11. De jeugd van tegenwoordig

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

De rest van de dag heb ik me stil gehouden. Tijdens aardrijkskunde leerde ik twee aardige meisjes kennen, maar op die les na was ik vandaag alleen. Ik heb me op de achtergrond gehouden. En dat is niet erg. Het is kalmerend om even lekker alleen te zijn en gewoon je eigen ding te doen. Vooral als je daardoor geen last krijgt van een irritante jongen als Kenzo en zijn sluwe partner Cassey. 

Er klinkt gerinkel. De laatste bel verlost ons. We slenteren de lokalen uit, in de gangen banen de tieners zich een weg naar zijn of haar kluisje toe en beetje bij beetje verdwijnt de drukte uit het gebouw. Het duurt niet lang of de school is verlaten. Allerlei vervoersmiddelen worden gebruikt om thuis te komen. De meesten zijn op de fiets, anderen met de scooter, auto, tram of trein. Op mijn felrode fiets zit ik ertussen. Ik heb minstens vier keer mijn bel moeten gebruiken voor ik een grote groep jongens kon inhalen. 'Ga aan de kant!' roep ik geïrriteerd.

Thuis springt Sem van de bank af zodra hij me ziet. Zijn blonde krullen zwiepen heen en weer, het ziet er hilarisch uit. Veel te hard roept hij naar me. 'Elena moet je kijken wat ik heb!'

Ik glimlach. Zogenaamd nieuwsgierig kijk ik hem aan. 'Nou? Wat heb je voor moois?'

Trots laat hij zijn arm zien. Een plaatje van een gifgroene slang is op zijn arm geplakt. 'Ik heb een tattoo! Stoer he?'

Het is typisch zo'n kindertattoo wat gratis bij een pakje kauwgom zit. Ik herinner me mijn tijd waarin je als achtjarige mega cool was als je zulke plaatjes op je arm had. Overtuigend knik ik. 'Heel gaaf Sem! Heeft mama dat net op je arm geplakt?'

Hij lacht. 'Ja! En ik heb ook een tekening gemaakt. Wil je het zien?'

Ik aai over zijn hoofd. 'Natuurlijk wil ik dat zien.' Vliegensvlug rent hij de woonkamer uit. Op de trap klinkt gestamp. Terwijl mijn broertje zijn kunstwerk gaat halen leg ik mijn schoolspullen op tafel. Ik haal mijn huiswerk tevoorschijn. Morgen moeten flink wat sommen voor wiskunde af zijn en ik ben er nog niet aan begonnen. Nu is een geschikt moment. 

Geconcentreerd lees ik de theorie door. Ik moet hard mijn best doen om de ingewikkelde formules te begrijpen. Daarnaast blijft Sem mijn aandacht vragen. Enthousiast legt hij zijn tekening op mijn schoot, over het wiskundeschrift heen. Zo te zien zijn er flink wat kleurpotloden gebruikt. Rode, oranje, blauwe, gele, paarse en groene strepen zitten onder elkaar. De regenboog is niet op goede volgorde getekend. Eronder staan vier harkpoppetjes met krullende lijntjes als haar. Onze namen staan erboven: mama, papa, Elena en Sem.

'Dat heb jij heel goed gemaakt kleine! Je bent een echte kunstenaar.'

Verlegen kijkt hij me aan. 'Ik heb het op school gemaakt. Daan en Jasper en ik vonden de uitleg van de juf heel saai. Dus toen gingen we stiekem tekenen,' zegt hij grinnikend. Mijn lippen krullen omhoog. 'Zo, zo! Ben jij niet aan het opletten? Je moet wel goed je best doen op school he. Mama en papa zullen dit niet zo leuk vinden.'

Hij schrikt. Zijn ogen worden groot. Snel geef ik hem een knipoog. 'Geen zorgen kleine. Ik vertel ze niks.'

De deur tussen de gang en de woonkamer in gaat open. Mijn moeder komt met de huistelefoon binnen lopen. 'Hallo Elena. Heb je een leuke dag op school gehad?'

Ik haal mijn schouders op. 'Mwa, gewoon. Het ging wel.' Om meer vragen te voorkomen verander ik het onderwerp. 'Ga je vandaag nog naar de supermarkt? De kaas is bijna op.' 

'Ja, ik ga nu boodschappen doen. Let jij in de tussentijd op Sem? Je vader is er over een paar uurtjes. En pak deze middag geen tussendoortjes, goed? We moeten vroeg eten. Sem heeft om zeven uur voetbaltraining.'

'Oké mam. Voor je weggaat heb ik nog één klein vraagje..' Zenuwachtig zoek ik naar de juiste woorden. Hoe ga ik hier toestemming voor krijgen?

Kiara heeft gevraagd of ik met haar mee wil gaan naar het tuinfeest van Floris. Het leek haar een perfecte plek voor mij om meer mensen te ontmoeten. Ze bedoelde het lief maar ze heeft er nu wel voor gezorgd dat ik enorme stress heb. Allereerst omdat het een wonder zou zijn als mijn ouders toestemming geven, aangezien een feestje op dinsdagavond niet heel normaal is. En als ik dan wel mag, dan weet ik absoluut niet hoe ik me op het feestje moet gedragen. Ik ben zeker niet sociaal genoeg om zo maar mensen aan te spreken.

'Een vriendin van school vroeg of ik met haar mee wil naar een feestje vanavond. Mag ik gaan? Ik beloof dat ik op tijd terug ben.'

'Je wilt naar een feestje op dinsdagavond? Midden in de week terwijl je morgen gewoon naar school moet? Nee lieverd, dat lijkt me geen goed idee.'

'Mam ik moet gaan.'

Ze trekt haar wenkbrauwen op. 'Waarom?'

Ik zucht. Ik vind het gemeen om er misbruik van te maken, maar het is de enige manier om toestemming te krijgen. 'Hoe wil ik anders vrienden maken? Iedereen op dit feestje zit op mijn school. Het is al rot genoeg dat ik mijn laatste jaar ergens anders moet doen door.. Je weet waardoor. Ik probeer er het beste van te maken. Mag ik alsjeblieft gaan? Ik bel zo vaak je wilt om te laten weten dat ik nog leef.'

Twijfelend kijkt ze me aan. Ik lees af dat ze het geen goed idee vindt. Tegelijkertijd heeft ze medelijden met me. Logisch. Ze is mijn moeder, ze heeft misschien nog wel meer gehuild om de vreselijke waarheid dan ik. Na maanden durfde ik het eindelijk aan mijn ouders te vertellen. Het kost me veel moeite om er niet meer aan te denken. Afleiding als Floris 's tuinfeest helpt.

'Goed dan. Je mag gaan. Zolang je echt belooft dat je op tijd terug bent. Ik wil niet dat je om half drie 's nachts thuis komt begrepen?'

'Begrepen!'

'Stuur een berichtje als je er bent en als je weer weggaat. Als je op de fiets gaat zorg er dan voor dat je verlichting het doet.'

Ik sta op. Blij omhels ik haar. 'Komt allemaal goed mam! Ik hou van je!'

Ze zucht. 'Ik hou ook van jou lieverd. Nou, ik ga boodschappen doen. Let op Sem ja?'

Braaf knik ik. We zwaaien. Mijn moeder zwaait terug. Op de fiets vertrekt ze. Ik concentreer me weer op het huiswerk en Sem speelt een spelletje op de computer. Zijn tekening leg ik naast me neer. Met een kleine hulp van Google en een rekeningmachine lukt het me om de sommen te maken. Opgelucht dat ik na een klein uurtje klaar ben ruim ik de schoolspullen op. Tussen de boeken ligt de foto die ik uit Kenzo's kluis heb gepakt. 

Ik kan er niet naar kijken zonder nerveus te worden. Het is bovendien een feit dat hij erachter gaat komen. Vroeg of laat zal hij ontdekken dat de foto weg is. Wat moet ik dan? Had ik het maar nooit aangeraakt. 

De paar uren hierna blijf ik zenuwachtig. Tijdens het avondeten kan ik niet genieten van de soep die mijn vader heeft gemaakt. Wanneer het tijd is ga ik naar boven toe. In mijn slaapkamer zoek ik naar leuke kleding om aan te trekken. Omdat het voorlopig nog warm blijft kies ik voor een zwarte korte broek en een bordeaux rood shirtje. Mijn blonde haren bind ik in een hoge staart. Het zilveren armbandje dat ik van mijn lieve oma heb gekregen doe ik om mijn linker pols. 

Onzeker staar ik naar de spiegel. 'Kom op Elena. Stel je niet zo aan. Je kan dit,' mompel ik zacht.

Om acht uur precies fiets ik het terrein voor de school op. Zoals afgesproken blijf ik hier op Kiara wachten. Een kwartier later haal ik mijn telefoon erbij. Ik sta op het punt om haar te bellen en te vragen waar ze blijft, maar dan zie ik haar. Ze fietst extreem rustig mijn kant op. Als ze me ziet verschijnt er een glimlach op haar gezicht. Ze zwaait en ik zwaai terug.

'Sorry hoor,' zegt ze als ze eenmaal naast me is. 'Mijn haar wilde niet meewerken. Ik moest het drie keer opnieuw doen voordat de knot goed zat.'

Ik zeg dat het niet erg is. Samen gaan we naar een wijk waar ik nog nooit ben geweest. Villa's zijn het niet, maar het is duidelijk dat "de rijken" uit de plaats hier wonen. Stuk voor stuk zijn het grote vrijstaande huizen met ieder een perfect bijgehouden tuin. Omdat Kiara het hier wel kent zijn we binnen vijf minuten bij Floris. Hij woont aan het einde van een lange straat. Het is de enige plek waar belachelijk veel geluid wordt gemaakt. 

Het heeft duidelijk geen zin om aan te bellen. De luide muziek en het geschreeuw is twee straten verder al te horen. 'Hoe komen we binnen?' vraag ik. Kiara kijkt me lachend aan. 'We hoeven niet door de voordeur gekkie. Het is een tuinfeest, weet je nog?'

Ze pakt mijn hand en ze trekt me mee. Aan de zijkant van het huis is een poort. We drukken de hendel in en met een zwaai gaat het open. Verrast om de drukte, de oorverdovend harde muziek en de grootte van de achtertuin kijk ik voorruit. Dit is alles behalve een klein feestje.

En hier moet ik vrienden gaan maken?


Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro