50. Een monster

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

Het is nog vroeg in de ochtend als ik wakker word. Het slaapritme van school zit er goed in. Bijna automatisch knipper ik slaapdronken met mijn wimpers, rek ik flink uit en check ik vervolgens de tijd. De klok in Mike's kamer geeft aan dat het ongeveer 7 uur is. 

Over anderhalf uur moet ik op school zijn en met Lola in de eerste les zitten. Niet alleen zou ik me dan super snel moeten opfrissen in de hotelkamer, ook zou ik snel naar huis moeten racen om daar mijn schoolspullen bijeen te rapen. Het is of stressen en de vroege ochtend verpesten, of met een smoes de eerste les overslaan. Ik weet dat het niet goed is maar stiekem heeft mijn onverstandige hoofd al een besluit genomen.

Ik zal Lola vragen of ze een smoes voor me kan bedenken. De tandarts, de dokter; wat dan ook. Het is niet de bedoeling om een gewoonte van liegen of spijbelen te maken, maar soms gaat het gewoon even niet anders. Bovendien heb ik ook al tegen mam en pap gelogen, die denken dat ik gisteravond aan een schoolproject heb gewerkt met Anouk en daar vervolgens bleef logeren. De ene leugen maakt de ander niet goed, dat begrijp ik. Snel genoeg ga ik het allemaal goedmaken.

Vechtend tegen het felle licht wat deels de kamer in komt, knijp ik mijn ogen samen. Terwijl ik een paar minuten nodig heb om goed wakker te worden voel ik Mike's arm om me heengeslagen. Zijn zachte gesnurk doet me lachen. Het herinnert me eraan dat het echt is. Alles. Normaal gesproken zou zoiets moois als gisteren een droom zijn. Nu niet. Ik glimlach. Voor het eerst wordt me echt geluk gegund.

Voorzichtig bevrijd ik me uit Mike's omhelzing. Zo stil als ik kan stap ik uit bed. Elke beweging die ik maak is doordacht en beheerst. Het laatste wat ik wil is Mike zo vroeg wakker maken. Dat is niet alleen gunstig voor hem maar ook voor mij. Een uitslaper als hij moet niet wakker gemaakt worden om zeven uur s 'morgens...

In de badkamer haal ik een ongebruikte badjas van het haakje. Met een snelle beweging heb ik hem aangetrokken. De witte stof voelt zacht. Ik ben blij dat Mike er gisteravond een heeft geregeld bij de receptie. "Mijn schoonheid mag natuurlijk niet kou lijden," heeft hij gezegd. 

Ik wil alweer weglopen tot iets me tegenhoudt. Het oplichtende scherm van mijn telefoon krijgt de aandacht. Nieuwsgierig kijk ik naar de melding. Wetend dat mijn scherm alleen oplicht als ik gebeld word of een sms krijg, vraag ik me af wie me nu probeert te bereiken. Terwijl ik mijn telefoon losmaak van de oplader loop ik richting de deur. Na de eerste stap open ik de sms. Na de tweede blijf ik stokstijf staan. 

Sms ontvangen om 07:05 uur. Afzender: onbekend.

Goedemorgen lief meisje van me,

Lekker geslapen? Zijn we lekker verliefd? Fout. Aanschouw dit bericht als kosteloze hulp: de onderste lade van het bureau. De code: 16122300. Doe het nu.

Ik snap het niet. Het wilt niet tot me doordringen. Ik lees de letters en ik zie de woorden maar de betekenis ervan is onduidelijk. Ik lees het opnieuw en opnieuw. Het kost me in totaal vijf keer lezen voor ik begin te begrijpen dat dit een nieuw bericht is. De stalker heeft weer een aanval gepleegd maar dit keer via de telefoon. En dit keer niet naar mij maar naar Mike. Waarom? Wat is het doel?

Mijn hart klopt sneller. Stilstaand staar ik voor me uit. Ik heb een nieuwe reden gekregen voor angst. Toch is er iets wat veel heftiger ontwaakt en dat is woede. Elk nieuw bericht wat de stalker me geeft lijkt me harder te maken. Er ontstaat een onzichtbare schild om me heen, eentje die me beschermt van paniekaanvallen. Wel van angst maar niet van andere emoties. Ik voel de boosheid door me heen stromen. 

Ik ben de stalker meer dan zat. Hij, zij of wie het dan ook mag zijn moet de grens vinden. Als iemand het leuk vindt om een ziek spelletje met me te spelen dan is dat prima, maar de bedreigingen naar andere toe is een stap te ver. Eerst Charissa, toen Serena en nu zelfs Mike. Mike! Hoe durft het zieke monster zoiets te zeggen? Alsof er werkelijk een maximum beveiligde kluis in Mike's bureaula zal zijn. Alsof de getallen in de sms werkelijk de code vormen. Nee. Ik geloof het niet. Mike mag dan wel geheimen hebben maar het is absoluut geen optie dat de stalker ermee verbonden is. Dat mag gewoon niet.

Weer licht mijn scherm op. Weer ontvang ik een bericht. De ochtend die ik net nog zo goed wilde beginnen lijkt beetje bij beetje te worden verwoest.

Sms ontvangen om 07:08 uur. Afzender: onbekend.

Je bent voorspelbaar Sophie Lente. Nog steeds aan het twijfelen? Laat me je de keuze makkelijker maken: jij gaat die lade openen én de code invoeren. Doe je dat niet, dan zal kleine zus de prijs betalen. Vergeet niet dat haar mooie lichaam al eens eerder is verwond. Denk maar niet dat ik het niet nog eens zal doen.

Ik bijt op mijn lip. Mijn vingers knijp ik samen. Net zolang tot het pijn doet. Ik sta op het punt om mijn telefoon op de grond te smijten. Het allerlaatste beetje verstand stopt me. Zo kalm mogelijk adem ik in. Rustig blaas ik weer uit. De telefoon wordt naast de wasbak neergelegd en mijn ogen gaan richting de deur. Vanaf nu moet ik doodstil zijn. Geen enkele beweging mag Mike wakker maken.

Met een snel kloppend hart stap ik naar voren. Vliegensvlug controleer ik het bed. Mike ligt nog in precies dezelfde houding als hiervoor. De lakens bedekken hem tot halverwege zijn borstkas. Zijn arm die de halve nacht over me heen heeft gelegen ligt nu languit. Zijn haren zitten verward en zijn ogen zijn gesloten. Schattiger dan dit krijg ik Mike niet te zien. Het liefst zou ik dan ook bij hem gaan liggen. Het liefst kruip ik weer terug in bed en wacht ik tot deze nachtmerrie verdwijnt. 

Maar dat kan niet. Ik mag het risico niet nemen. Charissa zal veilig blijven, koste wat het kost. Ik heb haar een keer pijn laten doen en dat zal ik niet nog een keer laten gebeuren. Ze is mijn zusje en het is mijn taak voor haar te zorgen.

Voetje voor voetje kom ik dichterbij. De afstand van de ene kant naar de andere kant van de kamer heeft nog nooit zo lang geleken. Na een eeuwigheid sta ik eindelijk voor het bureau. Met een schuldig gevoel in mijn buik reik ik mijn arm. De zenuwen zijn zo erg dat zelfs mijn vingers beginnen te trillen. Een deel van mezelf is zo ontzettend bang. Een deel ver weg weet dat er een grote kans dat ik iets ontdek wat ik niet wil ontdekken. Het sprookje is te mooi. Alles was zo perfect. Dit kan het verpesten.

Met ingehouden adem pak ik het onderste laatje beet. Extreem voorzichtig schuif ik het open. Ik kijk nog een keer achterom, maar Mike is nog altijd in een diepe slaap. Ik ben eraan begonnen en nu is er geen weg meer terug.

Een zilver koffertje komt tevoorschijn. Op de rand van de opening zit een schermpje niet groter dan die van een telefoon. Splinterdun touchscreen ligt op. De getallen 0 tot en met 9 staan in rijen onder elkaar. Geschrokken om deze ontdekking blijf ik staan. Mijn lichaam verstijft, alsof het zich klaarmaakt om zichzelf te beschermen. Alsof het hoopt te verdwijnen door simpelweg niet te bewegen. Was het maar zo makkelijk. 

De cijfers van de stalker dreunt door mijn hoofd. 16122300. Zeurend blijven ze in mijn hoofd hangen. 16122300. Ik weet nu al dat het een code zal zijn die ik nooit meer ga vergeten. 16122300. Wat er ook in deze koffer mag zitten. Of de stalker mij kapot gaat maken of Mike. 16122300. De inhoud van deze koffer gaat me antwoorden geven op vragen die ik altijd al heb gehad. De stalker weet het en ik weet het. 16122300. Het enige wat ik nu nog moet doen is drukken.

Druk.

Open.

Kijk.

Ik fluister. Mijn vinger gaat van het ene getal naar de ander. 'Een. Zes. Een. Twee. Twee. Drie. Nul. Nul.'

Ik druk. Ik open. Ik kijk. En dan gebeurt het. Het slot gaat open, de inhoud van de koffer laat zich zien en mijn ogen weerspiegelen de waarheid. Mijn ogen zien alles wat ik niet wil zien. Mijn hart klopt snel, mijn hoofd kan niet nadenken en mijn benen staan op het punt op te geven. Een klap gaat door me heen. Ik weet wat ik zie. En dat doet pijn. Na jaren heb ik eindelijk antwoord op Mike's geheim. In ieder geval voor een groot deel. Want dit kan maar een ding betekenen. Wat ik hier zie liggen in de koffer zegt maar één ding: Mike is een crimineel.

Ik sla mijn handen voor mijn mond. Een waas danst voor mijn ogen. Verslagen blijf ik staan. De objecten in de koffer breken me. Het zakmes, het geld, het notitieboekje met talloze aantekeningen, meerdere paspoorten en bovenal een pistool met munitie. Alles wat ik zie is onwerkelijk. Dit kan niet. Dit mag niet. Maar het is er. Niks is ingebeeld. Niks is anders dan het lijkt. Alles is echt. De keiharde realiteit maakt mijn droom kapot. 

'Dat had je niet mogen zien.'

Ik krimp ineen. Rillingen schieten over mijn lichaam. Een adrenaline stoot stroomt versneld door me heen. Mijn hart gaat tekeer en mijn adem hou ik in. Elke vezel in me maakt zich klaar om te vluchten. Zonder dat ik het door heb gehad staat Mike opeens achter me. Zijn stem klinkt duister. Zijn woorden maken me bang.

In een ruk draai ik me om. Binnen twee ruwe stappen staat Mike lijnrecht tegenover me. Zijn arm gaat langs me heen. Met een klap slaat hij de koffer dicht. De lade ramt hij nog net niet door het bureau heen. Zijn agressie laat me continu schrikken. Ik wil van hem wegrennen maar mijn voeten blijven vastgenageld aan de vloer. De angst om ook maar een kleine verkeerde beweging te maken is te groot. 

Mike geeft me de meest duistere blik die ik ooit bij hem heb gezien. Zijn lichaam staat hard en agressief. Zijn complete uitstraling is ruw, geïrriteerd en kwaad. Anders dan normaal is het voor mij. Al zijn woede van dit moment is voor mij. Ik heb zijn geheim ontdekt en hij weet het. Hij kan er niet meer omheen draaien. En dat maakt het kwaad.

'Hoe durf je aan mijn spullen te zitten? Wat geeft jou het recht? En hoe heb je de koffer sowieso open gekregen? Van wie heb je die code gekregen?'

Er is geen enkele vraag die ik beantwoord. Mijn lippen blijven stijf op elkaar. Het lukt me niet te spreken. Er is geen letter die ik nu tegen hem kan zeggen. Ik kan alleen maar staren. Vol ongeloof, vol angst en vol verdriet.

Mike ziet het. Hij ziet wat hij met me doet. Zijn aanvallende houding neemt af. Zijn duistere blik blijft hij op me afvuren maar zijn stem klinkt al minder hard. Al maakt dat niet uit. Niks maakt nog verschil. Het beeld van de pistool zit voor eeuwig in mijn geheugen en er is niks wat Mike daaraan kan veranderen.

Hij doet een poging. Een stroming aan woorden komen voorbij. Al zijn pogingen en kansen om dit goed te maken is bij elkaar geraapt tot een lange speech. Het klinkt als het perfecte stukje tekst waar hij al jaren op heeft geoefend. Alsof hij diep vanbinnen heeft geweten dat dit moment zou komen.

'Jij wilt de waarheid horen? Prima. Jij je zin. Ik weet wat je nu denkt, ik kan het zien aan je ogen. En je hebt gelijk. Ik ben een slecht persoon. Ik heb mensen pijn gedaan. Ik geef geen fuck om niemand. De enige mensen waar ik wel om geef raken gewond. Ik heb geprobeerd het zo te laten lijken dat jij en Serena niet bestaan. Ik heb geprobeerd te laten lijken dat je niets bent. Een niemand. Slechts een van de vele meisjes uit het verleden.' Hij grinnikt. 'De mensen in mijn echte leven weten niet eens dat Serena bestaat! Althans, de meeste.'

Ik schud mijn hoofd. Mijn stem klinkt breekbaar. 'Stop. Alsjeblieft.'

Hij negeert me. 'Jullie waren niets en dat was maar goed ook. Weetje waarom? Omdat jullie veilig waren. Ik heb alles gedaan om jullie te beschermen. Alles!' Zijn geschreeuw maakt me bang. Doodsbang. Er zit opgepropte woede in hem. Zijn waarheid komt na lange tijd aan het licht en hierbij worden al zijn verborgen emoties meegesleurd. 'Als er een gouden regel is die niemand in mijn wereld mag breken dan is het wel dat je geen familie mag hebben. Geen mensen om wie je geeft. Ik heb geleerd dat familie alleen maar voor zwakte zorgt en dat kan je in mijn wereld onmogelijk hebben. Je blijft loyaal aan de mensen binnen de groep, dáár heb je respect voor. Andere mensen vermijd je. Zo hoort het gewoon.'

Hij geeft me een beschuldigende blik. 'En toen kwam jij.' Zijn stem klinkt speels en boos tegelijkertijd. 'Hét meisje bij het restaurant met de zoete geur van pannenkoeken. Het meisje die mijn hart won met een fucking kinderpannenkoek.' Hij schudt zijn hoofd. Hij lijkt zijn eigen verhaal onbegrijpelijk te vinden. 'Hoe je het voor elkaar hebt gekregen weet ik niet schoonheid, maar ik zag je. Ik voelde je. Je had mijn interesse en ik kon je niet meer loslaten. Ik brak de regel door meer om je te geven dan wie dan ook. Ik wist dat als iemand erachter zou komen je in gevaar zou zijn. En dus hield ik het geheim.'

Tranen prikken in mijn ogen. Met een trillende lip probeer ik tegen hem in te gaan. 'Mike ik wil het niet horen. Je denkt me dingen uit te leggen maar je maakt het alleen maar moeilijker. Ik begrijp er niks van!'

'Dat is omdat je niet naar me luistert Sophie. Je wilt het niet horen maar het moet. Jij bent zo stom geweest om die koffer te openen en nu moet het wel. Je denkt te weten wat je hebt gezien maar dat is niet zo. Ik moet je uitleggen hoe het zit. Ik moet zeker weten dat je begrijpt wat het betekent. Want het is met een reden Sophie. Alles is met een reden. Waarom denk je dat ik je de eerste keer verliet? Ik wilde je beschermen en dus moest ik het geheim houden. Je mocht niet weten waar ik woonde, met wie ik omging en wat me bezighield. Geen gesprekken en geen telefoontjes. Ik wilde je niet achterlaten maar het moest. Het was de juiste keuze.'

'Waarom kwam je dan terug?' Sis ik door mijn tranen heen. 'Waarom stond je dan voor de deur, met het slappe excuus dat je Serena's vader wilde zijn?'

'Het was geen excuus. Het was de waarheid. Het lukte me bij je weg te blijven tot het moment van het nieuws. Het lukte tot ik hoorde dat je gezien was met een baby.' Hij houdt een adempauze. Zijn ogen boren dwars door de mijne. 'Onze baby,' maakt hij zijn zin af. 

Ik wil hem geloven. Zo graag wil ik alles geloven wat hij zegt. Maar het lukt niet. Hoe oprecht het ook klinkt en hoe wanhopig zijn ogen ook kijken. Na het bericht van de stalker en het zien van de koffer is hij mijn vertrouwen kwijt. Er is pure angst voor hem gekomen en ik weet simpelweg niet meer wat waar is en wat niet. Alles lijkt een leugen. Een grote leugen.

Weer opent hij zijn mond. Dit keer klinkt het zachter. 'Het is niet wat je denkt.' Als hij zijn arm reikt om me aan te raken deins ik naar achter. Er knapt iets in me.

Ik schreeuw. 'Raak me niet aan! Ik zweer dat ik de politie bel en je aangeef.' Hoe langer ik naar hem kijk hoe bozer ik word. Nu is het mijn beurt om de speech te houden. 'Al die tijd? Alles was een leugen? Oh mijn god hoe heb ik zo ongelooflijk achterlijk kunnen zijn? Ik ben met een crimineel naar bed geweest. Een godverdomme crimineel! Dus dat is je leven? Dat is de reden dat je het verziekt? Om bij een of andere maffia te horen?'

Hier reageert Mike boos op. 'Hé je kan zeggen wat je wilt maar ik ben geen maffia! Sophie ik snap dat je in de war bent maar luister alsjeblieft naar me. Er is een reden voor dit. Ik kan alles uitleggen.'

'Nee. Ik ga je echt geen nieuwe kans geven om een nog betere leugen te bedenken. Hoe stom denk je dat ik ben? Ik kan gewoon niet geloven dat je jouw kans op geluk verkloot voor dit. Voor geld en een crimineel leven. Je bent echt ziek Mike. Wat dacht je wel niet? Om 1 uur 's middags op bezoek bij mij en Serena met een teddybeer als cadeau, om vervolgens om 3 uur 's nachts mensen neer te knallen voor geld? Wie denk je wel niet dat je bent?'

In een flits haal ik uit. Op het hoogste punt van mijn razernij sla ik Mike in zijn gezicht. Meteen voel ik mijn hand tintelen. Hij zag de klap duidelijk niet aankomen. Zijn houding wordt hard en even ben ik bang dat hij me pijn gaat doen. Uiteindelijk lijkt hij zichzelf te kunnen beheersen. 

Vastbesloten kijk ik hem aan. Een traan rolt over mijn wang. 'Ik wil je nooit meer zien. Als je het ook maar waagt om mij op te zoeken óf in de buurt te komen van Serena zal ik de politie bellen.'

Mike raakt in paniek. Zijn ogen staan verbluft. 'Sophie ik ben haar vader! Je kan me niet bij haar weghouden. Echt ik beloof je tijd te geven om na te denken maar dit mag je niet doen. Sophie!'

Nu ben ik het die kil reageert. Ik kan geen medelijden met hem hebben. Ik kan er niet omgeven. Nooit had ik verwacht dit ooit tegen hem te zeggen. 'Jij mag dan wel haar vader zijn maar zij zal nooit jouw dochter worden. Hoor je me? Je blijft uit mijn buurt en die van haar.'

Nu moet ik weg. Ik kan geen seconde langer hier blijven. Chaotisch en vlug raap ik mijn spullen bij elkaar. De kleding trek ik aan, die van Mike smijt ik op de grond. Tot het moment dat ik bij de deurdrempel ben probeert hij me te overtuigen. Hij blijft zeggen dat het anders is. Zijn geheim zou niet zo zijn als ik nu denk.

Bij de deur kijk ik nog een allerlaatste keer achterom. Het afscheid van de kamer en het afscheid van Mike is zwaar. Het voelt alsof ik al het geluk achter me laat. Het is niet anders. Ik moet sterk zijn. Liever de waarheid met pijn, dan geluk met een leugen.

'Sophie ik ben niet wie je denkt dat ik ben,' probeert hij voor de allerlaatste keer. 

Ik slik. 'Je bent een monster Mike. Meer valt er niet over te zeggen.'

De deur valt dicht. Overstuur ren ik het hotel uit.

Ik voel me gebroken. De jongen waar ik verliefd op was en de vader van mijn prinsesje is er niet meer. Hij is gestorven en een monster is ervoor in de plaats gekomen. Een crimineel die ik alleen maar vreselijke dingen zie doen.

Hoe is het mogelijk? 









Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro