Hoofdstuk 23

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

Elynne

Met mijn voet trap ik een steentje weg. Ik zie hoe het steentje een eind verderop terechtkomt. Kon ik mijn twijfels maar zo wegschoppen. Helemaal gek word ik ervan. Wat moet ik doen? Waarom reageert niemand zoals ik dat wil? Waarom is het hier anders? Het is zo oneerlijk! Alles wat ik dacht te weten over dit leven, lijkt in de afgrond te storten. Niemand kan ik meer inschatten. Ik snap er helemaal niks van.
En ja, ik heb het in hun ogen goed verknald en ik baal ervan. Mijn overtuiging was dat ze me vanzelf leuk zouden vinden als ik zo deed. Normaal is dat toch ook zo? Bij normale bendes is het wél zo!

Elke stap die ik zet op het grindweggetje, voelt mijn hoofd zwaarder. Koppijn. Al de hele tijd, maar ik liet niks merken. Never ever laat ik merken dat ik er last van heb. Dan zien ze me echt als een mietje, of slaan ze me in elkaar als ik slaap. Het laatste zie ik ze echt doen. Ik heb me echt zwaar in de nesten gewerkt, zonder dat ik het door had. Dom kind dat ik ben.

Mijn mobiel trilt in mijn broekzak. Ik haal hem eruit. Vanessa heeft me nog iets gestuurd.

Kun je de weg al vinden in dat oerwoud?

Ja, tuurlijk. Ik ben er over een paar minuten.

Ik heb met haar af gesproken om samen iets leuks te doen. Gewoon even weg van dat stelletje holbewoners.

Vanessa, ik kijk zo op tegen haar. Ze is echt een beetje mijn voorbeeld, ook al laat ik dat niet merken. Stiekem ben ik ook een beetje bang voor haar. Ze is gewoon zo cool, zo beheerst. Het lijkt alsof ze alles kan. Vanessa vormt een team met Lenny, de grootste slijmbal die ik ooit gezien heb. Ik heb echt een hekel aan hem, maar met zijn tweeën zijn ze echt perfect. Ik ben jaloers op ze. Hun leven is zoveel boeiender dan de mijne. Een stelletje onbegrijpelijke mietjes en een krot, dat is mijn nieuwe leven. Bah. Straks moet ik maar advies vragen aan Vanessa over mijn hopeloze situatie. Ze kan me vast helpen.

De glimmende bolide zie ik al van ver. Vanessa zit op de motorkap en maakt een praatje met iemand – waarschijnlijk Lenny- buiten mijn gezichtsveld. Het liefst storm ik op haar af, maar dat zou zo kinderachtig lijken! Ik wacht echt op de dag dat ze me niet meer als haar ‘kleine zusje’ gaat zien, maar als partner. Dan flikkert ze die drol van een Lenny misschien ook aan de kant. Zo jammer dat hij vandaag per se mee moet.

Vanessa vindt dat ze altijd met hem moet optrekken, dus daarom moet hij nu ook mee. ‘Hij betaalt ook voor ons’, had ze geappt. Dat moet dan maar.

‘Heeei, Lynn. Je bent er!’ Haar bruine haar draait om haar heen als ze naar me kijkt. Zo jaloers ben ik op haar haar. Dat van mij is zo futloos als de pest als ik er geen haarlak in doe. Lynn is haar bijnaam voor mij. Het liefst wil ik dat ze gewoon mijn hele naam uitspreekt. Lynn klinkt zo kinderachtig. Echt zo'n koosnaampje.

Ik zwaai naar haar en tover een brede glimlach tevoorschijn. Ze lacht terug met een rij witte tanden. Vanessa loopt naar me toe en geeft me een paar zoenen op mijn wangen. Haar bekende begroeting.

‘Kom in de auto. Lenny heeft een hele mooie film uitgezocht’, lacht ze. Ik walg al bij het horen van zijn naam. Lenny zit op de bestuurdersstoel. Zijn vingers trommelen op het stuur. Hij schenkt me een glimlach en geeft me een knipoog. Ik keur hem geen blik waardig en ga op de achterbank zitten. No way dat ik naast Lenny ga zitten. Ik vind hem echt een pedo-figuur. Alleen Vanessa lijkt zijn aanwezigheid te waarderen.

Vanessa gaat naast me zitten, wat een verontwaardigde blik van Lenny oplevert. ‘Waarom ga je naast haar zitten?! Kom naast mij zitten’, klaagt hij tegen haar. Ze steekt haar tong uit. ‘Taxi ons maar even naar de bioscoop, wil je?’ Ze geeft geen gehoor aan zijn bevel. Lenny kijkt me met een vernietigende blik aan en trekt zijn pet net wat te hard opzij. Het ding valt van zijn hoofd af. Vanessa en ik lachen allebei. ‘Sukkel!’ giert ze. Met een blos op zijn wangen graait hij het ding van de grond. De pet belandt op de lege bijrijdersstoel.

‘Lenny vindt flirten soms nog wat moeilijk, hoor’, zegt Vanessa.
De motor wordt gestart en binnen no-time rijden we over de snelweg met een snelheid van 140 kilometer per uur. 20 kilometer boven het maximum. Kijk, zó moet je rijden, zeg ik in gedachten tegen Mike. Wat ben ik blij dat ik van dat zootje ongeregeld weg ben.

Lenny trapt flink op het gas en draait de volumeknop van de radio omhoog. Een zomerhit knalt door de boksen. Als we het dal in rijden, steekt Vanessa haar handen omhoog. Zoals je dat doet als je in een achtbaan zit. Ze giert van plezier. Hoe ze altijd zo zorgeloos kan zijn, weet ik niet. Ik ben jaloers op haar. Moet ik meejuichen? Nee, dat is veel te kleuterachtig. Alhoewel, Vanessa doet het ook. Ik steek mijn handen in de lucht en speel het spelletje mee.

Na een tijdje dringt een nare geur mijn neus binnen. Er kringelt rook door de auto. Domme Lenny heeft een peukje opgestoken. Ook hoor ik hoe hij ritselt met een papiertje. Hij vloekt zachtjes. Let hij wel op? Ik wil niet een ongeluk krijgen door hem.

‘Gaat ie lekker met je coke?’ schreeuwt Vanessa boven de muziek uit. Dus dat is hij aan het doen. Drugs. Het valt me ineens op dat niemand van mijn zielige huisgenoten drugs op zak heeft. Ik heb alleen bier en een sigaret gezien. Van Vanessa mag ik straks vast wel wat spul van haar.

De auto slingert wat over de snelweg. Lenny is geconcentreerd op zijn drugs. ‘Lenny, doe normaal. Nu!’ schreeuw ik kwaad. ‘Laat me gewoon’, zegt hij beledigd. ‘Het is oké. Hij rijdt niet tegen een boom’, reageert Vanessa lacherig. Ze steekt een sigaret op en blaast de rook in mijn gezicht.

Met mijn hand wapper ik het weg. ‘Mag ik ook een?’ vraag ik. ‘Tuurlijk!’ zegt ze enthousiast. Ze drukt er eentje in mijn handen en houdt er een aansteker onder. Haar aansteker is zelfs mooi. Het heeft een roosjes patroon. Eromheen heeft Vanessa dun prikkeldraad gerold. Net een kunstwerkje.

‘Wat kijk je?’ grinnikt ze. Ik moet niet zo staren! Straks vindt ze me raar. ‘Je aansteker vind ik mooi’, stamel ik. Ze lacht me uit. Of toe. Ik hoop het laatste. Haar schaterlach klinkt me niet echt als muziek in de oren. Ze geeft me een klopje op mijn schouder. Snel stop ik de sigaret in mijn mond en concentreer me daarop.
De hele auto ruikt naar rook en het is bijna verstikkend, maar zo hoort mijn leven te zijn. Snelle auto's, drugs, een sigaret, een zorgeloze BFF die alles leuk vindt, vrij zijn en een grote wereldreis maken. Onze auto lijkt de enige auto te zijn op de snelweg. Niemand lijkt ons op te willen merken. Lenny rijdt ook best oké voor iemand die intussen drugs aan het snuiven is. Goed genoeg om geen ongeluk te begaan. Hier maakt het niemand wat uit of ze gezien of gepakt worden. Ze scheuren toch wel weg. Dat wil ik. Een vrij, bruisend leven. Mijn ‘groepje’ is al bang als er een vreemd geluid is om vijf uur ‘s ochtends. Grinnikend denk ik terug aan vanochtend. Craig was echt geschrokken van mij. Het is bijna zielig hoe graag ze niet ontdekt willen worden.

Nou mijn toetsweek is voorbij! Hier is een nieuw vers hoofdstuk! Mijn computer vond het ineens leuk om Wattpad niet te laten toen ik net klaar was :') dus nu via mijn mobiel xD

De collage van Amila staat nog steeds niet in het vorige hoofdstuk... Deze keer is Elynne aan de beurt :) Als ik het niet vergeet.

Ik heb ook een vraag aan jullie: weten jullie zo nog liedjes die je bij mijn verhaal vindt passen? Ik zoek inspiratie songs xp Weet je er eentje, zet het in de comments (weet ik ook meteen of het goed gaat met publiceren van mijn hoofdstuk) X3 mijn voorkeur is soft-rock.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro