deel 21

Màu nền
Font chữ
Font size
Chiều cao dòng

'En wat is jullie verhaal?' wou Albert nu uiteindelijk toch weten. Hij probeerde opnieuw luchtig te klinken en knikte in de richting van Wolfs die helemaal aan de andere kant van de begraafplaats wandelde.
Eva schoot wat ongemakkelijk in de lach.
'Ons verhaal?' zei ze nog steeds ongemakkelijk.
'Ja, jullie lijken mij geen doorsnee koppel.'
'Dat is omdat we geen koppel zijn.'
'OK, dat had ik zelf ook al bedacht' knikte Albert bedenkelijk ' maar toch lijken jullie... laat ons zeggen.... elkaar opmerkelijk goed te kennen.'
Eva rolde met haar ogen en zei 'OK, ik zal het uitleggen.'
'Wolfs en ik komen uit Maastricht. We zijn beiden rechercheurs bij de politie. We onderzoeken dus voornamelijk moordzaken. Wij zijn al meer dan 10 jaar een rechercheduo, werkpartners zoals wij dat noemen. Eigenlijk houdt het in dat we altijd met twee moordzaken oplossen en ook in gevaarlijke situaties op elkaar aangewezen zijn.' vervolgde Eva
'Ah, vandaar dat jullie elkaar goed kennen. Maar er is meer hé?' Albert had veel mensenkennis en kon goed tussen de regeltjes lezen. En zijn nieuwsgierigheid was oneindig. Eva lachte en rolde nog eens met haar ogen. Ze besefte dat ze aan deze oude man alles zou moeten vertellen.
'Ja, wij wonen ook al die tijd al samen. Eigenlijk eerder toevallig. Wolfs werd 11 jaar geleden van Amsterdam overgeplaatst naar Maastricht. Hij had nog geen woonst gevonden en indertijd had mijn vriend, Frank, een pension. Wolfs huurde dus de eerste maanden een kamer bij ons. Gaandeweg werden Frank en Wolfs goede vrienden en ook Wolfs en ik...' Eva hield even halt om te beslissen wat ze wel en niet ging zeggen, maar ging toen met een wrang en verlegen gevoel verder:
'... ook Wolfs en ik konden het goed met elkaar vinden.'
Albert glimlachte alsof hem net een geheim was toevertrouwd en knikte begrijpend. Ik begrijp wat je bedoelt... .
'Wat is er met Frank gebeurd?' vroeg hij toen opeens ingetogen, alsof hij wist dat daar een addertje onder het gras zat.
'Wij zijn getrouwd.' lachte Eva ongemakkelijk en ging toen meteen verdrietig verder 'maar op de dag van ons huwelijk is Frank doodgeschoten door een criminele organisatie.'
Eva liep terug naar het graf waar ze net had bij gestaan en legde Albert uit waarom ze net zo emotioneel reageerde.
'Daarom was meneer Wolfs net zo ongerust over jou.' zei Albert begrijpend.
Eva knikte.
'Wolfs is bij me blijven wonen na de dood van Frank. Ik kon niet alleen zijn. En hij was alles wat ik nog had. Sindsdien leven we samen, werken we samen. Eigenlijk doen we praktisch alles samen... behalve slapen.'  Eva begon te blozen bij deze laatste woorden.  Ze besefte nu pas voor het eerst dat ze eigenlijk ook deze spreekwoordelijke grens de voorbije dagen achter zich hadden gelaten. 
Alsof hij wist wat ze dacht, glimlachte Albert veel betekend naar haar haar en  wees naar een bankje verderop.  

'Kom, we gaan even zitten.' stelde hij voor.

Een tijdje zaten ze zwijgend naast elkaar. Eva en de oude man.
Opeens vroeg Albert: 'Wat is er dan recent tussen jou en meneer Wolfs gebeurd?'
Eva keek hem verbijsterd maar vragend aan.
'Sorry het zijn mijn zaken niet.' zei Albert snel 'ik wou gewoon... ik kreeg daarnet het gevoel dat jullie niet zomaar op een plezierreisje zijn. Dat jullie eerder iets aan het verwerken zijn, ofzo. Sorry voor mijn indiscrete vragen.'
Eva glimlachte en twijfelde niet meer.
'Er is inderdaad héél wat gebeurd...' zuchtte ze vermoeid.
Ze begon te vertellen hoe Bols verliefd was geworden op haar, hoe Bols ervoor gezorgd had dat Wolfs met recht en rede ongerust werd over zijn dochter en hoe Bols hem daarmee van Eva probeerde weg te lokken. Ze vervolgde haar verhaal over hoe Bols haar de eerste maal had ontvoerd en hoe zij uiteindelijk toch was ontsnapt. Ze vertelde van hun poging om Bols op te pakken. Ze vertelde ook hoe deze mislukt was en uiteindelijk wat er gebeurd was in die oude fabriek. Ze vertelde over Fleur, over de keuze die Wolfs had moeten maken. Ze vertelde hoe Wolfs haar naam had gezegd en haar gesmeekt had hem te vergeven. En uiteindelijk vertelde ze dat, ondanks Wolfs zijn keuze, Bols Fleur had doodgeschoten.

Uiteindelijk was Eva uitgepraat en ook Albert bleef stil.
'Meneer Wolfs wist dat die Bols jou nooit zou doodschieten hé?' zei Albert opeens alsof hij eindelijk het antwoord op een groot raadsel had gevonden.
'Hij gokte inderdaad van niet.'
'Dus hij houdt van je.' zei Albert hoopvol.
Eva perste als bevestiging haar lippen op elkaar.
'En jij houdt toch ook van hem?' zei Albert nu doordringend.
Eva knikte kort en keek naar de grond terwijl ze weer moest vechten tegen de opkomende tranen.
'Maar, ondanks dat je verstand zijn keuze wel kan aanvaarden, voel je je toch gekwetst?' gokte Albert bij het zien van haar verdriet.
Eva knikte en keek op.
'Dom hé' zei ze zacht.
'Dat is niet dom, dat is menselijk. Maar zolang jullie van elkaar houden, Eva, komen jullie hier echt samen door. En het feit dat jullie van elkaar houden, is wel héél duidelijk.'
Albert legde zijn hand geruststellend op Eva's schouder .
Voor het eerst in haar leven liet Eva zich troosten door een onbekende.

Wolfs keek verbaasd naar het tafereel dat verderop op een bankje plaatsvond. Toen het tweetal waren uitgepraat, stapte hij op hen af.
'Zo, wat is het hier gezellig!' lachte hij vriendelijk naar het duo.
De oude man naast Eva sprong meteen op en stak zijn hand uit.
'Mag ik mij voorstellen? Albert Maertens, aangenaam.'
'Floris Wolfs, aangenaam'. lachte Wolfs terug. Hij merkte dat Albert zich wat betrapt en zenuwachtig voelde. Wolfs keek kort naar Eva die hem verlegen aankeek.
'Mag ik u zeggen, meneer Wolfs, dat u een ontzettend mooie en bijzondere reisgezel hebt.' gaf Albert Eva indirect een compliment. Meteen werd Eva zo rood als een boei.
'Dat mag u zeker!' lachte Wolfs 'maar zeg dat maar eens tegen haar, want van mij gelooft ze het niet!'
'En wat brengt u hier?' ging Wolfs luchtig verder.
Albert vertelde Wolfs weer vol weemoed maar ook vol trots over zijn vader.
'Wat erg voor u, meneer' zei Wolfs oprecht medelevend. 'Gecondoleerd.'
'Dank u, meneer. U ook gecondoleerd met het verlies van uw dochter.'
Albert had de woorden nog niet uitgesproken of hij begreep al dat hij dit niet had mogen zeggen. Eva haar hoofd schoot zijn richting uit en ze keek hem strak aan.
Wolfs keek nu verbaasd van Albert naar Eva en terug.

'Dus Eva heeft u alles verteld?' vroeg hij  ongelovig.

'Sorry Wolfs, ik...' probeerde Eva zich nu eruit te redden. Maar Albert kwam meteen tussenbeide.

'Meneer, het was helemaal mijn fout. Door mijn nieuwsgierigheid stelde ik allemaal indiscrete vragen en het was zeker niet mijn bedoeling om mij met jullie zaken te bemoeien. Wees alstublieft niet boos op juffrouw Van Dongen. Ze kon er echt niets aan doen... .'

Wolfs trok zijn wenkbrauwen naar boven en keek nogmaals van het betrapte gezicht van Eva in het bange gezicht van Albert.
Hij schudde zijn hoofd en zei zacht 'Ik ben toch helemaal niet boos op Eva.'
'Het is gewoon...' vervolgde Wolfs verward '... je kent Eva niet, meneer. Als Eva iets niet wou vertellen, dan had ze dat ook niet gedaan.'
'Wolfs, komaan... sorry... OK?' stamelde Eva terwijl zij nu ook recht stond.
Wolfs zuchtte, sloeg zijn arm om Eva's schouder en trok haar wat meer naar zich toe.
'Eef toch.' zei hij terwijl hij een kus op haar voorhoofd drukte.
'Ik ben toch helemaal niet boos, ik ben gewoon wat verbaasd. Ik weet wel dat jij ook vreselijk veel te verwerken hebt en dan is het net goed dat je praat. Met wie dan ook. Ik ben oprecht blij voor jou dat je het eens hebt kunnen vertellen. Ik had het alleen niet verwacht, maar het maakt me alleen maar trots op jou. '
Albert knikte en glimlachte toen hij zag hoe Eva zich nu opnieuw overgaf aan haar verdriet. Als een klein, gekwetst vogeltje liet ze zich in de vertrouwde armen van haar partner vallen en Albert zag hoe Wolfs er alles aan deed om haar te troosten.
'Dankjewel' zei Wolfs nu oprecht en bemoedigend tegen hem.
Ook Eva keek even op en glimlachte verlegen naar Albert maar verstopte alweer snel haar gezicht in de nek van Wolfs.
'Geen dank. Beloof me dat je goed voor deze prachtige vrouw gaat zorgen, meneer Wolfs.'
'Dat beloof ik plechtig. Nogmaals bedankt. Tot ziens.'

Albert keek toe hoe Wolfs zijn partner stevig om haar middel ondersteunde en haar terug richting de parking begeleidde. 

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Pro