Met een bonzend hart

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

De volgende morgen lag mijn maag overhoop. Het beklemmende gevoel rond mijn keel maakte mijn slechte gevoel compleet. Ik liet me uit het bed glijden, maar bleef vervolgens op de grond zitten.

Had Draco vannacht zijn lusten op Patty Park uitgewerkt? Ging alles nu terug normaal worden? Hoezo normaal, verbeterde ik mezelf. Zelfs als hij bij zinnen kwam, was ik het nog niet. Ik moest aan mezelf toegeven dat niemand anders vlinders in mijn buik toverde door een botte opmerking te maken. De gedachte aan Draco met Park maakte me nu misselijk.

"Ah Joanne, je bent op!" Hermelien kwam vrolijk binnen. Ze deed de deur dicht, keerde zich weer naar mij en fronste dan haar voorhoofd: "Wat is er met jou?" Ik trok mijn schouders op.

"Ik ben niet helemaal lekker", mompelde ik terug. Haar borstelige wenkbrauwen schoten nu snel omhoog.

"Je kan toch wel naar de lessen straks? Morgen is het weekend, dan kan je uitzieken." Ik zuchtte. Wat typisch ook voor Hermelien om zo een opmerking te maken. "Hoe was je strafwerk? Je was wel erg laat terug!"

"Ik denk dat ik daar net ziek van ben!" antwoorde ik een beetje kortaf,  terwijl ik me aan haar uitgestoken hand optrok. Ze keek me even medelijdend aan en joeg me toen op zodat ik nog op tijd aan de ontbijttafel raakte.

Ik schoof tussen George en Ron in en zocht subtiel de Zwadderich tafel af. Malfidus was er niet en Park ook niet. Mijn hart zonk in mijn schoenen en toch was ik enigszins opgelucht. Nooit eerder was ik zo verward geweest door mijn eigen emoties en gevoelens.

Even later volgde ik zwijgend Fred, George en Leo de grote zaal uit op weg naar dreuzelkunde. De dag ging langzaam vooruit en mijn vrienden begonnen zich zorgen te maken.

"Zeg, Joanne. Misschien moet je toch maar even naar de hospitaalvleugel?" opperde Leo tijdens de les Gedaantewisseling.

"Och, ik kan het nog wel twee uurtjes aan. Ik ben gewoon moe", antwoordde ik flauw.

Ik wist dat Madame Pleister toch meteen zou doorhebben dat ik niet ziek was. Het enige jammere was dat het allerlaatste uur Geschiedenis van Toverkunst was. Dat betekende dat Draco Malfidus en Patty Park binnen mijn gezichtsveld zouden zijn. Zij waren nu misschien wel het nieuwste stelletje.

Ik slenterde langzaam door de gangen en overwoog heel even om toch naar Madame Pleister te gaan. Ik kwam als laatste aan, maar dat was professor Kist al gewoon. Hij wist dat ik veel verder moest lopen dan de anderen en ging er vast van uit dat mijn les gewoon iets langer had geduurd  vandaag.

Ik liep recht naar mijn plaats naast Hermelien en nam mijn spullen uit mijn tas. De hele tijd hield ik mijn ogen strak voor me uit gericht. Pas toen de hele klas volop aan het noteren was, gleden mijn ogen even naar de Zwadderich kant van het lokaal. Een sprankeltje hoop borrelde in me op toen ik zag dat Malfidus en Park elk op hun eigen plaats, en dus niet naast elkaar, zaten.

Ik richtte mijn ogen weer op mijn blad en merkte dat er niks zinnig op geschreven stond. Naast mij zat Hermelien vinnig te schrijven en ik besloot het voor deze les op te geven ik krabbelde wat op mijn blad en liet mijn ogen weer naar Malfidus glijden.

Misschien keek ik net te lang, want hij keek op. Snel wendde ik mijn blik naar mijn papier en ik vloekte zwijgend op mezelf. Alsof ik ze niet onder controle had schoten mijn ogen nog even terug. Een seconde lang keek ik recht in zijn prachtige ogen. Zijn linker mondhoek trok even omhoog en hij wendde zijn blik weer tot professor Kist.

Mijn lichaam voelde niet langer vertrouwd. Warmte kriebelde door al mijn ledematen door die ene krul in zijn lippen. Stop, dacht ik bij mezelf Maak jezelf niet zo gek! Toen de les iets later voorbij was keek Hermelien op mijn blad en fronste ze.
"Je bent écht ziek vandaag", stelde ze vast.

Ik trok mijn schouders op en tot mijn opluchting besloot Hermelien dat ze haar notities voor me zou kopiëren. Terwijl Zwadderich buiten stroomde zag ik hoe Park arrogant Malfidus voorbij liep. Had ze hem misschien afgewezen? Dat kon ik me moeilijk voorstellen. Voor iemand uit Zwadderich was Malfidus toch echt wel een topkerel.

Ik voegde me bij mijn vrienden in de gang op weg naar de grote zaal.
"Nog wat eten en dan kan je in je bed!" zei Hermelien belerend en ik liet haar maar. Ik had geen zin om te reageren.

"Och Hermelien, het is weekend, ze kan beter eerst..." De rest hoorde ik niet. Terwijl mijn vrienden kibbelden over wat ik best zou doen, had ik meer lopen rondkijken dan zij. Zo had ik, in tegenstelling tot hen, niet over de blonde jongen gekeken.

Malfidus stond half verscholen in de gang en keek me aan.
"He, jongens," hoorde ik mijn eigen stem, voor ik goed en wel besefte wat ik ging zeggen: "gaan jullie maar al, ik ga eerst rap nog naar toilet." Ik legde mijn hand op mijn buik en trok een gepijnig gezicht. Ik kreeg medelevende blikken en ze liepen niets vermoedend om de hoek.

Ik keek snel om me heen om zeker te zijn dat er niemand anders was. Dan liep ik op hem af.
"Wat...?" startte ik, maar hij onderbrak me.

"Ik kon het niet." Ik staarde hem even vragend aan. Hij nam mijn arm vast en trok me in een ongebruikt klaslokaal binnen. "Ik heb het geprobeerd," jammerde hij, eens binnen "maar ik kon het gewoon niet."

Weer staarde ik hem aan, dit kon toch niet? Hij had geen antwoord nodig, hij stapte op me af en kustte me, zo innig, zo gemeend. Ik was afgestapt van het idee dat dit onderdeel was van een flauwe grap. Toch duwde ik hem van me af.

"Malfidus.. uh..Draco...ik..", stammelde ik, maar hij legde zijn wijsvinger op mijn verbaasde lippen. "Stil", fluisterde hij. Ik sloot mijn ogen en voelde een vurig verlangen om mijn armen om hem heen te slaan. In plaats daarvan duwde ik hem, zachter dan eerst, weer weg.

"wat?" vroeg hij.

"Draco...Ik weet echt niet of dit wel een goed idee is."

"Ik heb Patty gekust gisteren", vertelde hij en ik kon mijn gezicht niet in plooi houden. "Toen ze er op in ging was me heel duidelijk dat ik haar niet wilde."

"Daarom is ze ..."

"Ja," onderbrak hij me al "maar dat is niet belangrijk. Ik wou haar niet. Ik wil alleen jou."  Hij nam mijn hand vast en keek me bijna smekend aan. Ik trok ze niet weg en keek hem vragend aan.

"Dus wat wil jij?" vroeg hij, terwijl hij nu mijn tweede hand vastnam.

"Hoezo?"

"Wil je me graag kussen?"

"Ik denk niet dat het kan."

"Geen antwoord op mijn vraag, Joanne. Denk nu even niet aan onze afdeling, ouders, vrienden of de rest van de wereld. Alleen aan jezelf en ik. Hier en nu, mag ik je kussen?" Zijn ogen tuurden zo teder in de mijne dat ik het gevoel in mijn benen bijna verloor. Ik liet me aan mijn handen zachtjes naar hem hem toe trekken.

"Ja", fluisterde ik stil.

"Waarom zou het dan niet juist zijn?" fluisterde hij even stil terug terwijl zijn handen nu naar mijn heupen gleden.

Hij boog zich voorover en ik boog mijn voorhoofd tegen zijn kin.
"Nee," fluisterde ik zwakjes "de rest van de wereld is er wel."

Zijn sterke armen sloten me in en trokken me dichter naar zich toe. Zijn kaak duwde mijn hoofd zachtjes tegen zijn borstkast en warmte overspoelde me. Ik wou nooit meer weer weg uit deze liefelijke omhelzing. Hij zei niks, ik zei niks. We moesten niks zeggen om elkaar te begrijpen...Liefde is ingewikkeld.

Even later trok ik me moeilijk uit zijn armen los.
"Mensen wachten op me." Hij knikte en keek me somber aan.

"Joanne", fluisterde hij. "Ik denk niet dat ik het zonder je red."

Ik snapte wat hij bedoelde. Nu we aan onszelf en elkaar hadden toegegeven dat we gevoelens voor elkaar hadden, die sterker waren dan de angst voor de rest van de wereld werd alles alleen moeilijker.

Ik drukte mijn lippen even tegen de zijne en fluisterde terug: "We vinden er wel wat op." Ik liep het lokaal uit  naar de grote zaal, waar ik zwijgend at. Vervolgens luisterde ik naar Hermelien en kroop ik in mijn bed.

Laat me weten wat jullie denken, geef een sterretje! Er volgt snel meer!

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro