19_Part_1

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

De weken na het afscheid van Arya gaan sneller dan Elias ooit gedacht had kunnen hebben. Nadat hij enkele dagen nog somber in zijn vertrekken zat, met niemand meer dan Norryah om hem gezelschap te houden, besloot hij om te doen wat hij zijn overleden vriendin had beloofd. Hij zou vechten, voor haar. Omdat zij altijd sterk was en nooit klaagde, is er niets dat hij liever zou doen dan tegenover haar bewijzen dat hij dat ook kan.
Omdat Pàntú Gotuku, Saffiera had geaccepteerd en erkend als zijn dochter, was het haar niet meer toegestaan om elke dag op elk moment bij Elias in Huize Caelum te zijn. Hij hoorde van Saffiera zelf dat Gotuku niets liever wilde dan dat ze elk moment doorbracht bij de familie Caelum, maar Heer Forto wilde er niets meer van weten. Als hij les wilde hebben of wilde oefenen, dan moest hij dat maar in de tuin of buiten de grond van de familie doen.
Vandaar dat hij na die sombere, eenzame dagen waarin hij tijd had om alles op een rijtje te zetten, hij op weg ging naar het hutje van Saffiera en haar moeder, een van de diensters in Huize Caelum. Hij had van Norryah opgevangen dat Forto ernstig had getwijfeld of hij de roodharige vrouw nog wel voor hem wilde laten werken nu bleek dat ze een korte relatie gehad had met een van de meest machtige mensen in de Stad van de Drakenrijders. Gezien het feit dat hij Elonaya nog een aantal keer gezien heeft in de periode tussen de bruiloft van Zafux en Yuuki, gaat hij er van uit dat ze nog altijd in dienst is van de familie, al zal ze met argusogen bekeken worden.
Hij was blij toen hij Saffiera kon vinden in haar hutje aan de overkant van de rivier. Nu ze erkend was als dochter van Heer Gotuku, twijfelde hij of ze bij hem zou gaan leven. Niet wetend of hij haar dan opgezocht zou hebben, was hij maar al te opgelucht doen ze de houten deur opendeed en hem met open armen verwelkomde.
Hij was in eerste instantie uit vorm, zowel mentaal als fysiek. Waar hij eerst met enige moeite Saffiera's aanvallen wist tegen te houden, kwam ze nu als een gewapende coterie zijn gedachten binnenstormen. Bij het zwaardvechten, speerwerpen, boogschieten en klimmen werkte zijn lichaam nog minder mee dan anders. Maar na vele stijve ochtenden en dagen vol spierpijn, merkte hij hoe zijn spieren zich begonnen op te bouwen rondom zijn schouders, hoe hij meer vlees rondom zijn middel kreeg en hoe veel beter zijn uithoudingsvermogen werd. Het was meer dan duidelijk dat de weken rust die zijn heup had gehad, gunstig waren voor zijn lichaam. Dankzij de zorg van de heelmeesters van Huize Caelum voelde hij de pijn van de botbreuk van jaren geleden nog maar amper.
"Het ergste is het niet weten," zei Saffiera ooit, toen hij vroeg waarom het in Torins naam ooit zou kunnen dat hij zo snel vooruit ging. "Het geeft je grenzen, bakent een deel van je mentale capaciteit af. Nu je weet wat er met Arya is gebeurd en waar ze is, geeft dat je rust. Meer rust dan je ooit zal kunnen hebben."
Ze wist het niet.
Hij had het haar toen nog niet verteld, hij kon het niet. Hij wist toentertijd niet zeker of het werkelijk waar was. Of het inderdaad Gotuku was die hem levenslang had verminkt. Die de opdracht had gegeven tot de moord van zijn ouders. Hoewel zijn twijfels over de goedheid van de man met de dagen toenamen, wist hij dat hij zonder harde bewijzen niet aan kon komen met beschuldigingen van de ergst mogelijke aard. Ze zouden hem in zijn gezicht uitlachen, 'dromen zijn bedrog,' zouden ze zeggen. Nee, ze wist het niet.
Ze wist niet dat er nog veel te veel was in zijn leven waarover hij te weinig wist. Dingen die zijn mentale capaciteit afbakenden, zoals ze dat zo intelligent zei. Toch merkte hij dat het allemaal beter en beter ging na elke oefening die ze hem oplegde. Hij onderging de alles – niet altijd even geduldig - voerde ze tot zijn beste kunnen uit en aanvaardde de consequenties. En langzaam maar zeker kwam midzomernacht dichterbij en dichterbij.

"Je moet je verdedigingsmuren hoger opbouwen, en je energie gelijkmatig verdelen over de acties die je lichaam probeert te volbrengen. Dan is je uithoudingsvermogen beter." Saffiera slaat opnieuw met een stompe speer richting zijn lichaam, waarna hij uit alle macht probeert de punt van zijn buik weg te slaan. Nog geen hartslag later voelt hij hoe Saffiera met een krachtige uithaal inslaat op zijn mentale verdedigingsmuren, waardoor zijn gehele lichaam verstijft van de inspanning die zijn gedachten leveren. Terwijl ze haar mentale aanval doorzet, komt ook haar lichaam weer in beweging en geeft ze hem een mep met de speer tegen zijn rug. Met een harde plof valt hij op de grond, zowel zijn mentale als zijn fysieke verdediging verdwenen als hij zijn bonkende hoofd voorzichtig laat zakken tegen de grond. In de schaduw van Saffiera's huisje is het koel, en zijn hoofdpijn neemt vlug af.
"Dit moet echt beter, Elias," zegt ze fronsend.
"Dit is echt verschrikkelijk, Saffiera," antwoordt hij spottend. Hij werpt een blik op zijn roodharige vriendin. Ze is flink wat veranderd nu ze de officiële erfgenaam is van het Gotuku-imperium. Weg is het meisje met de blauwe of groene gewaden, die haar vurige uiterlijk iets kalms gaven. Nu het bloed dat door haar aderen stroomt officieel nobel is, is het haar verplicht te laten zien bij welk Huis van de Stad van de Drakenrijders ze hoort, wat wil zeggen dat ze altijd iets zwarts moet dragen. Het gitzwarte gewaad en het gouden diadeem dat haar haren tot op zekere hoogte bij elkaar houdt, geven haar een haast angstaanjagende indruk. Koninklijk, zelfs.
"Ik weet dat het niet leuk is," zucht ze, terwijl ze zich breeduit naast hem laat vallen. "-maar,"
"Erg vrouwelijk, Saffiera," onderbreekt hij haar lachend. Ze kijkt hem met een dodelijke blik aan. "Máár," benadrukt ze nogmaals, "je moet het echt kunnen. Misschien lijkt het nu een domme oefening, maar het is echt belangrijk dat je zowel geestelijk als lichamelijk altijd alert bent. Op dit moment kun je maar amper twee dingen tegelijk."
"Ik ben dan ook een echte man."
"Elias! Ik ben serieus, over minder dan een maan is het al midzomernacht. Als je besluit om te gaan, als je naar de top der koningen wilt gaan, dan zal je met iets beters moeten komen dan dit. In je eentje ga je het echt niet redden op deze manier." Ze smeekt hem haast. "Asjeblieft Elias, neem het serieus, of het zal niet goed met je aflopen daarboven." Met tranen in haar ogen slaat ze haar armen om hem heen, haar lichaam zachtjes schokkend. "I-ik kan jou n-niet o-ook verliezen Elias!" Van het ene op het andere moment ligt ze huilend in zijn armen.
"Ho, ho, rustig," zegt hij geschrokken, terwijl hij haar zachtjes over haar rug aait. "Ik neem het serieus, echt waar lieverd. Je zal me niet verliezen." Hij zwijgt even, en streelt haar haren liefkozend. "Waar komt dit ineens vandaan?"
Saffiera haalt haar schouders op terwijl ze zich terugtrekt. "Ik ben gewoon bang om je kwijt te raken, Elias," zegt ze, haar wangen nog onder de sporen van tranen, die hij met een enkele beweging van zijn duimen wegveegt. "Over een maan is midzomernacht al, je hebt lang niet zoveel kunnen leren als de meeste meesters die de reis naar de top der koningen ondernemen. En zelfs daarvan komen ze niet allemaal terug. De kans dat je doodgaat is gewoon heel reëel, en... ik hou echt veel van je, Elias."
Hij kijkt haar geschokt aan. Ze houdt van hem?
"Wat ik wil zeggen is... gewoon blijven is ook een optie. Desnoods besluit je om de reis over een jaar te maken, als ik alle tijd heb gehad om je te leren wat mijn vader mij geleerd heeft. Als ik het Meester Gotuku vraag, zal hij misschien wel een weg kunnen vinden door de regels en je dat toestaan."
Direct schudt hij zijn hoofd. "Nee, Saffiera, ik moet dit doen." Hij zucht. "Ik hou net zoveel van jou, misschien zelfs meer, Saffiera, maar ik heb aan Arya beloofd dat ik mezelf zou bewijzen. Zolang ik dat niet doe ben ik zowel een gevangene in de Stad van de Drakenrijders als een gevangene van mijn eigen gedachten."
Het meisje op zijn schoot zucht. "Kan ik je echt niet overhalen?"
Hij grinnikt en drukt een korte kus op haar lippen. "Nee. Zelfs al zou je me de meest verschrikkelijke oefeningen laten doen tot in de eeuwigheid, dan zou ik alsnog mijn queeste afmaken. Ik vraag alleen van je om me te laten gaan als het zover is, en me tot die tijd zoveel mogelijk te leren om mijn slagingskansen te vergroten."
Ze zoent hem met een hevige passie terug, haar handen zich een weg vindend in zijn haar. "Is er echt geen manier om je over te halen?" vraagt ze onschuldig, haar wangen rood, ademhaling snel en haar stem zacht en laag.
Hij grijnst. "Je kan het proberen, maar ik betwijfel het."
Haar ogen beginnen te schitteren. "Oh, maar dan weet ik wel iets," fluistert ze in zijn oor, waarna ze verleidelijk opstaat en extra met haar heupen zwaait als ze terugloopt naar het hutje. "Kom je nog?" vraagt ze, over haar schouder kijkend als hij niet direct opstaat om haar te volgen. Zonder enige moeite werkt hij zich direct overeind en gaat hij op een drafje achter haar aan. "Daar kan ik toch geen nee tegen zeggen?"

"Elias!" Zafux rent hem achterna als hij door die middag door de gangen van Huize Caelum loopt in de richting van zijn vertrekken. "Heb je er problemen mee als ik je vergezel naar waar je dan ook naar op weg bent?"
Elias lacht hardop en schudt zijn hoofd. "Ga je gang, Zafux."
"Dus, vertel eens. Hoe gaat het met jou op deze prachtige dag?" Er is iets aan de hand met Zafux, hij lijkt nog vrolijker dan normaal. Er is iets in zijn loopje waardoor het lijkt alsof hij haast op en neer springt bij elke stap. "Prima," antwoordt hij dan ook kort. "Hoe gaat het met jou?" Hij is vooral benieuwd naar het antwoord, wetend dat Zafux staat te springen om hem iets te vertellen.
"Waar is je schaduw?" voegt hij er aan toe.
"Schaduw?" vraagt Zafux verbaasd.
"Ja, Yuuki? Je vrouw?"
Zafux glimlach wordt zo mogelijk nog breder als hij aan het meisje denkt. "Die is bij de heelmeesters op dit moment, en ik ben er op weg naartoe, wil je mee?"
Nu is het Elias' beurt om verbaasd te zijn. Waarom zou iemand in hemelsnaam blij zijn dat zijn vrouw bij de heelmeesters is? Dat is meestal geen goed teken. "Wat?" vraagt hij dan ook, maar het komt er uit als een roep. "Waarom ben je daar zo blij om!"
Zafux lacht. "Je bent de enige die het nog niet weet, je bent ook zo druk bezig met je oefeningen – en met Saffiera – Hoe is het met haar trouwens?" Hij lijkt oprecht nieuwsgierig, maar Elias draait het gesprek weer vlug terug naar Yuuki. "Ook met Saffiera gaat het goed- wat vertelde je nou over Yuuki?" 
Zafux' pupillen worden groot. "Je weet het écht nog niet? Grote Gaia je bent echt druk bezig met die dodelijke tocht naar de top der koningen..." Zafux zucht even, en zijn glimlacht verzwakt kort, totdat hij ziet dat Elias hem nog steeds afwachtend aankijkt. "Yuuki draagt mijn kind, volgens de heelmeesters nu een maan of vier."
Pas nu hij er bij nadenkt merkt hij op dat hij Yuuki de afgelopen weken niet heeft gezien, net als Zafux, net als vrouwe Keya, net als Heer Forto Caelum. De laatste paar manen heeft hij niemand anders gezien dan Saffiera en Norryah. Af en toe zag hij iemand van de familie Caelum, maar hij was vooral gefocust op het vervullen van zijn belofte richting Arya. Na zijn queeste zal hij alle contacten die hij heeft gemaakt in ere moeten herstellen.
"Grote Gaia, congratulatio!" Hij buigt zijn hoofd bij wijze van respect en felicitatie. "Hoe gaat het met haar?"
Zafux straalt. "Fantastisch. Yuuki is nu bij de heelmeesters om te kijken hoe de ontwikkeling van het kind vordert. Wil je mee gaan kijken?"
Elias knikt. "Maar natuurlijk!"


***

¡Hola!
Jeetje, ik weet niet wat er met me aan de hand is... Al de derde update in 4 weken! Ik ben goed bezig, al zeg ik het zelf. Het komt volgens mij doordat ik 1) nu "Vakantie" heb (examens hoera) en 2) omdat ik met een heel erg interessant weerwolfverhaal in mijn hoofd zit waar ik heel graag aan wil beginnen... Maar dat kan niet want Drakenrijder is nog niet af, en dit verhaal gaat voor nu voor. Dat ik er al bijna twee jaar mee bezig ben, is eigenlijk veel te lang. Ik verwacht dat er vanaf nu (inclusief dit deel) nog zo'n 3 of 5 hoofdstukken en een epiloog komen. Dat is dus nog 8 tot 12 updates (dat klinkt als erg veel jeetje). In elk geval: ik hoop dat je het weer leuk vond om te lezen vandaag! Wat denken jullie dat er te gebeuren staat? Let me know!
Muchos besos,
Sanne


Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro