Extra: Koffer

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

DIt is een extra hoofdstuk, omdat dit hoofdstuk nog behoort tot de aller eerste versie van het verhaal, waar Lennart een andere naam had. Dit hoofdstuk zou geschrapt worden, maar gezien het feit dit wel nog enigzins past, laat ik het staan als een 'extra hoofdstuk'


Met een diepe zucht plof ik neer op bed. Ik staar naar het plafond en luister naar het gezeik dat Dani te zeggen heeft.

"De enige optie die we hebben is alle codes proberen. Je hebt geluk dat de ritsen niet in het slot zaten anders had je een groter probleem" zegt hij. Hij staat met zijn handen in zijn zij bij het raam aan de andere kant van de kamer.

"Ze moet evengoed de code weten. Voor je het weet heeft een of andere gek iets in je koffer gedaan" reageert Kelly boos. Dani zucht een keer diep.

"Niet iedereen is zoals jij, Kelly"

Iedereen lacht, behalve Kelly en Joris, wie vermoede pogingen doet de code op mijn koffer te kraken.

"Nou, de codes 000 tot en met 100 zijn het in iedergeval niet" zegt Joris met een zucht.

"Joris, het is niet erg, oké? Het had mij net zo goed kunnen gebeuren" zeg ik zacht in de hoop zo zijn schuld gevoel weg te werken. Het is tevergeefs.

"Ja, maar ik ben wel zo dom geweest om met je koffer te kloten!" schreeuwt hij. Zijn handen die zojuist nog aan het slot aan het friemelem waren zijn nu in de lucht. Zijn bruine ogen kijken mij wanhopig aan, zijn linker oog beetje bedekt met een pluk bruin haar.

Ik glimlach warm, mijn laatste hoop om hem een beetje gerust te stellen. Het blijkt te werken, aangezien hij mij een kleine glimlach terug terug schenkt.

"KOFFIEEE!!" weergalmt de stem van Rachel door het apartement. Iedereen springt op van zijn plek, behalve Joris.

"Ik kom zo, ik ga eerst de codes proberen" zegt hij als hij mij ziet staan wachten op de overloop.

"Zeker?" vraag ik voor de zekerheid. Ik kijk toe hoe Joris zit geknield voor het koffer en met snelle bewegingen de cijfers veranderd. Bij elke combinatie trekt hij aan het slot om te kijken of het open gaat.

"Ja, het zal niet lang duren. Ga naar maar naar de rest". Ik besluit naar hem te luisteren en naar beneden te gaan. In de kleine woonkamer zie ik mijn andere drie vrienden al aan tafel zitten met een beker koffie in hun handen.

Ik ga erbij zitten en neem mijn frappuccino met slagroom en caramel aan. Ook pak ik het potje kaneel en doe dat nog boven op mijn slagroom.

Een klein gesprek vormt en allemaal drinken we soms iets van onze koffie. Oh wacht, sorry. Het is frappuccino's, cappuccino's en latte macchiato.

"Joris blijft wel lang weg, vind je niet?" merkt Kelly op, "Zijn koffie is inmiddels koud". Iedereen haalt zijn schouders op, niet wetend wat hem zolang weg laat blijven.

"Ik zal wel even kijken" stel ik voor en sta op. Het lege plastic bekertje waar eerst mijn frappuccino stop ik in de prullenbak in de tijd dat ik terug naar mijn slaapkamer loop.

Joris zit nogsteeds geknield voor mijn koffer, steeds dezelfde beweging aan het maken.

Draai, trek, draai, trek, draai, trek, vingers strekken, draai, trek, draai, trek.

"Joris, wat doe je?" vraag ik. Ik weet wat hij aan het doen is, de vraag was overbodig. Joris reageert ook niet, hij blijft gefocussed op het slot.

"Joris..." zeg ik, iets zachter. Ik kniel naast hem neer en leg een hand op zijn schouder. Joris kijkt eindelijk op en kijkt mij aan, met tranen in zijn ogen.

"Ik zit al in de 900, Eva. De juiste code zat er nog niet tussen! Wat nou als ik er perongeluk een heb overslagen en helemaal opnieuw moet beginnen? Je vertrekt morgen al!" zegt hij met een onstabiele stem. Ik glimlach warm naar hem.

"Maak je maar geen zorgen om mijn koffer. Hij kan toch nog gewoon open" stel ik hem gerust. Joris zucht en gaat met een hand door zijn haar.

"Dat is niet eens mijn probleem, Eva. Het is gewoon, je vertrekt morgen al en ik weet of we dat wel aan kunnen!" zegt hij. Ondanks dat zijn stem hier en daar breekt kun je horen dat hij het als grap bedoelt.

"Beginnen we nu emotioneel te worden?" zeg ik op een grappende toom terug. Joris lacht zacht en veegt met de bovenkant van zijn hand een paar tranen weg.

"Je kent me toch!" zegt hij. Beide lachem we zacht.

Een stilte valt. Het slot laten we achterwege. Toch kijk ik een keer naar het koffer.

Morgen ben ik voor een week naar Canada. Hoezeer ik er naar uit kijk, vraag ik mij af hoe ik dit mentaal ga overleven. Voor een dik jaar heb ik niets gedaan. Ik ben mijn huis niet uitgekomen te gaan tenzij mijn vrienden en ik hadden afgesproken in Puzzles.

Morgen begint een heel nieuw avontuur. En het is niet zozeer dat ik eindelijk iets ga doen. Het is vooral Peter.

Vanaf morgen moet ik van mijn sociale awkwardness afkomen.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro