10 ~ Een simpel verzoek

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

Een heel eind van Asedel vandaan, werd Brenn de troonzaal van de schaduwkoningin binnengesleurd. Ze zou ook vrijwillig meegekomen zijn, maar de schaduwsoldaten hadden haar die keuze niet gegeven.

Hardhandig werd ze op de grond gegooid, vlak voor de trappen naar de troon. Ze kwam op haar handen en knieën terecht. Haar pols kraakte, maar hij brak niet. Ze nam een tel om haar moed bij elkaar te rapen, en keek vervolgens met niets dan vechtlust op naar de koningin der duisternis.

Liora zat op haar beenwitte troon. Haar hoofd rustte tegen een schedel in de rugleuning. Op haar zwarte haren rustte een kroon van zilveren doorns en in haar hand hield ze een beker met een vloeistof die veel weg had van wijn, maar even goed bloed zou kunnen zijn. De waarheid lag ergens in het midden. Toen ze ervan dronk mengde de roodbruine kleur zich met haar zwarte lippenstift.

Met een opgetrokken wenkbrauw keek ze naar haar wachters. Ze stapten meteen achteruit en weg van de heks.

'Brenn, lieverd,' kirde ze, 'ik heb gehoord dat je niet zo braaf bent geweest.'

Als automatisch trok er een rilling door Brenns rug bij het horen van haar stem. Ze had al haar wilskracht nodig om haar aan te blijven kijken. Ondanks haar angst, kon ze de woede niet uit haar blik houden. 'Ik weet niet waarover je het hebt.'

Liora grijnsde haar scherpe tanden bloot. 'Amper eten, je magie niet gebruiken om jezelf te genezen, niet eens proberen te ontsnappen... Ik ben teleurgesteld in je, Brennie, en weet je wat dat betekent?'

De heks klemde haar kaken op elkaar. De zeurende pijn in haar wang negeerde ze. In plaats van antwoord te geven op de vraag, krabbelde ze recht. Het grote hoogteverschil tussen de vrouwen bleef, maar ze voelde zich toch iets zelfzekerder wanneer ze op haar benen kon staan.

De koningin der duisternis keek afwachtend toe. Loom deed ze haar bloedwijn rondkolken in haar beker. 'Geen antwoord?'

Brenn bleef haar zwijgend aankijken. Ze betwijfelde niet dat Liora nog wel honderd manieren kon bedenken om haar pijn te doen. Haar handen trilden uit angst voor wat nog komen zou. De angst was echter niet groot genoeg om haar vechtlust weg te halen. Ze zou niet buigen voor de schaduwkoningin. Niet die dag en niet de volgende.

De vrouw maakte een gebaar naar één van haar schaduwsoldaten. Met een ongeruste blik keek Brenn toe hoe de soldaat zich naar een zijdeur begaf en deze opentrok.

De dokter, die een paar uur geleden nog naar haar wonden was komen kijken, werd door een andere soldaat naar binnen geleid. Ze was niet geboeid, maar dat wilde niets zeggen. De heks was zelf immers ook niet vastgebonden.

De blondine boog voor haar koningin. Ze wist niet waarom ze naar de troonzaal was gehaald, maar ze had een vermoeden dat ze er niet heelhuids meer buiten zou komen. Als haar koningin specifiek naar haar vroeg, kon dat weinig goeds betekenen. Ze had haar handen gebald en hield haar kin geheven, maar in haar ogen was de angst duidelijk zichtbaar.

Hun blikken kruisten, maar de dokter wendde haar blik meteen af. De grijns die ze meestal op haar gezicht plakte, was nergens te bekennen. Dat de vrouw nog nerveuzer was dan Brenn, stelde die laatste niet gerust.

'De dokter ken je,' zei Liora met een nietszeggend handgebaar in haar richting.

De heks knikte niet.

'Ik had haar een opdracht gegeven, maar ze heeft niet gedaan wat ik van haar vroeg.'

De schaduwsoldaat die de dokter naar binnen had begeleid, ging dichter bij de blondine staan. De dokter haar donkere aders pulseerden, terwijl haar hartslag de hoogte in ging. Ze probeerde haar gezicht zo neutraal mogelijk te houden, maar slaagde hier niet helemaal in.

De koningin der duisternis schonk Brenn een uitdagende blik. 'Ik geef je nog één kans.'

De schaduwsoldaat greep de dokter bij de armen en trok haar tegen zich aan. Zijn zwaard zette hij tegen haar keel.

'Toon me hoeveel magie je nog in je hebt,' ze knikte richting de angstige blondine, 'dan laat ik haar met rust.'

'Wat wil je met mijn magie?'

Liora nam traag een slokje van haar wijn. 'Ik wil dat je aan mijn zijde vecht. Je hebt me twintig jaar geleden ergens tussen twee werelden opgesloten. Een spreuk van dat formaat.... dat had je niet gekund als je geen krachtige magie had.'

'Ik was niet alleen.'

'Je had Avélies zwaard, dat is waar, maar met dat zwaard alleen hadden jullie me niet kunnen verslaan. Die jongens die bij jullie waren, waren ook niet meer dan afleidingsmanoeuvres. Jij hebt het harde werk gedaan.'

De schaduwkoningin wist dat er magie in het spel was, wat betrof Avélies zwaard. Magie vond immers altijd een manier om zichzelf kenbaar te maken - vooral aan mensen die het zelf ook beheersten. Ze wist echter niet wat voor spreuk Brenn precies over het wapen had gelegd.

Voor de heks waren de herinneringen bitterzoet. Wens voor een wens, ging de spreuk. Er was zoveel tijd gepasseerd sinds de naakte zomernachten waarin Brenn en Avélie elkaar hun diepste wensen hadden verteld.

Toen duidelijk werd dat Brenn niets meer ging zeggen, gebaarde Liora naar de schaduwsoldaat die de dokter in zijn armen hield. Hij haalde meteen zijn zwaard weg bij haar keel.

De vrouw snakte naar adem. De soldaat zette het lemmet tegen haar arm. Uiterst langzaam begon hij een stuk van haar huid weg te snijden. De dokter probeerde schreeuwend en schoppend uit zijn greep te ontsnappen, maar dat maakte het alleen maar pijnlijker.

Brenns maag keerde zich om bij het aanzicht. Haar vingers tintelden om haar magie aan te roepen. Ze beet in haar bovenlip en keek weg van de blondine. Het geschreeuw bleef alom aanwezig. Brenns nekharen gingen overeind staan.

'Je weet wat je moet doen, als je wil dat het stopt.'

'Martel mij in plaats van haar!'

'Je hebt geen eisen te stellen, paddenstoeltje.' Met een gebaar van haar hand gebood ze de soldaat om dieper te snijden. De dokter bleef schreeuwen.

'Stop, alsjeblieft. Wat heeft ze je misdaan?'

'Magie, Brenn, zo moeilijk is het niet.'

Vuur schoot uit Brenns vingers. Liora's ogen flitsten alsof ze haar prooi exact had waar ze die wilde hebben. De heks ademde diep in en het vuur verdween meteen weer.

'Over mijn lijk,' siste ze.

De schaduwkoningin kraste met haar nagels langs enkele botten in haar troon. 'Dat zullen we nog zien.' Ze knipte met haar vingers.

De soldaat liet de blondine los. Kermend van de pijn zakte de vrouw in elkaar. Twee tellen later greep ze huilend naar haar hoofd. Liora's magie zette zoveel druk op haar schedel, dat die ieder moment kon breken. Door de waas van tranen heen, probeerde ze Brenn aan te kijken. 'Laat het stoppen. Alstublieft,' snikte ze. 'Alstublieft. Laat het stoppen.'

De vrouw zou sterven als ze niks deed. Als ze wel iets deed, zou de koningin der duisternis krijgen wat ze wilde. Brenn moest snel een beslissing nemen, maar ze wist niet de welke het beste zou zijn voor het koninkrijk van Atarah.

In haar ooghoek zag de heks de schaduwsoldaten staan. Er waren er zes in totaal, plus de soldaat die de dokter had verminkt. Die kon ze wel aan.

Met een vlugge klap van Brenns handen stond de tijd stil, of toch zo goed als stil. De schaduwsoldaten om haar heen leken niet meer te bewegen, maar in werkelijkheid verplaatsten ze zich gewoon erg traag, een millimeter per minuut, als het zoveel al was. Ook de dokter bleef stil liggen.

Liora grijnsde. 'Het heeft nog lang geduurd.'

Brenn had niet verwacht dat de spreuk de vrouw versteend zou hebben, maar dat nam niet weg dat het leuk zou zijn geweest als het wel zo was geweest. Ze klemde haar kaken op elkaar en er verscheen vuur op haar handpalmen.

'Ik heb je al eens verslagen. Ik kan het nog een keer doen.'

'O, echt?' De schaduwkoningin grijnsde uitdagend. 'Zei je net niet dat je het niet kon zonder Avélies zwaard?'

Een vuurbal scheerde langs Liora's oor en stak haar haren bijna in brand. 'Je moet beter leren mikken, Brennie.' Ze zwaaide met haar hand. Een sterke windvlaag trok Brenns benen onder haar lichaam uit.

Met een harde klap belandde de heks op de vloer. Een pijnscheut trok door haar rug. Ze werd hier echt te oud voor.

Terwijl Liora opstond van haar troon, gooide Brenn drie vuurpijlen in haar richting. Ze hadden een donkerdere kleur dan vuur normaal hoorde te hebben. Bij momenten waren de pijlen zelfs bijna paars. Al haar woede zat in de vlammen en dat was ook te merken aan de hitte die ervan afkwam.

De schaduwkoningin doofde de magie met gemak uit.

De heks probeerde recht te krabbelen, maar Liora pinde haar benen vast met onzichtbare ketens. Brenn kreeg haar benen niet meer los van de grond. Ze probeerde haar boeien ongedaan te maken met haar eigen magie, maar slaagde er niet in. Het botsen van haar krachten met die van de schaduwkoningin, was haar snel aan het uitputten.

Ze liet een stortvloed aan water vallen boven Liora's hoofd. Deze gooide een luchtschild op, maar het kwam te laat. Doorweekt slikte ze een hoop water in.

Toen haar donkergrijze ogen Brenns blik vonden, schoten ze vuur.

De jongere vrouw wilde haar armen opnieuw gebruiken om een aanval te starten. Voor ze dit kon doen, bond Liora ook deze vast aan de vloer. De heks kon alleen haar hoofd nog optillen, maar dat deed geen deugd aan haar nek.

Brenn vroeg zich af of de prijs voor Liora's onuitputtelijke magie, haar menselijkheid was geweest. Ze begreep niet hoe de vrouw zo sterk kon zijn.

Langzaam en met tikkende hakken liep de koningin der duisternis de trappen af. De rok van haar elegante zwarte jurk gleed over de grond, alsof het een slang was op weg naar diens prooi. Op geen halve meter van Brenns hoofd hield ze halt.

'Vermoord me dan,' siste de heks.

Ze dacht aan Ulvi en Nía, de enige metgezellen in haar leven die ze echt zou missen. De enige twee die haar niet in de steek hadden gelaten. Al de rest kon haar op dit moment niet meer schelen. Waarom probeerde ze nog om een koninkrijk te redden van verdoemenis als dat koninkrijk haar nooit had geapprecieerd?

De schaduwkoningin ging op haar hurken zitten en krulde een lok van Brenns donkerbruine haar rond haar vinger.

'Je vermoorden zou te gemakkelijk zijn, lieve schat. Je verdient zoveel meer pijn dan dat.'

Er liep een eenzame traan over Brenns wang. Liora veegde hem weg met haar duim. 'Je moet niet wenen, knuffelbeertje, er is nog een andere manier ook.' Een nieuwe traan vond zijn weg naar beneden. 'Je kan me helpen met het veroveren van Atarah. Dan zal ik je geen pijn meer doen. Je hebt zoveel kracht. Het zou zonde zijn om die te verspillen.'

Brenn draaide haar hoofd weg van Liora's vingers en spuugde naar haar voeten. 'Je hebt nog niks anders gedaan dan mijn leven een levende hel maken. Waarom zou ik je helpen?'

De koningin der duisternis klemde haar kaken op elkaar. Een zichtbare ader bij haar slaap begon te kloppen. Ze nam Brenns kin vast tussen haar vingers en wilde haar nagels door haar huid drukken. Ze bedacht zich op het laatste moment en liet haar hoofd weer los. De geërgerde blik in haar ogen verdween en maakte plaats voor een nonchalante uitdrukking.

'Aan mijn zijde staan is een gunst, kikkertje. Ik ga winnen deze keer. Mijn leger zal dat van jullie koning verpletteren, voor hij om zijn moeder heeft kunnen roepen. Al jullie gesneuvelde soldaten zullen een mooie aanwinst zijn voor mijn schaduwleger.'

Brenn balde haar handen tot vuisten. Met alle magie die ze kon vinden, brak ze de onzichtbare ketens die haar aan de grond geplakt hielden door midden. De schaduwkoningin werd achterover geduwd door de plotse kracht.

Zo snel als ze kon, klemde ze Liora's benen tussen de hare. Haar armen kluisterde ze met vlammende cilinders aan de vloer. De enige manier waarop de vrouw haar armen en handen nog kon gebruiken, was door het vuur te trotseren.

Brenn slikte toen ze besefte hoe dicht ze zich bij de vrouw bevond. Ze zat praktisch op haar schoot.

De koningin der duisternis veegde de verbazing snel van haar gezicht en grijnsde. De heks klemde haar kaken op elkaar en het vuur laaide op.

'Nog steeds zo zeker dat je gaat winnen?' vroeg ze, terwijl ze haar focus legde op de zuurstof die zich in Liora's luchtpijp en longen bevond. Ze haalde het er beetje voor beetje uit en bracht het ver weg van haar.

De schaduwkoningin duwde haar hoofd naar achter, naar adem happend en worstelend om ook maar een beetje lucht binnen te krijgen. Ze wilde met haar handen naar haar keel grijpen, maar haar gezicht vertrok zodra haar armen de vlammen raakten.

Langzaam werd haar hoofd rood... blauw... De paniek in haar ogen nam met de minuut toe.

Brenn grijnsde. 'Tijd dat jij bang wordt voor mij.'

Een hand sloot zich rond haar arm en gooide haar van Liora's lichaam af. Een eindje verder rolde ze over de vloer en bleef ze met stekende rugpijn en brandende schouderpijn liggen. Haar bovenarm zat niet meer waar hij hoorde te zitten.

Door de concentratie die ze nodig had gehad voor de vlammen en de zuurstof had ze geen rekening meer gehouden met de schaduwsoldaten die ze vertraagd had. Drie van hen omsingelden haar. Hun zwaarden hielden ze paraat. De tijd ging weer voorbij zoals normaal.

De dokter lag verderop buiten bewustzijn op de vloer.

Brenns hoofd bonkte bij iedere beweging die ze maakte. Ze probeerde zich recht te duwen op haar elleboog. Meteen prikten er zwaarden in haar schouderbladen en nek. Verslagen liet ze zich weer op de grond zakken. Haar magie was uitgeput, haar arm onbruikbaar. Ze kon niets meer beginnen tegen haar vijanden.

De schaduwkoningin stond op. Haar adem raspte in haar keel en de kamer bleef niet helemaal recht voor haar ogen, maar ze liet geen zwakte merken. Ze streek de plooien uit haar rok, kraakte haar nek en rolde haar schouders.

Met een meer dan woedende blik liep ze terug naar haar bottentroon. Eenmaal daar, gebaarde ze naar haar schaduwsoldaten dat ze de heks naar haar toe moesten brengen.

Twee van de soldaten namen Brenn bij de armen en sleurden haar mee naar de trappen. Ze hielden haar stevig tussen hen in geklemd. Zo kon ze niet anders dan geknield te blijven zitten. Ze hield haar hoofd naar beneden. Haar ogen waren gesloten, in een poging zo de pijn in haar schouder beter te kunnen negeren.

'Kijk me aan!' Liora's schrille stem sneed door haar oren.

Brenn schudde nauwelijks zichtbaar met haar hoofd.

Eén van de schaduwsoldaten trok aan haar haar. Ze grimaste.

De koningin der duisternis bewoog haar vingers langzaam. Brenn voelde hoe de lucht uit haar longen gehaald werd. Ze probeerde naar adem te snakken, maar het haalde niets uit. Haar armen kreeg ze niet los uit de greep van de schaduwsoldaten. Onbewust begonnen de tranen weer over haar wangen te stromen.

'Je denkt misschien dat je sterk genoeg bent om me te verslaan, maar ik zou het geen tweede keer proberen.'

Liora wachtte tot Brenn het bewustzijn bijna verloor, om haar haar zuurstof weer terug te geven. De soldaten lieten haar los. Naar adem happend, viel ze voorover. Ze legde haar hand op haar keel en hoestte.

'Neem haar weer mee en keten haar aan de muur deze keer.' De schaduwsoldaten knikten als één. Voor ze haar terug naar haar cel brachten, zei Liora nog: 'En Brennie, als je besluit dat je me toch wil helpen, dan weet je me te vinden.'

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro