Niet waar

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

De morgen dat Parker arriveerde was ik zenuwachtig. "Joanne!" weerklonken een paar stemmen  zodra dat er Amerikaanse studenten toekwamen. Draco en ik werd omhelsd door mijn beste vriendinnen van mijn vorige school.

Ik stelde hen voor aan mijn nieuwe vrienden. Iedereen was helemaal enthousiast om elkaar te ontmoeten. Janice, die met haar golvende rode haar altijd was opgevallen, was stomverbaasd geweest toen ze de Wemels ontmoette. Ik was blij, maar ik verstijfde toen ik een stem achter mij herkende.

"Joanne?" Ik draaide me om en keek in ogen die ik maar al te goed kende. "Hey Stan", antwoordde ik.

Stan was het toonbeeld van een posterboy. Zijn groene ogen staken af tegen zijn gebronsde huid. Zijn donkere haar lag er altijd wat nonchalant bij. Ik was, net als vele meisjes, altijd gek op hem geweest. Toen hij me eindelijk opmerkte moest ik bijna verhuizen.

Draco en Stan waren bijna tegenpolen, maar wat ik voor Stan ooit gevoeld had, kwam zelfs niet in de buurt van mijn gevoelens voor Draco. Van het eerste moment dat ik Draco ontmoet had, in al diens arrogantie, had ik niet één keer aan Stan terug gedacht. Hij streelde mijn kaak en kwam dichterbij, ik stapte snel achteruit.

Hij keek me een beetje verbaasd aan en ik zei snel: "Dit zijn mijn vrienden en mijn vriendje." Stan werd rood, knikte en liep dan weer weg. Draco bleef hem nastaren. Nog andere leerlingen en leerkrachten van Parker kwamen me begroeten. Samen met mijn nieuwe en oude vrienden gingen we aan de Griffoendortafel zitten.

Het voelde zalig. Mijn oude vrienden waren verbaasd dat ik de aanvoerder van het team was. Mijn nieuwe vrienden verbaasd dat ik dat niet eerder was geweest. Iets later werd Parkers' verbazing nog een stapje hoger gebracht. We waren ongeloofelijk goed.

"Ron is een held! Wat een saves heeft hij gedaan zeg!" riep Janice me na de match enthoustiast toe.
"Ja en zijn broers zijn nogal drijvers! Ik zou niet graag één van hun beukers krijgen", vulde Amy aan. Ginny was in de eerste minuten vervangen. Stan had een beuker op haar afgestuurd, terwijl Ned met de slurk naar het doel gooide.

Het publiek en de spelers van Zweinstein waren boos, maar Madame Hooch had niks gezien en kon Stan niet van het plein sturen. Harry stuurde ze er echter wel af omdat hij Stan aanviel. Kwaad als we waren hadden we ons toch op het spel kunnen concentreren. Na een half uur was het 70-30 voor ons geweest.

Harry had staan schreeuwen van de tribune. Ik had gezien hoe Ginny hem ervan belette op zijn bezem te stappen en naar de snaai te vliegen. De snaai! Hij had de snaai gezien! Had ik beseft. Draco en de zoeker van Parker hadden de verkeerde kant opgekeken!

"Draco!", had ik geroepen. Toen hij omkeek had ik naar de snaai gewezen. Terwijl Draco naar de snaai gespurt was, had George mijn naam geroepen. Toen ik had opgekeken naar hem en zag ik hem met razende snelheid op me afvliegen. Een beuker, realiseerde ik me. Ik was omlaag gedoken en slechts een centimeter boven mijn hoofd had George de beuker weggeslaan. Hij greep mijn schouder en keek me geschrokken en bezorgd aan.

"Alles ok?"  Ik knikte en keek in de richting van waar de beuker gekomen was. Stan had naar me gericht en wederom -en nu nog erger dan daarnet bij Ginny- gilde en protesteerde het publiek, maar Madame Hooch keek niet.

De zoekers waren aan een spurt begonnen. Ik keek naar George en opende mijn mond om hem te bedanken, maar het publiek overstemde me. Ik keek om Draco toonde hem van zijn beste kant. Hij was echt goed, hij dook lager tegen de grond dan de zoeker van Parkers dat kon. Draco had de snaai met meters voorsprong. Ik grijnsde naar hem en dan naar George.

Ik gaf Stan nog een vuile blik, waarop deze vuurrood werd. Ik zou er nog wel voor zorgen dat hij gestraft werd, dacht ik en ik dook naar beneden om in Draco's armen te kunnen springen. Anderen waren me voor.

"Ik dacht dat je hem nooit ging zien!" riep Harry, terwijl hij Draco op de schouder sloeg en dan grijnsde hij: "Goed gevlogen!" Draco lachte naar hem terug en keek dan naar mij. Hij was gelukkig en dat omringd door Griffoendors!

Fred en George rommelden om te beurten door zijn haren en zelfs Ron gaf hem een high five. Toen ik mijn armen om zijn hals gooide en hem kuste, werden we omringd door lachende gezichten. Geen schok of afkeer, maar geluk onder vrienden. Ik vergat bijna dat Stan zo vuil gespeeld had.

Ondertussen raakte ook mijn Parkers vriendinnen bij ons. Ze boften op Ron en de tweeling en dan vulde Leyla aan: "Ik kan wel zien waarom je naar hier gekomen bent! Dit is veruit de beste Zwerkbal die we gezien hebben! En jullie speelden twee reservespelers!"

Ik lachtte en wou antwoorden, maar Fred was me voor: "Dat is allemaal dankzij Joanne, hoor! Hiervoor hebben we zelfs nooit meegedaan aan het WK!"

"Echt?!"

Ik probeerde te antwoorden maar nu viel Ned in. Ik werd rood, Ned had mogelijk nog meer lof dan de anderen. Zijn verhaal duurde echter zo lang dat de drie meisjes weer naar huis moesten toen het eindelijk afgelopen was.

Ik gaf hun elk een knuffel en we beloofden dat we zouden schrijven. Stan stond naar me te kijken en het leek er op dat hij gedag wou komen zeggen. Ik stond echter tussen de tweeling en dat hield hem nog net tegen.

De week daarop liepen Draco en ik elke dag met Mayjin rond het meer. We waren zo gelukkig samen. Draco zelf kon niet geloven hoe goed hij inmiddels aanvaard was.

"Misschien heb je dan toch andere opties?" vroeg ik voorzichtig. Hij haalde grim zijn schouders op en ik dacht aan Severus, die ook niet in andere opties geloofde. Even hing er een vreemde stilte tussen ons.

"Hij wordt groot", knikte Draco uiteindelijk naar Mayjin en ik knikte. "Hij is nu acht maanden oud."

We waren nu rond het meer en Draco nam mijn arm vast en stopte met lopen. Hij keek in mijn ogen "Joanne..."

Hij klonk serieus, dus nam ik zijn gezicht in mijn handen terwijl ik me tegen hem aanvleidde. Hij liet me los en stapte achteruit. Geschrokken probeerde ik zijn blik op te vangen, maar hij keek naar zijn voeten. "Ik denk..", hij zuchtte diep voor hij verder ging: "...Ik denk dat we er beter mee stoppen."

Hij keek me nog steeds niet aan en ik stond perplex.
"Wat heb ik gedaan?" bracht ik er uiteindelijk uit. Hij schudde met zijn hoofd terwijl hij mijn hand vastnam en er naar staarde.

"Nee, het ligt niet aan jou. Maar we hebben geen toekomst. Hoe langer ik bij je ben, hoe langer ik bij je vrienden ben, hoe slechter ik me er bij voel." Nu richtte hij zijn ogen wel op. "Je had gelijk vorig jaar. Dit kán niet werken." Hij kuste mijn hand en liet die dan los. Zonder me een reactie te gunnen draaide hij zich om en liep hij terug naar het kasteel.

Even bleef ik verbijsterd staan, ik was zo gelukkig geweest. Eindelijk hadden mijn vrienden hem aanvaard. Ik voelde nauwelijks hoe ik op mijn knieën viel. Ik bleef zo een tijdje zitten, starend naar het kasteel, overtuigd dat hij terug zou komen. Hij kon immers niet zonder mij. Dat wisten we allebei, maar hij kwam niet terug.

🌟🌟🌟

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro