakend gingen deze open.

Mijn blik bleef aan de poort vastplakken toen ineens de frontlinie van het Emperaanse leger, dat uit tienduizenden soldaten bestond, naar buiten marcheerden.
Hun ogen hadden een paarse gloed en hierdoor wist ik dat de missie geslaagd was.

Een jonge man liep voorop en toen het leger een paar meter van me vandaan stopte, kwam hij op me af.

Hij droeg een ander soort harnas, waardoor ik wist dat deze jongeman een hoge rol had.

Toen zag ik de kroon op zijn hoofd en vermoedde ik dat hij de prins was. Maar zijn ogen waren ook paars gekleurd en ik voelde dat hij van mij was.

Mijn kracht was verbindend. Ik slokte hun zielen op en hun lichamen behoorden tot mij.
Ze dachten zoals ik.

Spraken bijna zoals ik.

Ze leefden voor mij.

"Meester," zei de jongeman en knielde toen voor me neer.

"Wat is je naam?" vroeg ik.

"Mijn naam is Landon. Ik ben de zoon van de keizer," antwoordde hij, kijkend naar de grond.

"Ik ben nu de keizer," sprak ik de voormalige prins tegen.

"U bent de keizer," corrigeerde hij zichzelf en ik zei hem dat hij op moest staan.

Ik keek hem in zijn paarse ogen en daarna naar zijn donkere haren.

"Emperal heeft te lang stilgestaan," zei ik en pakte met mijn hand langzaam de mond van prins Landon vast.
Ik draaide zijn gezicht naar links en bekeek hem.

"Het is tijd dat er een ander regime aan de macht komt, vind je ook niet... prins... Landon?" vroeg ik en liet zijn gezicht los.

"Natuurlijk, Uwe Hoogheid," zei hij braaf.

"En als er zo'n verandering gaat plaatsvinden is er geen ruimte meer voor het 'oude'," ging ik verder.

"Dood jezelf," sprak ik toen vol zelfvertrouwen tegen de jonge prins.

Zonder te aarzelen trok hij een mes dat hij droeg en sneed moeiteloos zijn eigen keel door.
Ik stapte naar achteren toen het bloed uit zijn mond stroomde en spetters op de grond vielen.

Zijn lichaam zakte in elkaar en ik keek met voldoening naar de dode prins.

Ik had mijn doel voor ogen. Niks hield me tegen.

Mijn panter begon langzaam op het Emperaanse leger af te lopen , terwijl de vuurelfen me volgden. De soldaten maakten een pad voor me vrij, zodat ik me tussen hen door kon voortbewegen.

Tevreden keek ik naar bijna elke soldaat die met paarse ogen onder mijn bevel stond.
De realiteit dat mijn leger enorm gegroeid was en ik een paleis als huis had gaf me opwinding.

Ook alle bewoners van Emperal kwamen naar buiten en leken me vol bewondering aan te kijken.
Ook hun zielen waren aan mijn kracht opgeofferd. Toen ik kinderen buiten zag staan, kwam er toch een vreemd gevoel in me op. Het besef dat ook hún zielen in mijn bezit waren was ergens ook wel het trieste aan dit moment.
Maar lang zat ik er niet mee.

In de verte zag ik de grote boom waarvan ik het zaadje aan de vuurelf had gegeven.
De grote wortelen waren onder de paleismuur heen geboord en groeiden nog verder de stad in.
Het was prachtig toen ik de paarse vuurbladeren zag en de houten poortdeuren van de paleismuur die aan flarden waren door de enorme kracht van de boom.
Het paleis was indrukkend om van zo dichtbij te zien. Het hele gebouw was in tact.

Toen de panter om de grote magische boom heen liep en voor de dichte deuren van het paleis stond stapte ik af.

Dit alles was van mij.

Ik wachtte voor de deuren van het paleis tot twee vuurelfen deze voor me openden.
Mijn voeten stapten naar binnen en ik bekeek de hoge hal.
De troonzaal waarvan de deuren openstonden trok mijn aandacht en ik ging naar binnen.

Vele brandende fakkels gaven de ruimte een warme sfeer en de troon glinsterde in het licht van de nacht. Grote pilaren ondersteunden het plafond. Grote ramen lieten maanlicht toe en liet deze op de troon, dat op een verhoging stond dat bereikbaar was via brede trappen, schijnen.
De vuurelfen volgden me naar binnen, maar bleven op een paar meter afstand van me vandaan.
Ze gaven me de ruimte om dit moment te ervaren.

Ik keek naar de prachtige sierlijke troon. Mijn troon.

Voor ik de trappen die naar de troon leidden wilde bewandelen, hoorde ik iemand langs de vuurelfen achter me op me af lopen.

De vuurelf die ik er op uit had gestuurd om de keizer te doden kwam naast me staan.
Ik keek hem aan en hij gaf me een gouden kroon.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro