30. Vertrouwen

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

Dit is een suf, onzinnig, achterlijk plan. Voor iedereen die zich prettig voelt bij een overdosis ongemakkelijkheid is het briljant en voor de normale mensen onder ons is het dus pure ellende. Suf, onzinnig, achterlijk.

Dat is wat ik de afgelopen uren bleef herhalen. Het idee dat ik straks ergens heen ga zonder de details te weten geeft me nare kriebels in mijn buik. Wat zal er precies gebeuren? Wat is in Kenzo's ogen een "soort privé feestje in een zwembadcomplex"? Lekker baantjes zwemmen en van de glijbaan afgaan? Vast niet... Moet ik uitgaan van een kater de volgende dag? En sinds wanneer kan je zo'n plek überhaupt huren? Teveel vragen, geen enkel antwoord. Hij sleurt me mee in zijn normale leven waar alles voor mij onbekend is.

Drie paar bikini's liggen verspreid op mijn bed. Een zwarte met een veilige kliksluiting, een donkerblauwe die het meeste bedekt en een bordeauxrode met touwtjes. Welke ik ook kies: het idee dat bepaalde mensen mij zo te zien gaan krijgen geeft me ongezonde zenuwen. Ik word er kwetsbaar van. En natuurlijk gaat het niet om bepaalde mensen. Zo onzeker ben ik nou ook weer niet om mijn uiterlijk. Nee, het draait uiteraard om slechts één iemand.

Ik ga voor de zwarte bikini. Eroverheen trek ik mijn korte spijkerbroek en een wijd T-shirt aan. Tegen mijn ouders moest ik vertellen dat ik een meidenavond heb met Nadia en Yara. Het was rot. Ik kan helemaal niet goed liegen. Ik schaam me teveel als ik de waarheid niet uitspreek en daardoor kwam de smoes er niet geheel overtuigend uit. Lief dat mijn ouders zijn geloofden ze me alsnog. Een keuze had ik niet echt. Ik mocht per se niets zeggen over vanavond. Tegen niemand, claimde hij.

'Shit,' mompel ik. Mijn mobiel geeft aan pas voor twintig procent opgeladen te zijn. Is dat voldoende voor een avond? Waarschijnlijk niet. Pech gehad, ik moet het er maar mee doen. Aangekleed, met mijn lievelingsgeur parfum op en mijn rugtas waar alle nodige spullen inzitten vertrek ik. De nerveusheid is inmiddels gegroeid tot een heersende bom binnenin. Het liefste schreeuw ik hardop dat ik me niet zo aan moet stellen. Kom op! Ik ga zwemmen met een jongen, niet de Mount Everest beklimmen! Lachen moet ik wel van mijn domme gedachtes, maar de spanning blijft. Dankzij de adrenaline in mijn lichaam weten mijn benen stevige stappen te maken.

Om drie minuten over zeven ben ik aan het einde van de straat waar een zwarte auto klaarstaat. Persoonlijk had ik het leuker gevonden om in de middag al te gaan, maar Kenzo verklaarde dat zoiets privés als dit alleen in de avond kan. Denkend aan deze aparte opmerking adem ik de frisse lucht in en trek dan de rechterachterdeur open. Kenzo's broer zit achter het stuur met een zonnebril op. Aan de luide hiphopmuziek te horen heeft hij zijn Spotify aangesloten. De buren zullen wel denken dat ik in een BMW van een pooier stap..

Gelukkig voelt Kenzo aan dat ik me er niet op mijn gemak bij voel en bromt dat het zachter moet. Het volume raakt nu meer op de achtergrond. Ik klik mijn gordel vast terwijl er flink gas wordt gegeven. Naast de doodenge snelheid die hier is bereikt heb ik niks anders om me op te concentreren. Ik weet absoluut niet wat het beste is om te zeggen. Hoe langer ik hem ken hoe ingewikkelder hij wordt. Ik heb hem lief meegemaakt, meelevend, beschermend, agressief, gemeen en koel. Wat kan ik wanneer verwachten?

Zenuwachtig schraap ik mijn keel. 'Dus... Kiara en jij geven een feestje.'

Meteen heb ik spijt. Wat een domme uitspraak. Hij reageert door afstandelijk te knikken.

'Hoe hebben jullie dat geregeld? Kan je het gewoon huren voor een paar uur?' vraag ik door.

Thomas grinnikt. Was dat grappig? Mijn ogen gaan van hem naar Kenzo. Hij laat een diepe zucht horen. De sfeer daalt van ongemakkelijk naar vervelend. Ik kom over als een dom persoon die als enige geen idee heeft wat er precies aan de hand is.

'We hebben niks gehuurd. We hebben een sleutel.'

Met een frons staar ik hem aan. 'Een sleutel?'

'Ja. Een sleutel.'

'... Die heb je gekregen?'

Gelach vult de ruimte. Kenzo scheldt zijn broer ervoor uit maar ook bij hem krullen zijn mondhoeken op. Zijn blik straalt plezier uit. Blijkbaar ben ik zo naïef dat het grappig is. Naar hem kijkend valt het me op dat hij veel kracht uitstraalt, zelfs als hij zo ontspannen is. Die eigenschap maakt hem sterk. Stiekem ben ik er jaloers op.

'Schatje, wat denk je zelf? Toen ik zei dat het een privé feest is en je er met niemand over mocht praten begreep je niet dat het illegaal is?'

Stomme fout. Ik heb geen goed antwoord. Helemaal geschokt ben ik namelijk niet: het woord illegaal staat waarschijnlijk vaker in zijn agenda dan het huiswerk. Verstopt achter mijn losse haren die deels voor mijn gezicht zijn gevallen ontwijk ik zijn ogen. Eigenlijk zou ik terug naar huis willen. Hier heb ik niet om gevraagd! Hij ziet dat ik overstuur ben. Kalm verschuift hij zich. Zijn arm slaat hij om me heen. De aanraking slaat neer als een warme gloed.

'Hé niet van streek zijn. Ik had helderder moeten zijn, sorry. Maar je hoeft nergens bang voor te zijn Elena. Echt waar, er gaat niks ergs gebeuren. Kiara's neef werkt er als badmeester: hij heeft ons de sleutel gegeven. Het was vandaag zijn taak het gebouw af te sluiten en met een code het alarm in te schakelen. Hij stelt het dus uit. Hij zal er zelf ook bij zijn vanavond. Iedereen denkt dat het gesloten is zoals het hoort. Het is veilig! We gaan gewoon een beetje lol maken. Meer niet. We laten alles netjes achter en we sluiten alles goed af voor morgen.'

Het is een vreselijke tweestrijd. Een heel zwembadcomplex voor onszelf hebben en met hem zwemmen is ontzettend verleidelijk. Aan de andere kant blijft het hartstikke illegaal. Dit is geen situatie waarbij tieners een beetje over hun grenzen heen gaan. Dit is inbraak. Hoeveel we in de problemen kunnen komen..

'We worden niet betrapt, dat beloof ik je. En zelfs als dat gebeurt zorg ik ervoor dat niemand je naam noemt. Dan was je er niet bij. Geloof me.'

Ik aarzel. Hij buigt zich nog dichterbij dan hij al was. 'Kom op liefje, heb een beetje vertrouwen in me.'

Mijn poging weerstand te bieden is zinloos. Ik zou hem mij niet zo makkelijk moeten laten beïnvloeden. Ik zou harder moeten zijn. Het lukt niet. Hij is veel te sterk. Fysiek en mentaal. Daar kwam ik voor het eerst mee in aanraking op een heftige, best wel negatieve manier. Sinds kort is dat anders. Ik heb ontdekt dat hij beter is dan hij men laat geloven. Er zit echt wel een goede jongen in hem. Als je wilt dat hij dat toont kost het je veel moeite en geduld, maar het is er wel. Ik wil het zo graag geloven dat het gevaarlijk wordt. De gedachte dat ik me veilig voel met zijn arm om me heen geslagen maakt me angstig.

'Oke, ik vertrouw je,' fluister ik. Vurig hoop ik dat ik daar geen spijt van zal krijgen.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro