Hoofdstuk 6

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

Alannah had Sil weer teruggevonden, enkele uren nadat haar tante brand had gesticht bij het vorige dorp. Ze had naast Maandanser ook een ander paard mee, en dat bleek handig toen diezelfde nacht Zonnebries kreupel raakte.

Alweer bleef er van slaapritmes niets over, aangezien ze in slaap vielen toen de zon boven de horizon uitkwam en aan het eind van de middag weer wakker werden. Ze reden nog een deel van de nacht door, maar sliepen wel weer voor de zon opkwam. Zo kwam het dat ze aan het begin van de middag een volgend dorp bereikten.

'Laten we het dorp samen gaan verkennen' stelde Sil voor. Alannah twijfelde nog steeds of dat wel zo'n goed idee was. Want hoewel Sil al zeven jaar zorgde dat Alannah veilig was en haar tante wist wat goed voor Alannah was, begon ze toch een beetje te twijfelen na de gebeurtenissen van de afgelopen dagen.

'Denk je dat ik dat kan?' vroeg Alannah voorzichtig. Eigenlijk was Sils uitnodiging om samen het dorp te verkennen al antwoord geweest op Alannahs vraag, maar het meisje wilde zekerheid hebben. Naar haar idee kon Sil veel beter zelf het dorp verkennen.

'Ja, ik weet vrij zeker dat jij dat kan' antwoordde Sil. 'Die mannen uit het vorige dorp zagen je toch ook niet totdat ze mij hoorde?' vroeg Sil. Daar moest Alannah knikkend op antwoorden, de mannen hadden inderdaad geen idee dat ze daar stonden, terwijl ze best zichtbaar waren op hun paarden achter enkele struiken.

'Prima, dan ga ik mee' zei Alannah. Ergens verwachtte ze dat Sil haar wilde dwingen iemand te vermoorden in het dorp, maar toen besefte ze zich dat dat waarschijnlijk precies was wat haar tante in haar eigen training had moeten doen. Die training, de Woeste Wereld zoals ze het ook wel noemde, was precies datgene waar Sil Alannah sinds de vijfde verjaardag van het meisje voor probeerde te beschermen.

Dus spoorde Alannah vol vertrouwen haar paard aan om achter Sil aan naar het dorp te rijden. Ze verwachtte geen stiekeme trucjes van Silvine, want die wilde Alannah eigenlijk alleen maar beschermen tegen De Woeste Wereld. De woede die Alannah jegens Sil gekoesterd had, was verdwenen in de reis richting dit dorp. Sil had met haar getraind en Alannah was snel beter geworden.

Iets voor het dorp stegen ze af van hun paarden, die ze daar aan een boom bonden. Te voet liepen ze verder, om daar een zijstraat of steeg te pakken die hen het dorp in zou voeren. Alannah keek net als Sil om zich heen, maar ze had nog geen gekke dingen gezien. Sil had die misschien wel, ervaren als de sluipmoordenaarster was.

'Is er iets geks hier, Sil?' vroeg Alannah fluisterend aan haar tante. Die bleef nog even stil, terwijl ze haar hoofd schuin hield om te kunnen luisteren. Alannah keek haar vol bewondering aan, maar waar het leek dat Sil iets kon horen, hoorde Alannah alleen de wind die tussen de bomen door blies en de vogels die in diezelfde bomen liedjes aan het fluiten waren.

'Niet iets heel geks, er zijn verderop alleen mensen aan het praten. Ik moet iets dichterbij komen om ze goed te kunnen verstaan, maar als ik het zo hoor zijn dit geen gewone dorpsbewoners' fluisterde Sil terug.

'Ik? Ga alleen jij verder?' vroeg Alannah, lichtelijk teleurgesteld. Zij had de stemmen niet eens opgepikt, maar ze voelde het kleine avontuur dat achter het wel horen ervan lag.

'Als je heel stil bent mag je ook wel mee' fluisterde Sil terwijl ze nonchalant haar schouders ophaalde. Alsof het heel logisch was dat Alannah ook mee ging. Maar Alannah besteedde er geen aandacht aan. Ze was al lang blij dat ze de mysterieuze stemmen ook mocht horen.

Langzaam en stil sloop het meisje achter Sil aan door de steeg, richting de plek waar Sil de stemmen vandaan had horen komen. Ondertussen spitste Alannah haar oren, in de hoop dat ze ook de stemmen te horen kreeg. Na een paar meter lopen werd dat doel al bereikt. Ze kon nog niet horen wat de stemmen zeiden, maar ze hoorde wel een geluid dat niet thuishoorde tussen het geritsel van de blaadjes en de fluitende vogels.

Sil sloop nog een stukje verder en met veel moeite kon Alannah nu ook horen wat ze zeiden. Sil ging laag tegen de muur aan zitten en Alannah volgde haar voorbeeld. Al uit de eerste zinnen die Alannah opving maakte ze uit dat deze mannen inderdaad geen dorpsbewoners waren, ze waren wachters van de baron.

'Ik vraag me echt af waarom wij nu weer in dit boerengat zijn gestationeerd' zuchtte een van de wachters. 'Zo ver van onze vrouwen en kinderen, en het is niet eens echt nuttig. Een machtige magiër zoekt echt wel een mooiere plaats uit als deze' ging hij door.

'Ik weet ook niet hoe lang de baron hier nog mee door wil gaan. Hij is nu al bijna een week aan het zoeken en elke keer loopt hij de magiër mis' meldde de ander. De twee wachten zwegen weer even, waardoor Sil en Alannah even tijd hadden om over deze woorden na te denken.

'Het is wel duidelijk dat hij flink heeft huisgehouden, die magier' zei de eerste spreker weer. 'In al die berichten over vermoorde magiërs en verbrande dorpen' voegde hij daaraan toe. Alannah besefte ineens dat er een mannelijke magiër op de vlucht moest zijn, en dat de baron dacht dat de daden die zij en Sil verricht hadden zijn daden waren.

'Hoe weet je dat het een hij is?' vroeg de tweede spreker aan zijn kameraad. 'Het kan net zo goed een vrouw zijn, daar zijn de rapporten het niet over eens' voegde hij toe. 'Ik denk dat het een vrouw is, ze zeggen dat de vrouwelijke magiërs het sterkste zijn, wist je?' sloot hij af na een korte pauze.

Het duurde even totdat het tot Alannah doordrong dat de mannen het over haar hadden. Ze wisten niet zeker of het een man of een vrouw was, en voor zover Alannah wist was zij de enige magiër die op de vlucht was in dit gebied.

'Maar het zal niet lang meer duren' zei de eerste spreker weer. 'De baron heeft nu in elk dorp in de wijde omgeving wachters en hij rijdt zelf ook tussen die dorpen heen en weer. Alle informatie gebruikt hij. Die magiër heeft geen kans, voor hij het weet hebben we hem of zijn familie' voegde hij toe.

'Zij' viel de tweede spreker zijn kameraad bij. 'Ik weet bijna zeker dat het een zij is' voegde hij daar als uitleg aan toe. 'Maar ik denk dat de baron eerst haar familie te pakken krijgt, Het laatste rapport meldt dat ze de magiër gespot hebben in het dorp dat ze helemaal hebben platgebrand, er zouden overlevenden zijn die nu getuigen bij de baron' voegde hij eraan toe.

Dit was het moment dat Sil opstond en weer terugliep. Alannah wilde eigenlijk nog even blijven luisteren, maar besloot dat het stukken verstandiger was om achter Sil aan te gaan. Terwijl ze achter haar tante aan terug naar de paarden sloop, liet het meisje het verhaal van de wachters tot zich doordringen.

Dat deed haar tot een nare realisatie komen. Ze waren naar haar en Pluisje op zoek en zouden haar heel erg snel vinden. Maar misschien nog wel erger, ze zouden waarschijnlijk Floralie als eerste vinden. Alannah had geen idee wat de baron dan met haar moeder zou doen, maar dat het niets goeds was kon ze wel bedenken.

'We moeten zo snel mogelijk doorrijden, amper rust nemen en proberen de mannen van de baron te ontwijken' was het eerste wat Sil zei toen ze bij de paarden aankwamen en dus buiten gehoorsafstand van de mannen waren.

'Nee' antwoordde Alannah. 'We moeten terug naar de boerderij, we moeten naar mama toe' zei ze vastbesloten. Sil schudde nadenkend haar hoofd, kijkend of ze de plannen met elkaar kon samenvoegen, maar Alannah zag dat ze liever niet haar plan nam.

'Dat kunnen we niet, jij bent het belangrijkst, we moeten jou veilig krijgen' zei Sil. 'Ze gaan naar Flora toe, als wij ook naar haar gaan zijn we er sowieso geweest' voegde ze daaraan toe.

'Dat is het juist' zei Alannah. 'De baron gaat naar haar toe en ik denk niet dat hij dan gezellig een kop thee gaat drinken met mama. We moeten haar beschermen of in ieder geval waarschuwen' voegde ze eraan toe. Alannah keek Sil smekend aan, met tranen die achter haar ogen opwelde.

'We kunnen het niet riskeren' zei Silvine vastbesloten.

'Maar het is mijn moeder!' riep Alannah uit en ze liet de tranen ongestoord over haar wangen lopen.

'En het is mijn zus. We gaan hier zo snel mogelijk weg' zei Sil op een toon waarmee het gesprek afgelopen was. Maar Alannah gaf niet zomaar op. Die eerste zin had aangegeven dat Sil het ook lastig vond om haar eigen plan te volgen, maar dat maakte haar ook makkelijk beinvloedbaar voor Alannahs eigen plan.

'Nee' zei Alannah koppig en standvastig. Sil was alweer op de rug van Maandanser geklommen en keek verbaasd naar beneden, naar Alannah. 'We gaan naar de boerderij om mama te waarschuwen' voegde ze toe.

'Sinds wanneer beslis jij dat?' vroeg Sil op een verbaasde toon.

'Sinds ongeveer nu' wierp Alannah koppig terug. Haar armen over elkaar gekruist en haar voeten stevig in de grond.

'En wie heeft jou daar dan toestemming voor gegeven?' vroeg Sil. Maar ook daar had Alannah op terug.

'Ik, zojuist' antwoordde ze. Haar stem klonk bijna uitdagend, maar daar had Sil dan weer niet van terug. Ze had door dat Alannah aan de winnende hand was in hun woordenstrijd. Even wilde ze het gaan uitvechten met wapens, maar die gedachte verwierp ze snel.

'Goed, we doen kop of munt' zei Sil terwijl ze een munt uit haar tas pakte. Alannah deed haar mond al open om te roepen welke kant ze wilde zijn, maar Sil was haar voor. 'Ik ben kop' zei ze. Gelukkig ging Alannah daar niet tegenin. Ze aanvaarde dat ze munt was.

Sil gooide de munt met haar duim op en volgde hem met haar ogen door de lucht, voordat ze hem opving op de achterkant van haar linkerhand, met de rechter eroverheen gevouwen. Alannah keek nieuwsgierig en opgewonden van Sil hand naar haar tante terwijl ze wachtte op het moment dat Sil haar hand van de munt af zou halen.

'Munt' zei Alannah toen Sil dat deed en ze glimlachte breed. Silvine glimlachte ook naar het meisje terwijl ze de munt weer wegstoppen in een tas.

'Jij hebt eerlijk gewonnen, we gaan jouw plan doen' zei Sil met een kleine glimlach. Het meisje keek haar met een stralende glimlach aan. Ze was haar kleine overwinning op haar tante aan het vieren, en ze had niet eens de kant van de munt mogen kiezen. Maar wat het meisje niet wist, was dat Sil geen gewone munt uit haar tas had gepakt. Deze was gemanipuleerd waardoor hij altijd op munt viel.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro