deel 42

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

De volgende dagen in de Provence verliepen rustig en steeds in hetzelfde ritme. Het ochtendritueel bestond uit rustig naast elkaar wakker worden, knuffelen, kussen, vrijen om dan uiteindelijk toch maar uit bed te stappen. Na een korte douche en een uitgebreid ontbijt gingen Wolfs en Eva de omgeving ontdekken. Ze gingen wandelen. Of fietsen. Het maakte eigenlijk niet eens uit wat ze deden. Ze waren bezig met elkaar en met het bespreken van de meest onzinnige dingen. Nog nooit hadden ze zo veel gepraat over zulke onbelangrijke dingen. Nog nooit hadden ze zoveel onbelangrijke discussies gevoerd. Hun gesprekken gingen bijvoorbeeld om de vraag waarom Eva nou nooit een felgekleurde shirt of blouse met een vrolijk bloemmotief droeg. En waarom ze van zichzelf vond dat ze niet met een jurkje stond. Uiteindelijk had Eva dat gesprek behendig in de richting van zijn afschuwelijke cowboylaarzen gestuurd. En na enkele minuten waren ze zoals altijd tot een compromis gekomen. Eva zou op haar trouwdag een jurk dragen, Wolfs geen cowboylaarzen. Dat was de deal.

In de late namiddag lag het tweetal rustig in de zon naast het zwembad van hun hotel. Net zoals dit alle vorige dagen rond dit uur het geval was geweest. Het was het einde van de middag. De zonnestralen begonnen al in kracht af te nemen, wat het vertoeven in de zon nu best wel aangenaam maakte. .
'Ga je mee zwemmen, Eef?'
'Mmm... ik weet niet... ik lig net lekker.'
'Ach toe nou...' smeekte hij haar. Teder drukte hij zijn lippen op die van haar en fluisterde 'ik kan toch niet zonder jou gaan zwemmen.'
'Waarom niet?'
'Omdat ik je dan zo vreselijk mis.' klonk hij wel héél zielig.
Eva keek hem hoofdschuddend aan en proestte het uit.
'Wolfs man, ik lig op nog geen vijf meter van het zwembad! Dat is niet missen, hoor. Als je mij zo slecht kan missen, wat gaat dat dan worden als we lekker terug naar Maastricht gaan?'
'Hoe bedoel je?' hield hij zich tegen beter weten in van de domme.
'Jij hoopt echt nog steeds dat er niets gaat veranderen?' vroeg ze hem quasi verbaasd.
'Jawel, er gaat veel veranderen... wij gaan trouwen... jij wordt mijn vrouw.'
Eva rolde met haar ogen omdat ze het gevoel had dat hij dit gesprek niet serieus nam. Of niet zo serieus als zij het bedoelde.
'Ja. Dat gaat veranderen, ja. Maar we gaan ook afscheid van elkaar moeten nemen, Floris. Als werkpartners.'
'We moeten nou niet op de zaak gaan vooruit lopen.' zuchtte hij terwijl hij dondergoed wist dat zijn partner hoogstwaarschijnlijk gelijk had.
'Nee, maar ik wil niet dat je jezelf wat wijsmaakt, Floris. Dan valt het achteraf enkel maar tegen. We hebben een keuze gemaakt en moeten de consequenties aanvaarden.'
Kort knikte hij terwijl hij dan toch opstond. Ontmoedigd door de droefenis van het gesprek slofte hij richting het zwembad. Waar hij zopas nog een vrolijke duik had willen nemen, liet hij zich nu maar gewoon achteloos in het verkoelende water zakken.
Hij zwom enkele baantjes en hield halt toen hij uiteindelijk zijn partner dan toch in één sierlijke beweging het zwembad zag induiken. Eva zwom naar hem toe. Toen ze bijna bij hem was riep hij grijnzend: 'Kom je dan toch zwemmen?'
Er kwam een kleine glimlach om haar lippen en toen ze vlakbij hem was, sloeg ze meteen haar benen rond zijn middel. Wolfs nam haar automatisch in zijn armen en kuste haar liefdevol.
'Ik kon je niet missen.' fluisterde ze tegen zijn lippen.
Wolfs bracht zijn hoofd wat naar achteren zodat hij haar kon aankijken. Meteen zag hij in haar ogen dat ze hem iets wou vertellen. Iets wou vragen. Iets wat ze nauwelijks durfde te vragen.
'Wat wilde je me zonet vertellen, Eef? Wat zit er in je hoofd?'
Eva keek verlegen naar iets in de verte achter hem en drukte haar bovenlichaam opnieuw tegen dat van hem . Ze legde haar hoofd op zijn schouder en streelde door zijn haren.
'Eef?' maande hij haar aan om toch te spreken.
'We moeten terug, Floris. Naar Maastricht. Het is tijd.'
Hij had geweten dat ze vroeg of laat deze woorden zou uitspreken. Dat zij dat eerder zou doen dan hij. Toch waren het woorden die hem in eerste instantie deden huiveren. Het was net of ze zei hem dat ze terug moesten, terug naar het verleden. Naar hoe het vroeger tussen hen was. Het enige goede aan het verleden was dat Fleur toen nog leefde. Maar ook dat zou nu niet meer het geval zijn. Ze moesten terug naar het huis waar ze meer dan jaren om elkaar heen hadden gedraaid. Naar het huis waar ze beiden jarenlang elk apart op hun kamer naar elkaar hadden liggen smachten.
Alsof Eva wist hoe dit voor hem voelde, sprak ze haar gedachten uit:
'Het is hetzelfde huis en dezelfde stad, Floris, maar het wordt anders. Beter... toch?'
Wolfs keek haar opnieuw aan. Haar zachte blik deed hem meteen beter voelen.
'Ja, natuurlijk wordt het beter. Beter dan ooit tevoren.' fluisterde hij haar dan toch toe.
Eva glimlachte zacht en streek een pluk natte, grijze haren uit zijn gezicht.
'Ja' zei hij toen beslist. 'Ja, er is geen reden om te denken dat we teruggaan in de tijd. We gaan net vooruit. We gaan trouwen en we gaan van dat huis een thuis maken. En deze keer een echte thuis. We moeten terugkeren. Zodat onze toekomst kan beginnen. En deze keer samen... echt samen. Je hebt overschot van gelijk, lieverd. Het is tijd.'

'Marion?'
'Ja?'
'Nee, laat maar.'
Romeo schudde met zijn hoofd als teken dat het niets was. Maar de zucht die hierbij uit zijn mond kwam, verraadde aan zijn partner dat hij wel degelijk met iets zat.
Marion keek bezorgd naar haar partner. Ze stonden al een tijdje bij het koffieapparaat en Romeo leek maar niet te kunnen kiezen welk drankje hij nou wou nemen. Dat terwijl hij eigenlijk altijd koffie-verkeerd nam.
'Koffie-verkeerd' fluisterde Marion zacht, terwijl ze naar het knopje wees waar hij normaal in deze situatie altijd vliegensvlug op drukte.
'Oh ja... dank je!' kwam Romeo terug uit zijn gedachten en met een kleine aarzeling nam hij toch maar zijn vertrouwde warme drank.
'Wat scheelt er nou, man, je bent al een hele dag zo afwezig. Heb je slecht geslapen?'
'Ja, of nee...' twijfelde Romeo 'nou ja, ik heb gewoon wat onrustig geslapen.'
'Waarom? Als ik een keertje slecht slaap, schep je altijd op dat jou dat nooit overkomt. Waarom nu dan wel?'
Romeo keek haar verveeld aan. Hij vraagt zich af of hij het haar wel kan vertellen. Ten eerste zou het goed kunnen dat hij daarmee het vertrouwen van iemand anders schond en ten tweede wou hij haar ook niet ongerust maken. Maar langs de andere kant kon wat hij te vertellen had, ook wel gevolgen hebben voor zijn partner, dus misschien moest hij haar maar meteen vertellen waarvoor hij vreesde.
'Ik werd gisteravond gebeld...' zei hij dan toch maar.
Marion keek hem afwachtend aan, maar ergens zag hij ook meteen een punt van herkenning in haar ogen.
'Door wie?' vroeg ze zacht terwijl ze even schichtig rondkeek om zeker te zijn dat er geen andere collega's in de buurt waren. Het was net of ze het antwoord al wist.
'Door... Eva.' zuchtte hij toen.
'Jij ook? Mij heeft ze gisteren ook gebeld! Het was al laat. Bijna middernacht.'
Romeo's ogen werden groot want dat was precies wat hij ook had gedacht toen hij Eva's naam op zijn mobiel had zien verschijnen.
'Wat zei ze?' vroeg Marion nu vol spanning.
'Niet veel. Dat was nou net zo vreemd. Ze zei dat ze terugkwam naar Maastricht en dat ze mij wou zien. Ze wou me spreken. Ze klonk zenuwachtig. Ze smeekte me bijna om te komen. Ik vroeg haar waarom ze me wou zien, maar ze zei niets meer. Ze benadrukte alleen dat het heel belangrijk was. Dat was alles wat ze zei.'
Marion's ogen werden zo mogelijk nog groter en vol verbazing vroeg ze: 'Weet je wanneer ze terugkomt?'
Romeo schudde zijn hoofd, maar Marion had haar volgende vraag al klaar.
'Wanneer wil ze jou zien?'
'Volgende week dinsdag. Om tien uur 's morgens in de Ponti.'
Marion's blik gleed van zijn gezicht en nadenkend staarde ze in de verte. Uiteindelijk deelde ze haar gedachten met haar partner.
'Dat is inderdaad vreemd. Mij wil ze ook spreken. Ook in de Ponti, op net hetzelfde tijdstip.'
'Wat denk je? Is het helemaal mis gegaan met Wolfs?'
Marion schudde twijfelend haar hoofd. 'Ik weet het niet, Romeo, ik begrijp het niet. Ik heb haar niet zolang geleden nog aan de telefoon gehad en toen leek alles nog goed tussen die twee. Meer dan goed. Maar nu klonk ze zo zenuwachtig. Ook tegen mij. En ze zei dat ze terug kwam. Ze zei niet dat ze samen terugkwamen. Ze zei dat ze mij wou spreken. Ze zei het niet in de wij-vorm. Niet "Wolfs en ik willen jou spreken"... nee, ze zei "ik wil je spreken". Maar aan de andere kant vertelde ze mij ook niets over jou. Wat denk jij?'
'Ik kan maar één ding bedenken, Marion.'
Marion knikte, want ook zij kon maar één ding bedenken.
'Wat het in Frankrijk ook geworden is: ze kan niet meer met Wolfs samenwerken. Ze zoekt een nieuwe partner.'
Romeo voelde zijn wangen rood worden toen hij dit zei. Hij wou zichzelf absoluut niet opwerpen als de ideale vervanger van Wolfs.
'Ja. Ze wil jou vast als nieuwe partner voorstellen bij Mechels.' zei Marion vol weemoed.
'Moeten we Mechels dan nu al niet inlichten?' leek Romeo zich nu in een flits te realiseren.
'Nog niet Romeo. We kunnen beter eerst gaan luisteren wat Eva van ons wil. Waarom ze ook mij gevraagd heeft.'
'Omdat ze je partner wil inpikken, natuurlijk!' riep Romeo uit.
'Ssst... Romeo, wees niet zo luid!' maande Marion hem aan tot kalmte 'We gaan eerst naar Eva luisteren. Zien wat ze te vertellen heeft. En dan kan jij bekijken of je de overstap naar de recherche wil maken.'
'Dat kan ik toch niet?' riep Romeo licht in paniek uit.
'Wat niet? Je hebt toch je recherchestudies gedaan? Waarom zou je dat dan niet kunnen?' siste Marion hem streng, maar moederlijk toe.
'Nee, dat wel. Maar Wolfs vervangen. Dat kan ik niet.'
De paniek in zijn stem was nog steeds hoorbaar. Hij was vooral bang dat Eva hem binnen de paar dagen zo beu als wat zou zijn en hij dan enkel nog als haar schoothondje zou fungeren.
'Dat kan niemand, Romeo. Maar als iemand ook maar een schijn van kans maakt als rechercheur naast Eva, dan ben jij het. Dat moet je echt geloven. Want dat doet zij blijkbaar ook...'

'Ik heb gisteren de kans niet meer gekregen om het je nog te vragen, ' zei Wolfs glunderend, want hij dacht terug aan het onstuimige en heerlijk vervolg van hun nodige telefoongesprekjes 'maar hoe reageerde Marion en Romeo eigenlijk?'

Eva haalde wat onverschillig haar schouders op, nam nog snel een laatste broodje van het ontbijtbuffet en ging toen terug aan hun tafeltje zitten. Wolfs volgde haar en keek haar onderzoekend aan.
'Wel?' kon hij het niet laten om te vragen. De glinsteringen stonden in zijn ogen, want hij was wel ontzettend benieuwd.
'Wel wat?' reageerde zijn partner alsof ze niet begreep wat hij nou precies wou weten.
'Wel... wat zeiden Marion en Romeo?'
'Oh dat... niet veel.' zei Eva achteloos.
'Hoe? Niet veel? Hoe kan dat nou?'
Eva haalde nogmaals haar schouders op.
'Eva? Heb je het hen wel gevraagd?'
Schuldig keek ze op in zijn ogen. Ze wou net verlegen met haar hoofd schudden, maar haar partner had het antwoord al in haar ogen kunnen lezen. Nu was hij diegene die jammerlijk zijn hoofd schudde. Over de tafel reikte hij naar haar hand. Hun vingers vlochten in elkaar en hij gaf haar een zacht en bemoedigend kneepje.
'Eva? Waarom heb je het hen nou niet verteld?' glimlachte hij begripvol naar haar.
'Gewoon' reageerde ze kleintjes 'dat zeg je toch niet zomaar over de telefoon,wel soms?'
'Waarom niet? Twijfel je nog aan onze beslissing?' herhaalde hij eigenlijk zijn eerste vraag, alsof haar vorige argument er niet toe deed.
'Nee, helemaal niet! Maar ik wil niet meteen overladen worden met argumenten om het niet te doen. Ik wil dit, Wolfs. Ik sta hier helemaal achter. Echt. Maar ik wil niet dat Romeo of Marion zo geschrokken reageren dat ze mij dit plan alsnog uit mijn hoofd praten. Je kan niet zeggen dat er geen argumenten tegen zijn en ik wil gewoon kunnen genieten nu. Ik wil die duizend redenen waarom we het beter zouden laten zoals het was nu eventjes nog niet horen.'
'Alsof Marion of Romeo je zouden overhalen om het niet te doen?' trok Wolfs zijn wenkbrauwen twijfelachtig omhoog.
'Nee waarschijnlijk niet, Wolfs, dat weet ik ook wel, maar toch... zo voelde het toch fijner. OK?'
Wolfs knikte en fluisterde zacht 'OK. Maar ze komen toch wel dinsdag?'
Hij had de laatste woorden met zo'n vrees uitgesproken dat Eva er breed om moest grijnzen.
Ze knipoogde en zei: 'Wat denk je nou zelf, Floris? Die twee zijn hartstikke nieuwsgierig!'

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro