27. Fuck it

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

In een zelfverzekerde houding ben ik het schoolplein over gelopen. De gevolgen hiervan komen niet in me op. Het is een besluit waar geen seconde over is nagedacht. Alsof er vanbinnen een knop om is gezet en mijn lichaam vanzelf een beslissing heeft genomen. Ik heb alles achtergelaten. Letterlijk en figuurlijk. Zo heb ik me niet alleen losgemaakt van de school en de vriendengroep voor slechts deze dag, maar voor altijd. Met andere woorden: ik zal nooit meer terug komen. Er is nou eenmaal geen reden om terug te rennen naar het verleden. Het normale leventje met hierin alles wat de oude ik dagelijks om haar heen verzamelde voor geluk, blijdschap en een veilig gevoel. Het doet er allemaal niet meer toe. Het past niet meer bij me. Het is tijd voor verandering.

De allereerste stap is mijn uiterlijk. De manier waarop de oude ik zichzelf heeft laten zien tegenover de wereld is werkelijk om voor te schamen. Het is zo erg dat ik haar nauwelijks als mezelf kan zien. Er is geen verband en er zijn geen kenmerken die haar aan mij linken. In mijn ogen is ze een 17-jarig meisje uit het verleden die zo snel als maar kan moet worden getransformeerd tot een jonge vrouw. Een jonge vrouw met smaak. Want hoe zij zich aan de buitenwereld heeft blootgelegd: kan echt niet.

Het eerste wat ik tot op het bot verafschuw zijn haar bruine krullen die altijd netjes in een hoge staart of knot zitten. En als het dan toch los hangt is het eerst van top tot teen goed door gekampt. Er zit geen volume in. Het is netjes. Netjes, braaf en onschuldig. Vervolgens is er op haar gezicht geen teken van make-up te ontdekken. Hooguit een beetje mascara. Naar mijn mening super zonde. En het zou met een heleboel moeite nog wel te verdragen zijn, als de kledingstijl niet zo absurd is. Zo vreselijk truttig. Al die kreukloze bloesjes en lange shirts. Ik bedoel, het is toch niet dat haar vader van de kerk is? Het is toch niet dat hij haar heeft bevolen lange kleding te dragen om haar kont te bedekken voor het andere geslacht?

Gelukkig ga ik het vanaf nu totaal anders aanpakken. De leegte rondom mijn hart is inmiddels opgevuld. De plek waar vroeger emoties de baas waren is overgenomen door iets sterks. Iets met veel kracht. Ik zou bijna denken dat het een stukje schaduw is. Een klein sprankje duisternis die machtig genoeg is om mezelf overeind te houden. Een klein sprankje duisternis dat van binnenuit mijn nieuwe persoonlijkheid uitstraalt in de vorm van een heleboel zelfvertrouwen en nieuwe energie. Van het zwakke meisje is niks meer overgebleven. Het trieste meisje met al haar kinderachtig gepieker en overdreven emoties is weg. Als het aan mij ligt voorgoed.

Nadat ik kalmpjes van school weg ben gelopen, met het idee Charissa op te zoeken, heb ik vlug nog een tussenstop gemaakt. Thuis hoefde ik niet te sluipen of muisstil te zijn, er was tenslotte niemand aanwezig. Geen vader om zijn dochter te beschermen met zijn strenge regels, geen moeder die als een beschermingsengel over haar kinderen waakt en geen zusje om mee te lachen of te huilen. Er is niemand. Helemaal niemand.

Tijdens het lopen kijk ik onbewust naar Serena's slaapkamer. Zou mijn dochter thuis zijn? Al snel wordt de vraag verbannen. Natuurlijk niet. Mijn moeder zou haar nooit hier alleen laten. Ze is vast weer naar de buren gebracht. Als vanzelf verschijnt er een spottende glimlach op mijn lippen. Nog even en Serena weet niet meer wie haar moeder is. Ach. Het is beter zo. Ik ben niet geschikt voor het hele moeder zijn gebeuren. Bovendien: ik ben een tiener. Waarom zou ik me als een moeder moeten gedragen als die van mij me nog steeds beveelt mijn kamer op te ruimen en huiswerk te maken...

Hoopgevend op iets redelijks om aan te trekken heb ik de hele inhoud van de kledingkast overhoop gegooid. De vloer heeft her en der stapels gekregen met truttige truitjes, nette bloesjes en veel te oude broeken. Ergens ver achter in de kast heb ik een strakke donkerblauwe spijkerbroek gevonden. Nog niet helemaal waar ik naar zoek, maar het kan ermee door. Bovenop draag ik een zwart T-shirt met een riskante V-hals, dat gemaakt is van een zachte glanzende stof. De zwarte laarzen maken de outfit helemaal af. Tot slot werp ik nog een vlugge blik in de spiegel. Zo te zien zit de rode lippenstift nog prima. Ook mijn haren zitten nog perfect in model. Los en wild. Ik knik tevreden. Tijd om te gaan.

Vanaf het eind van de lange, brede straat is het ziekenhuis al prima te zien. Het gebouw met zijn lange en hoge witte muren springt er tussen de grijzige huizen overduidelijk uit. Vroeger was het niets meer en niets minder dan een onbelangrijk gebouw waarvan ik al jaren wist waar het zich bevond, maar waar ik nooit op gelet heb. Nu is het een onmisbare locatie geworden. Een herkenbaar beeld dat zichzelf onderdeel van de alledaagse routine heeft gemaakt. Een plek die het leven van mijn zusje bepaalt.

Na het lezen van mijn moeders bericht ben ik op de automatische piloot hierheen gegaan. Stap voor stap heb ik mezelf hierheen gebracht, zonder daarbij bepaalde gevoelens of gedachtes te hebben. Nu de ingang wel heel dichtbij komt, begin ik me af te vragen waarom ik nog de moeite doe om Charissa te zien. De automatische piloot wordt overgenomen door mijn eigen gedachtes en ik begin te beseffen dat het totaal geen nut heeft om haar op te zoeken. Wat levert het op? Niets. Helemaal niets. In ieder geval niet voor mij. Er zijn slechts 2 mogelijke situaties en beide geven aan dat ik niet nodig ben.

De eerste mogelijkheid is dat de mensen die zichzelf dokters noemen het opnieuw verkloten waardoor mijn zusje simpelweg dood gaat. Ze zal sterven aan verwondingen in haar hoofd. Moet ik daar dan bij zijn? Voor wat? Om zonder gevoelens toe te kijken hoe het lichaam van Charissa weg wordt gebracht terwijl de wereld van mijn ouders instort? Ik dacht het niet.

De tweede optie is dat de operatie wonder boven wonder wel slaagt. Iets wat in mijn geval nog steeds zinloos is. Als Charissa het wel redt is het vanzelfsprekend dat ik de grote en bezorgde zus moet gaan spelen. Ik zie mezelf al zitten. Een beetje haar hand vasthouden en leugens opdreunen om haar gerust te stellen. De gedachte alleen al. Ik grinnik. Nee. Ik moet wel echt een grote idioot zijn als ik nog een stap verder naar voren zet. Het ziekenhuis is de reden dat ik van school weg ben gegaan maar dat betekent niet dat ik ook daadwerkelijk erheen hoef te gaan. Er is niemand die mijn aanwezigheid op prijs zal stellen en bovendien heb ik er zelf geen baat bij.

Mijn lichaam heeft zich al zo opgesteld dat ik me gemakkelijk om kan draaien, tot een stem me tegenhoudt. Van afstand klinkt luid geroep. Er is een vermenging van bezorgdheid en paniek in te horen.

'Sophie!'

Als ik kijk waar het geroep vandaan komt zie ik Emily. Volledig tegen mijn verwachting in kijk ik hoe ze in snelle stappen op me afrent. Op zoek naar troost slaat ze haar armen om me heen. Verbaasd trek ik mijn wenkbrauwen op. Ik hoor hoe buitenadem ze is. Haar blonde haren zitten verwilderd. Ze heeft me zo stevig vast dat ik haar snelle hartslag voel. Het is te vergelijken met haastig tromgeroffel. Het doet me een beetje denken aan mezelf toen ik nog bescherming zocht in Mike's armen. Al heeft die herinnering geen waarde meer.

Zonder iets te zeggen laat ik het gebeuren. Wanneer ze merkt dat ik niet van plan ben haar terug te omhelzen laat ze me voorzichtig los. Geschrokken en nog altijd overstuur staart ze me aan. Terwijl ze haar armen terugtrekt valt mijn blik onbewust op haar pols. Voor even gaat mijn aandacht naar haar armbandje die ze trots aan de wereld laat zien. Het is een teken waarmee ze duidelijk maakt hoeveel haar vriendje voor haar betekent. Het geeft aan dat zij en ik van buitenaf totaal verschillend zijn, maar vanbinnen lijken we meer op elkaar dan een van ons ooit heeft beseft. Net als de oude ik hecht ze herinneringen waarin ze gelukkig is aan voorwerpen. Net als ik heeft ze liefde gekoppeld aan een sieraad. Haar armband.

Haar stem breekt de gedachte af.

'Soof het spijt me zo. Als ik eerder had geweten dat Charissa een auto-ongeluk heeft gehad was ik gelijk gekomen.'

'En je weet het nu wel door...?' reageer ik argwanend en kijk haar daarbij met samengeknepen ogen aan.

'Caleb. Hij heeft me nog geen halfuur geleden gebeld. Hij vertelde me dat ze ernstig gewond is en ze nu geopereerd wordt. Is het echt zo erg? Gaat het wel goed komen? Kan ik haar opzoeken?'

Ik zucht. Natuurlijk heeft Caleb haar op de hoogte gebracht. Het is overduidelijk zijn zwakke poging om de oude ik terug te brengen. Helaas voor hem: als er iets is waar ik nu niet op zit te wachten dan is het wel praten met Emily. Ze is veel te hysterisch en emotioneel. Bovendien weet ze nog niet dat ik de behoefte niet meer heb om mensen om me heen gerust te stellen. Ik glimlach. Caleb toch. Denkt hij werkelijk dat haar aanwezigheid helpt? Wat een slappe poging.

'Wauw Emily, dat zijn nog eens een boel vragen. Meid ik krijg er nog net geen hoofdpijn van. Maar goed, laat me dit in een keer duidelijk uitleggen oké? Het antwoord is ja. Je kan haar zien. In wat voor staat zal echter een verassing zijn.'

Ze kijkt me aan op een manier dat verraadt dat ze me niet begrijpt. Ongestoord praat ik verder.

'De laatste keer dat ik haar zag was ze nog in leven. Maar hé aangezien een of andere sukkel het nodig vond haar hard op haar hoofd te raken, kan ze alweer dood zijn. Wie weet. Als je hard naar binnen rent ben je misschien nog wel op tijd.'

Elk woord klinkt toonloos. Mijn gezichtsuitdrukking is strak, evenals mijn houding. Emily daarentegen ziet eruit alsof ze elk moment flauw gaat vallen. Haar ogen staan groot. Haar armen hangen slap naar beneden. Haar vingers trillen en haar mond valt nog net niet open uit verbazing.

'Oh mijn god. Soof wat vreselijk! En je bent nog wel alleen! Waarom is er niemand bij je? Gaat het wel goed met je? Zullen we samen gaan kijken hoe het met Charissa is?'

Alsof ze ervan uit gaat dat ik niks liever wil pakt ze mijn hand beet. Ze zet een stap naar voren. Ik laat een sarcastische lach horen en trek daarbij hardhandig mijn hand terug. Vragend blijft ze staan. Hoopgevend begint ze te mompelen.

'Soof?'

Oké. Genoeg met dit softe gedoe. Ik leg mijn handen op haar schouders, buig me voorover en spreek de woorden kort maar krachtig uit.

'De reden dat ik alleen ben, Emily, is omdat ik geen behoefte heb om als een gewonde puppy te worden behandeld. Ik begin het behoorlijk zat te worden dat iedereen constant vraag of ik oké ben. Zie ik eruit alsof het slecht met me gaat? N e e. Beter nog: ik heb me sinds lange tijd niet zo goed gevoeld als nu. En weet je hoe dat komt?'

Verward schudt ze haar hoofd. Haar ogen stralen een en al ernst uit. Alsof ze al weet wat ik ga zeggen.

'Ik geef helemaal niks meer om wat dan ook en wie dan ook. Jij, Caleb en alle anderen zeggen wel dat jullie vrienden zijn maar ondertussen is er geen een die inziet wat er werkelijk aan de hand is. Niemand van jullie kan inzien dat ik vanaf het moment dat ik zwanger raakte een grote puinhoop was. Een triest, zielig meisje. Nu heb ik mezelf veranderd en ben ik sterker dan ooit. Accepteer dat of laat me met rust. Doe je dat niet,' lachend zet ik een laatste stapje naar voren. 'Dan zal ik maatregelen moeten nemen. Om je een idee te geven wat ik bedoel met maatregelen: ik ben bereid klappen uit te delen.'

De serieuze blik tovert zichzelf al snel om tot een onschuldige lach. 'Oké?'

Haar gezicht is een open boek. Simpel en zonder moeite zijn haar emoties af te lezen. Haar blik straalt het af van buitenaf, haar ogen tonen de gevoelens dat vanbinnen komt. Zo kan ik zien dat mijn woorden haar in de war brengen. Ze is overrompeld. Ze weet niet of ik serieus ben of dat het allemaal een grote, slechte grap is. Doordat ik haar strak blijf aanstaren realiseert ze zich dat alles gemeend is. Nu gaat ze nog moeilijker kijken. Ze is nog meer verward dan voorheen. Nog meer geraakt. Ze is boos op het idee dat Charissa's leven in gevaar is en verdrietig om mijn situatie. Haar blik bestaat voor het grootste gedeelte uit medelijden.

'Soof ik begrijp dat je het zwaar hebt. Echt waar. Charissa is als een vriendin voor me en ik kan me niet voorstellen hoe het voelt om je eigen zusje te-'

'Jezus Christus, jullie zijn wel echte doorzetters he? Ergens kan ik er respect voor opbrengen. Uiteindelijk is dit wat echte vrienden horen te doen: zeiken om hun zin door te drammen. Jullie blijven maar volhouden dat dit niet iemand is die ik hoor te zijn bla, bla, bla nou raadt eens: dit is de echte ik. Mijn hoofd begint zo langzamerhand uit elkaar te knallen door jullie gezeik dus luister goed. Als je het ook maar waagt om door te gaan met je gebrekkige poging me te veranderen zal ik alles doen wat nodig is om je te breken. Denk maar niet dat ik het niet doe. Veel ervaring heb ik niet maar een bitchclap zou niet zo moeilijk moeten zijn om uit te delen, denk je ook niet? En anders vind ik vast nog wel andere manieren om mijn bedreiging waarde te geven. Want zo serieus is deze waarschuwing: ik bedreig je en meen daarbij elke letter in elk woord. Ik ben onafhankelijk en ik heb jouw waardeloze steun niet nodig. Accepteer het. Of niet. Dat is verder niet mijn probleem.'

Ik geef haar zogenaamd vriendschappelijk een klopje op haar schouder en loop vervolgens langs haar heen. Het feit dat ze te overdonderd is om te reageren of in beweging te komen voelt aan als een overwinning. Een nieuw stukje uit het licht dat is overwonnen door schaduw. Opnieuw wordt de druk op mijn schouders verlicht en wederom heb ik een test van de duisternis succesvol doorstaan. Het pad dat nog altijd voor mijn voeten terecht is gekomen begint alsmaar makkelijker te worden bewandeld. Het zal niet lang duren of het begin van het pad is uit het zicht verdwenen. De start waar de oude ik nog steeds gevangen zit. 

Als ik me omdraai kan ik haar nog steeds zien. Ik kan zien hoe ze op de grond ligt. Hoe ze zichzelf heeft omsingeld in pijn en verdriet. Het is triest. Elke stap die ik naar voren zet is een beetje meer afstand van haar. Hoe verder weg ik sta hoe eenvoudiger het wordt om de kleine stapjes om te zetten in geren. Geren naar het punt waar het pad niet meer in de schaduw ligt, maar in de duisternis. De plek waar de grens van licht en donker niet meer is te zien. De plek waar het alleen maar zwart is. Pure duisternis.

Het weglopen komt gedeeltelijk overeen met vanmiddag. Alleen is het deze keer niet school en de vriendengroep die ik achter me laat, maar het ziekenhuis en Emily. Opnieuw is er geen spijt en opnieuw is er geen twijfel. De enige vraag die ik maar niet van me af kan schudden is de vraag of Charissa nog leeft. Het is geen angst, verdriet of pijn. Het is slechts een vraag uit nieuwsgierigheid. Of ze me mist. Of ze überhaupt wakker is.

Wie weet. Dat merk ik gauw genoeg als ik thuis kom. Mocht het allemaal toch niet zo goed eindigen als normaal dan krijg ik dat gauw genoeg te horen. Al zal dat moment nog even uitgesteld moeten worden. Ik ben namelijk nog lang niet van plan om naar huis te gaan. Beter gezegd: ik vind dat ik een beetje afleiding als een feest wel verdiend heb.

Onderweg naar het ziekenhuis is de reclamefolder van een café in de buurt me opgevallen. Er is met grote letters aangegeven dat er vanavond een karaokeavond zal plaatsvinden. Naast een gezellige avond met muziek en tieners die niet zo moeilijk doen of zeiken, wordt al het drank en hapjes ook nog eens met een flinke korting aangeboden: beter dan dat kan het niet worden.

Op weg naar een leuke tijd voel ik het getril van mijn mobiel in de strakke broekzak. Normaal gesproken had ik er niet naar gekeken. De hele middag lang hebben mensen - voornamelijk Caleb - geprobeerd me te bereiken. Ook nu is het vast weer iemand die aan mijn hoofd wil zeuren.

Met het idee het bericht onmiddellijk te wissen en gelijk alle nummers uit mijn contacten te verwijderen stop ik toch met lopen. Ik haal mijn mobiel tevoorschijn, ontgrendel het scherm en klik het bericht open. Mijn vinger gaat richting de verwijder knop, tot ik zie van wie het bericht afkomstig is.

Mike Moore.

Zijn naam eist al mijn aandacht. Ik knijp mijn ogen samen. Voor een paar lange secondes blijf ik er bewegingloos naar staren. Waarom zou hij me een bericht sturen? Hoort hij niet allang ergens aan de andere kant van de wereld te zijn? Hoort hij niet zogenaamd belangrijke zaken uit te voeren? Dat hij voor de tweede keer weg is gegaan heeft perfect duidelijk gemaakt dat hij geen fuck geeft om mij of Serena. Dus waarom stuurt hij een bericht? Te nieuwsgierig dat ik ben naar de boodschap open ik de sms. Twee korte zinnetjes springen in beeld.

Schoonheid, doe geen roekeloze dingen. Ik zal terugkomen, dat beloof ik. - MM

Ik lach. Wat is dit nou weer? Hoezo roekeloos? Heeft hij een spion of ninja die me in de gaten houdt? Of denkt hij me zo goed te kennen dat ik zogenaamde "roekeloze dingen" ga doen. Bullshit. Of is het soms niet toegestaan om een beetje plezier te maken? En waar haalt hij het lef vandaag me nog schoonheid te noemen. Het is een vreselijke bijnaam, hij gebruikt het maar lekker bij een of andere meid die wel dom genoeg is bij hem te blijven. En tot slot: hij zou een verbod moeten krijgen als het gaat om beloftes. Hij begrijpt waarschijnlijk niet dat een belofte alleen waarde heeft als het ook daadwerkelijk wordt nagehouden. Woorden zijn slechts woorden. Het betekent niets als je er niks mee doet.

Ik geloof hem niet. Als je het aan mij vraagt is er absoluut geen kans dat hij hier ooit nog een voet zet. Ik weet het zeker. Hij is gewoon een zielige jongen die het niet eens waard is om scheldwoorden voor te bedenken. Hij kan wel leugens verzinnen en doen alsof hij een zwaar leven heeft die hij met niemand kan delen, mij houdt hij niet voor de gek. Niet meer. Hij kan gewoon geen vriendje of vader zijn. Hij heeft geen hart. Vroeger een pijnlijke gedachte, nu maakt het niet meer uit. Hij is niet de enige meer zonder hart. Ik ben die van mij met zijn vertrek verloren.

Om ervoor te zorgen dat ik het bericht niet nog een keer lees heb ik het meteen verwijderd. Ik besluit er geen verdere aandacht aan te schenken en eindelijk te doen wat ik al de hele tijd wil: plezier maken.

De rest van de middag heb ik een van de vele tafeltjes in het café bezet gehouden. Met de tijd mee heb ik me langzaam volgegoten met mixen alcohol, glazen water om vervolgens opnieuw dronken te worden en bakjes met nootjes en chips voor de honger tussendoor. De wel erg vriendelijke ober is zo onder de indruk van mijn aanwezig dat hij niet eens om mijn legitimatie vraagt.

Uren gaan voorbij. Terwijl ik nog precies hetzelfde doe als voorheen - drinken, eten, nuchter worden en opnieuw beginnen - begint de omgeving om me heen te veranderen op een positieve manier. Het eerst nog verlaten café met de bruine ronde tafeltjes, lange barkrukken langs de bar en grote ramen die het felle licht van buiten naar binnen laten, is veranderd in een volle ruimte waar groepen tieners hun avondje uit beginnen. De lucht is schemerig geworden. Elke keer dat de deur open gaat wordt de warmte vanbinnen gemengd met de ijzige lucht vanbuiten. Het wordt steeds voller. Elk stoeltje raakt bezet. Er klinkt geroezemoes, luidruchtig geschreeuw en enthousiast gelach. Meisjes zijn opgetut. Jongens zijn duidelijk voor 2 dingen gekomen: drank en meiden. Een voor een komen ze aanlopen met van die dromerige ogen en arrogante opmerkingen wat als geflirt moet overkomen.

De karaokeavond is begonnen. Op een luid volume klinkt onaangekondigd het eerste nummer van de lange afspeellijst. Voor een seconde valt er een stilte wat vervolgens wordt vervangen door enthousiast geroep. Middenin het café is een klein podium neergezet met meerdere microfoons. Op een tafeltje in de buurt liggen de teksten van de liedjes. Verwachtingsvol wordt er rondgekeken naar de eerste mensen die dronken genoeg zijn om voor een volle zaal te gaan zingen.

Drie meisjes zijn lacherig het podium op gelopen. Als je het lopen kan noemen. De ordinaire naaldhakken zijn duidelijk veel te zwaar om op te lopen voor de aangeschoten meisjes. Half lopend en struikelend gaan ze het podium op. Als aanmoediging begint het gehele publiek, met de mannenstemmen als luidst natuurlijk, te roepen.

De muziek is aangegaan. Luid, lacherig en vals wordt er gezongen. Niet alleen door de meiden via de microfoons, maar ook door de mensen eromheen. Niet heel fijn voor je oren, maar het heeft wel iets. Er is een soort sfeer ontstaan. Het gevoel een grote groep te zijn en met zijn alle gewoon plezier te hebben. Plezier op je eigen manier zonder dat er iemand commenteer op levert. Heerlijk.

Ik meng me gemakkelijk in een groep. Zonder enige moeite word ik onderdeel van een groepje tieners en met een brede glimlach praat ik mee. Het onderwerp interesseert me echter weinig. Het zijn de knappe jongens die mijn aandacht vragen, met een blonde jongen in het bijzonder. Als een succesvolle actrice luister ik naar de jongen die zichzelf heeft voorgesteld als Jason. Hij praat en ik luister, al weten we allebei dat het slechts een truc is om naar elkaar te kijken. Ik doe precies wat hij wilt. Ik luister, knik af en toe om dat te bevestigen, kom zogenaamd onschuldig steeds dichterbij staan en schenk hem af en toe een glimlach. Hij geniet ervan. Ik merk het niet alleen aan zijn flirterige opmerkingen, ook zijn ogen die me van top tot teen observeren zeggen meer dan genoeg.

Jason is het perfecte plaatje voor vanavond. Hij denkt niet veel na en hij doet niet moeilijk. Zijn uiterlijk is zeker niet verkeerd. Hij is lang, blond haar en bruine ogen. Een afgetraind lichaam zou het helemaal afmaken, al kan ik dat helaas niet zien. Zijn manier van staan, praten en kijken bewijst dat hij ervaring heeft. Ik ben overduidelijk niet het eerste meisje die hij aanspreekt. Zijn haar gaat door zijn haar, zijn ogen zoeken constant naar de mijne en zijn uitdagende grijns blijft maar tevoorschijn komen. Hij is niet op zoek naar ware liefde. Hij wilt gewoon iemand om een leuke avond mee door te brengen. Goed genoeg voor mij.

De drank heeft zijn werk gedaan. Ik voel letterlijk de alcohol door me heen stromen. Er is een gevoel van blijdschap. Er is een kriebel in mijn keel waardoor ik constant vanuit het niets begin te schateren. Het gevoel van schaamte is weg. Er is geen angst. Ik voel me voor 100% geweldig. Alsof ik alles aankan. Terwijl elk stukje van mijn lichaam super intens is geworden, wordt alles om me heen een wazig beeld. Niets is belangrijk. Een stoot aan energie is opgewekt en het liefst spring ik op om helemaal uit mijn dak te gaan. Om te springen, dansen en te lachen. Als het aan mij ligt gaat dit nog de hele nacht door. Er is totaal geen behoefte om te rusten of te slapen. Fuck it. Ik heb zin om te feesten, of zoals Mike het ook wel noemt:

Roekeloos zijn.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro